Zorgverlening |
peri21-4 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Zorgverlening |
|
|
|
|
|
final |
Datum start zorgverantwoordelijkheid |
peri21-20290 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum waarop uw zorgverantwoordelijkheid als zorgaanbieder voor deze zwangerschap
is begonnen.
|
|
|
Datum begin zorg voor een aaneengesloten (eventueel opnieuw begonnen) zorgepisode
voor deze zwangerschap of - voor overkoepelende zorgepisodes (met of zonder onderbreking)
- de start van de eerste zorgepisode voor deze zwangerschap.
|
|
|
final |
Periode start zorg |
peri21-20300 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- start /intake zwangerschapszorg
- zwangerschap vervolg
- start baring/ontsluiting
- uitdrijving
- nageboortetijdperk
- 1e 24 uur postpartum
- 2e - 7e dag postpartum
- follow-up eerste 6 wkn postpartum
- onbekend
- geen informatie
|
Fase van de zwangerschap waarin de verantwoordelijkheid voor de zorgverlening wordt
gestart.Het gaat om de periode start zorg uitgaande van de patiënte. Dit betekent
dat wanneer de patiënte elders gestart is met zwangerschapszorg en daarna overgaat
naar een andere praktijk, deze andere praktijk géén 'start/intake zwangerschap' mag
registreren.
|
|
|
|
|
|
final |
Datum einde zorgverantwoordelijkheid |
peri21-20340 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum einde zorgverantwoordelijkheid (aaneengesloten zorgepisode of helemaal voor
deze zwangerschap). Dit is dus niet noodzakelijk hetzelfde als 'ontslagdatum moeder'.
|
|
|
Datum einde zorg voor een aaneengesloten zorgepisode voor deze zwangerschap of - voor
overkoepelende zorgepisodes (met of zonder onderbreking) - het einde van de laatste
zorgepisode voor deze zwangerschap.
|
|
|
final |
Periode einde zorgverlening |
peri21-20350 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- start /intake zwangerschapszorg
- zwangerschap vervolg
- start baring/ontsluiting
- uitdrijving
- nageboortetijdperk
- 1e 24 uur postpartum
- 2e - 7e dag postpartum
- follow-up eerste 6 wkn postpartum
- onbekend
- geen informatie
|
Fase van de zwangerschap waarin de verantwoordelijkheid voor de zorgverlening wordt
beëindigd.
|
|
|
|
|
|
final |
Eindverantwoordelijk in welke perinatale periode? |
peri21-20355 |
+ |
M |
1..* |
n |
Code |
|
|
- start /intake zwangerschapszorg
- zwangerschap vervolg
- start baring/ontsluiting
- uitdrijving
- nageboortetijdperk
- 1e 24 uur postpartum
- 2e - 7e dag postpartum
- follow-up eerste 6 wkn postpartum
- onbekend
- geen informatie
|
In welke perinatale periodes was zorginstelling eindverantwoordelijk? |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverzoekdetails |
peri21-41 |
- |
R |
1..* |
n |
|
|
|
|
Details van het zorgverzoek om zorg te verlenen, bijvoorbeeld overnameverzoek van
een andere zorginstelling of verzoek van de client/patiënt
|
|
|
|
|
|
final |
Datum begin zorgverlening |
peri21-20312 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum begin zorgverlening nav verzoek, bijvoorbeeld datum overname |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverzoek gedaan door |
peri21-20314 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Zorgverzoek gedaan door |
|
|
Als het onderscheid tussen "patiënt" en "eigen zorginstelling" niet gemaakt kan worden
dan wordt gekozen voor "patiënt"
|
|
|
final |
Overname van zorginstelling |
peri21-411 |
- |
|
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Overname van zorginstelling |
|
|
|
|
|
final |
Overname van zorginstelling (echelon) |
peri21-20311 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- 1e lijn
- 2e lijn
- onbekend
- geen informatie
|
Echelon van de auteur van het verzoek om over te nemen. |
|
|
|
|
|
final |
Overname van zorginstelling (id) |
peri21-20320 |
- |
C |
0..* |
n |
Identificatie |
|
|
|
Van welke zorginstelling is de zorg overgenomen? |
|
|
|
- Dit nummer betreft (indien geen gebruik kan worden gemaakt van andere identificaties
van de instelling) het LVR1 of LVR2 nummer van de instelling waarvan de zorg is overgenomen.
|
|
final |
Redenen van overname |
peri21-20325 |
- |
R |
1..* |
n |
|
|
|
|
Keuze van reden uit één van de lijsten, aanduiding hoofd-/nevenreden indien reden
bekend
|
|
|
|
|
|
final |
Reden van overname (lijst LVR) |
peri21-20330 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- Geen reden voor opname
- Reden niet volgens verlosk. .ind. lijst
- Overige problematiek
- Trombo-embolitische processen
- Pre-existente hypertensie
- Recidiverende urineweginfecties
- Afwijkingen urinewegen
- Psychiatrische aandoeningen
- Diabetes mellitus
- Overige endocrinologische afwijking
- Uterus myomatosus
- Mogelijke bekkenafwijkingen
- Fertiliteitsstoornissen
- Zwangerschap na K.I.
- In Vitro Fertilisatie
- DES problematiek
- Anamnestisch abortus provocatus
- Anamnestisch partus imm. (<28wk)
- Anam. partus prematurus (1x35,2x>35wk)
- Anamnestisch intra-uteriene vruchtdood
- Anamnestisch dysmaturiteit (<2,3 prctl)
- Anamnestisch toxicose met opname
- Anamnestisch solutio placenta
- Anamnestisch vaginale kunstverlossing
- Anamnestisch sectio caesarea
- Anamnestisch totaalruptuur
- H.P.P.(>1000 ml.) in anamnese
- Anam. manuele placentaverwijdering
- Medicijngebruik in deze graviditeit
- Alcoholmisbruik in deze graviditeit
- Drugsmisbruik in deze graviditeit
- Nicotinemisbruik in deze graviditeit
- Röntgenonderzoek in deze graviditeit
- Hyperemesis in deze graviditeit
- Dreigende abortus in deze graviditeit
- EUG/Mola in deze graviditeit
- Ernstige varices in deze graviditeit
- Lues problematiek in deze graviditeit
- Actief Rhesus antagonisme in deze grav.
- Pyelitis in deze graviditeit
- Diabetes grav. met beh. in deze grav.
- Meerling zwangerschap
- Dreigende vroeggeboorte
- Stuit en andere liggings afw. in grav.
- Bloedverlies eerste helft graviditeit
- Bloedverlies tweede helft graviditeit
- Solutio placentae in deze graviditeit
- Hypertensie/toxicose deze graviditeit
- Negatieve dyscongruentie deze grav.
- Positieve dyscongruentie deze grav.
- Serotiniteit
- Intra-uteriene dood ante partum
- Hoogstaande schedel a terme
- Minder leven voelen
- Intra-uteriene dood durante partum
- Langdurig gebr. vliezen zonder weeën,a-t
- Onvoldoende vorderende ontsluiting
- Meconiumhoudend vruchtwater
- Onvoldoende vorderende uitdrijving
- Foetale nood tijdens baring
- Ruim bloedverlies bij baring
- Noodzaak sedatie/pijnbestrijding
- H.P.P.(>1000 ml) deze partus
- Retentio placentae deze partus
- (totaal)ruptuur deze partus
- Stuit + overige liggings afw. bij baring
- Mastitis tijdens kraambed
- Endometritis tijdens kraambed
- Cystitis tijdens kraambed
- Tromboflebitis tijdens kraambed
- Trombose tijdens kraambed
- Psychose tijdens kraambed
- Kind met pathologie
- Lactatieremming dmv medicatie
- Bloedtransfusie na bevalling
|
Wat is / zijn de reden(en) waarom de overname is gedaan? Voor oudere c.q. reeds ingevulde
dossiers, wordt de lijst van LVR ondersteund.
|
|
|
|
|
|
final |
Reden van overname (lijst PRN) |
peri21-20331 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- Indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen – niet gynaecologisch
- Epilepsie zonder medicatie
- Epilepsie met medicatie
- Neurologische bloedingen: o.a. subarachnoidale bloedingen/aneurysma pre-existent
- Sclerose multiple preëxistente
- Hernia nuclei pulposi preëxistente
- Longfunctiestoornis/COPD preëxistente
- Astma preëxistente
- Tuberculose
- Tuberculose met behandeling preëxistente
- Tuberculose in de anamnese
- HIV-infectie preëxistente
- HBsAg-dragerschap preëxistente
- Hepatitis C preëxistente
- Hartafwijking met hemodynamische consequenties moeder
- Trombose diep veneuse /longembolie preëxistente
- Stollingsstoornissen preëxistente
- Nierfunctiestoornissen preëxistente
- Hypertensie, preëxistente
- Diabetes mellitus
- Diabetes mellitus Type I preëxistente
- Diabetes mellitus Type II preëxistente
- Schildklieraandoeningen
- Hyperthyreoidie, geen medicatie, afwezig TSH-receptor antistoffen
- Hyperthyreoidie, geen medicatie, aanwezig TSH-receptor antistoffen
- Hyperthyreoidie, met medicatie preëxistente
- Hypothyreoidie na chirurgische C67 of I-131 goed ingesteld, afwezig TSH-receptor antistoffen
- Hypothyreoidie na chirurgische of I-131 goed ingesteld, aanwezig TSH-receptor antistoffen
- Hypothyreoidie, Ziekte Hashimoto, goed ingesteld
- Hemoglobinopathie preëxistente
- Inflammatory Bowel Disease (Colitis ulcerosa, M. Crohn)
- Systeemziekten en zeldzame aandoeningen
- Harddrugs gebruik (heroïne, methadon, cocaïne, XTC en dergelijke)
- Alcoholmisbruik preëxistente
- Psychiatrische stoornissen preëxistente
- GBS-dragerschap preëxistente
- Adipositas (morbide = BMI > 35)
- Reumatoïde artritis
- Maligniteit in anamnese
- Overige preëxistente aandoeningen vrouw, niet gynaecologisch
- Indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen, gynaecologisch
- Bekkenbodem reconstructie
- Portio amputatie, Exconisatie, Cryo- en lisbehandeling
- Portio amputatie
- Exconisatie
- Cryo- en lisbehandeling
- Myoom enucleatie
- Cervixcytologie afwijkend (diagnostiek, follow-up)
- DES-dochter (onbehandeld en onder controle)
- IUD
- IUD Niet te verwijderen
- IUD Status nadat het IUD verwijderd is
- Fertiliteit (sub) behandeling in anamnese
- Bekkenafwijking (trauma, symfyseruptuur, rachitis)
- Besnijdenis/ernstige anatomische afwijking
- Overige indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen, gynaecologisch
- Indicaties vrouw wegens obstetrische anamnese
- Bloedgroepantagonisme
- Rhesus, Kell, Duffy, Kidd
- ABO-antagonisme
- Zwangerschapshypertensieve syndromen vorige zwangerschap
- Zwangerschapshypertensie in de vorige zwangerschap
- (Pre-)eclampsie/HELLP–syndroom in de vorige zwangerschap
- Miskraam herhaald
- MOLA in anamnese
- abortus provocatus in anamnese
- Vroeggeboorte, vorige zwangerschap
- Vroeggeboorte (<33 weken), vorige zwangerschap
- Vroeggeboorte (>=33 weken), vorige zwangerschap
- Cervixinsufficiëntie en/of cerclage
- Abruptio placentae (Solutio) in anamnese
- Kunstverlossing vaginaal (forcipale extractie/vacuumextractie) in anamnese
- Sectio caesarea in anamnese
- Sectio Caesarea i.a, litteken OUS in anamnese
- Sectio Caesarea i.a., litteken corporeel in anamnese
- Dysmaturiteit (geboortegewicht <p5)
- Geboortegewicht <p5 in anamnese
- Geboortegewicht <p2.3 in anamnese
- Asfyxie (Apgar score 5min <7) in anamnese
- Perinatale sterfte in anamnese
- Aangeboren afwijkingen en/of erfelijke afwijking eerder kind
- Haemorrhagia / bloedverlies post partum ten gevolge van episiotomie in anamnese
- Haemorrhagia/ bloedverlies post partum ten gevolge van cervixruptuur in anamnese
- Haemorrhagia / bloedverlies post partum, andere oorzaken (>1000 cc) in anamnese
- Manuele placentaverwijdering in de anamnese
- Placentaverwijdering manuele in de anamnese
- Placenta accreta in anamnese
- Ruptuur totaal in anamnese (wel/geen functioneel herstel)
- Symfysiolyse in anamnese
- Depressie post-partum in anamnese
- Psychose post-partum in anamnese
- Multipara Grande in anamnese
- Serotiniteit in anamnese
- GBS-ziekte eerder kind in anamnese
- Traumatische partus in de anamnese
- schouderdystocie in anamnese
- Overige indicaties vrouw wegens obstetrische anamnese
- Indicaties vrouw ontstaan/vastgesteld tijdens zwangerschap
- Termijndiscussie
- Anemie (Hb < 5,6 mmol/l) tijdens zwangerschap
- Urineweginfecties tijdens zwangerschap
- Recidiverende urineweginfecties (2x) in de zwangerschap
- Pyelitis tijdens zwangerschap
- Toxoplasmose, diagnostiek en therapie tijdens zwangerschap
- Rubella tijdens zwangerschap
- Cytomegalie tijdens zwangerschap
- Herpes genitalis
- Herpes genitalis (primo-infect) tijdens zwangerschap
- Herpes genitalis (recidief) tijdens zwangerschap
- Herpes labialis tijdens zwangerschap
- Parvovirusinfectie tijdens zwangerschap
- Varicella/Zostervirusinfectie tijdens zwangerschap
- HBsAg-dragerschap tijdens zwangerschap
- Hepatitis virale A, B, C, D of E tijdens zwangerschap
- Tuberculose tijdens zwangerschap
- HIV-infectie / Aids tijdens zwangerschap
- Infectieverdenking overig
- Lues tijdens zwangerschap
- Lues positieve serologie en behandeld tijdens zwangerschap
- Lues positieve serologie en onbehandeld tijdens zwangerschap
- Lues primo infectie tijdens zwangerschap
- HNP ontstaan tijdens zwangerschap
- Laparotomie tijdens zwangerschap
- Cervixcytologie PAP III A of hoger tijdens zwangerschap
- Geneesmiddelengebruik mogelijke effect op zwangere en ongeboren vrucht
- Harddrugs gebruik (heroïne, methadon, cocaïne, XTC en dergelijke)
- Alcoholmisbruik tijdens zwangerschap
- Psychiatrische aandoeningen (neurosen/psychosen) tijdens zwangerschap
- Hyperemesis gravidarum
- Extra-uteriene graviditeit (EUG)
- Prenatale diagnostiek met riscio op aangeboren afwijkingen
- Vruchtwaterverlies (<37 weken amenorroe) tijdens zwangerschap
- Diabetes mellitus tijdens zwangerschap
- Diabetes Mellitus Type I tijdens zwangerschap
- Diabetes Mellitus type II tijdens zwangerschap
- Diabetes gravidarum, zonder medicatie
- Diabetes gravidarum + dieet
- Diabetes gravidarum met insuline
- Zwangerschapshypertensie definitie volgens de ISSHP
- Zwangerschapshypertensie, diastolische RR >= 90 en < 95 mm Hg
- Zwangerschapshypertensie, diastolische RR >= 95 en < 100 mm Hg
- Zwangerschapshypertensie, diastolische RR >= 100 mm Hg
- Zwangerschapshypertensie, systolische RR >140 mm Hg
- Pre-eclampsie, gesuperponeerde pre-eclampsie, HELLP-syndroom
- Pre-eclampsie tijdens zwangerschap
- Pre-eclampsie gesuperponeerde tijdens zwangerschap
- HELLP-syndroom tijdens zwangerschap
- Eclampsie
- Bloedgroepantagonisme
- Trombose, diepveneus tijdens de zwangerschap
- Rhesus, Kell, Duffy, Kidd
- ABO-antagonisme
- Stollingsstoornissen tijdens zwangerschap
- Bloedverlies persisterend voor 16 weken tijdens zwangerschap
- Bloedverlies na 16 weken deze zwangerschap
- Abruptio placentae deze zwangerschap
- Placenta praevia tijdens de zwangerschap
- Groeivertraging foetus tijdens zwangerschap (verdenking op)
- Positieve dyscongruentie (evaluatie van)
- Serotiniteit ( > 294 dagen amenorroe)
- Vroeggeboorte (dreigende) deze zwangerschap
- Cervixinsufficiëntie tijdens deze zwangerschap
- Bekkenklachten in deze zwangerschap
- Meerlingzwangerschap deze zwangerschap
- Liggingsafwijking à terme (waaronder stuitligging)
- Niet ingedaalde schedel à terme
- Niet ingedaalde schedel na het breken van de vliezen (a terme)
- Zorg geen voorgaande prenatale zorg (± à terme)
- Afstandskind
- Intrauteriene vruchtdood
- Obstetrisch relevante uterus myomatosus
- Mola deze zwangerschap
- Minder leven
- Foetale hartritmestoornis tijdens zwangerschap
- Overige indicaties vrouw ontstaan/vastgesteld tijdens de zwangerschap
- Indicaties vrouw ontstaan tijdens bevalling
- Ligging afwijkend van het kind
- Foetale nood tekenen van
- Foetale sterfte durante partu
- Gebroken vliezen zonder weeën
- Niet-vorderende ontsluiting
- Niet-vorderende uitdrijving
- Bloedverlies overmatig tijdens de baring volgens inschatting zorgverlener
- Haemorragia/bloedverlies postpartum deze baring
- Abruptio placentae tijdens de baring
- Vasa praevia tijdens de baring
- Retentio placentae, vastzittende placenta
- Ruptuur totaal deze baring
- Meconiumhoudend vruchtwater
- Koorts tijdens de baring
- Pijnbestrijding/sedatie tijdens de baring
- Vulvahematoom
- Symfysiolyse
- Prenatale zorg geen voorafgaande aan tijdens de baring
- Placenta Previa tijdens de baring
- Uterusdehiscentie littekendehiscentie
- Uterusruptuur (met spill in buikholte)
- Vaginawandruptuur deze baring
- Overige indicaties vrouw ontstaan tijdens de bevalling
- Indicaties vrouw ontstaan tijdens de kraamperiode
- (Dreigende) eclampsie, (verdenking op) HELLP-syndroom
- Pre-eclampsie tijdens kraamperiode
- Pre-eclampsie gesuperponeerde tijdens kraamperiode
- HELLP-syndroom tijdens kraamperiode
- Trombose diep veneuze tijdens kraamperiode
- Psychose tijdens kraamperiode
- Bloedverlies abnormaal vaginaal tijdens kraamperiode
- Opname-indicatie voor het kind
- Embolie tijdens kraamperiode
- Hematoom postpartum
- Bloedtransfusie postpartum
- Mastitis tijdens kraamperiode
- Endometritis tijdens kraamperiode
- Cystitis en/of urineweg infectie tijdens kraamperiode
- Overige indicaties vrouw tijdens de kraamperiode
- Indicaties kind voor opname
- Zwangerschaps duur als opname indicatie kind
- Geboortegewicht als opname indicatie kind
- Problemen partus
- Kunstverlossing (problemen partus) als opname indicatie kind
- Liggingsafwijkingen (problemen partus) als opname indicatie kind
- Langdurig gebroken vliezen (problemen partus) als opname indicatie kind
- Problemen partus overig als opname indicatie kind
- Klinische conditie kind
- Icterus neonatorum
- Voedingsproblemen/ diarrhee kind
- Infectieverdenking kind
- Hartafwijking kind verdenking op
- Ademhalingsproblemen kind
- Hypoglycemie
- Slechte start (verdenking Asfyxie)
- Aangeboren afwijkingen kind
- Convulsies kind
- Huilen Excessief
- Thrive failure to
- Klinische condities kind overig
- Overige indicaties kind voor opname
- Medisch, Obstetrische High Care indicatie vrouw en kind wegens
- Indicatie intensieve maternale bewaking:
- HELLP syndroom
- Preeclampsie ernstig
- Obstetrische complicatie ernstig
- Maternale OHC indicaties overig
- Indicatie intensieve foetale bewaking:
- Foetale groeivertraging met geschat gewicht < 1200 g en/of <32wk
- Dreigende vroeggeboorte < 32 weken
- Alle zwangerschappen met hoog-complexe zorg voor foetus
- Congenitaal afwijkend kind
- Foetale hartritmestoornis met specifieke bewakingsbehoefte
- Grote meerling (>= 3)
- Transfuseur-transfusée syndroom
- Uitstelprocedure bij meerling (getemporiseerde partus)
- Overige foetale OHC indicaties
- Indicatie kraambed bij intensieve neonatale bewaking:
- kraambed wegens neonaat op NICU
- kraambed wegens neonaat op intensieve zorg anders dan NICU (bv chirurgie)
- Overige indicaties vrouw/kind voor Obstetrische High Care
- Niet medische indicatie vrouw en kind, wegens
- Begin zorgverlening
- Zorgverlening afgesloten
- Adviesconsult
- Redenen patiënt
- Verhuizing e.a. logistieke redenen patient
- Eigen keuze/verzoek patiënt
- Overige niet medische redenen patiënt
- Uitbesteding zorg
- Uitbesteding zorg 1e lijn ivm capaciteitstekort
- Uitbesteding zorg 1e lijn overige redenen
- Uitbesteding zorg 2e lijn ivm capaciteitstekort
- Uitbesteding zorg 2e lijn overige redenen
- Uitbesteding zorg 3e lijn ivm capaciteitstekort
- Uitbesteding zorg 3e lijn overige redenen
- Uitbesteding zorg Pediatrie ivm capaciteitstekort
- Uitbesteding zorg Pediatrie overige redenen
- Overige niet medische indicaties vrouw en kind
- onbekend
- anders
- tijdelijk niet beschikbaar
- geen informatie
|
Wat is / zijn de reden(en) waarom de overname is gedaan? Gebruik hierbij de lijst
van PRN.
|
|
|
|
|
|
final |
Aanduiding hoofd- / nevenreden van overname |
peri21-20332 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Betreft de reden van overname de hoofdreden, of betreft het een nevenreden. |
|
|
|
|
|
final |
Is er sprake van 'overdracht aan'? |
peri21-20360 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is de zorg aan een andere zorgaanbieder overgedragen? |
|
|
|
|
|
final |
Overdrachtdetails |
peri21-42 |
- |
C |
0..* |
n |
|
|
|
|
Overdrachtdetails |
|
|
|
|
Indien er sprake is van overdracht (#20360 is ja)(1..* M) Anders (.. NP) |
final |
Datum van overdracht |
peri21-20362 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum van overdracht |
|
|
|
|
|
final |
Overdracht aan zorginstelling (specialisme) |
peri21-20366 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Specialisme van de zorginstelling naar wie wordt overgedragen. |
|
|
|
- Als dit item bedoeld is om in de registratie (PRN) een precies beeld te krijgen naar
wie de 1e lijn heeft verwezen in de 2e lijn, is gynaecoloog of kinderarts voldoende.
Hier betreft vooralsnog alleen de overdracht van de vrouw naar de gynaecoloog.
|
|
final |
Overdracht aan zorginstelling (id) |
peri21-20368 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Aan welke zorginstelling is de zorg overgedragen? |
|
|
|
- Dit nummer betreft LVR1 of LVR2 nummer van de instelling waar naartoe de zorg is overgedragen.
|
|
final |
Is er sprake van consult? |
peri21-20390 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is een andere zorgverlener om consult gevraagd? |
|
|
|
|
|
final |
Consultdetails |
peri21-43 |
- |
C |
0..* |
n |
|
|
|
|
Consultdetails |
|
|
|
|
Indien er sprake is van consult (#20390 is ja)(1..* M) Anders (.. NP) |
final |
Datum van consult |
peri21-20391 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum van consult |
|
|
|
|
|
final |
Consult door zorginstelling (id) |
peri21-20397 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Consult door zorginstelling (id) |
|
|
|
|
|
final |
Consult door zorginstelling (type) |
peri21-20394 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- Arts
- Huisarts
- Kinderarts
- Arts klinische chemie
- Gynaecoloog / obstetricus
- Verloskundige
- Echoscopist
- Analist
|
Consult door zorginstelling (type) |
|
|
|
|
|
final |
Perinatale periode van consult |
peri21-20392 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- na eerste controle
- voor 28e week
- 28e tot en met 36e week
- vanaf 37e week
- tijdens ontsluiting
- tijdens uitdrijving
- nageboortetijdperk
- direct postpartum
- tijdens kraambed
- onbekend
|
Perinatale periode van consult |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverlener/Zorginstelling |
peri21-1 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Persoon (met bijbehorende instelling) die verantwoordelijk of uitvoerder was voor
de zorg van de patiënt en aanleveraar van de gegevens.
|
|
|
|
|
|
final |
Zorgverlener |
peri21-10001 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Zorgverlener |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverlener UZI-nummer |
peri21-10002 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke Zorgverlener Identificatienummer van de zorgverlener |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverlener AGB-ID |
peri21-10003 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke AGB-ID van de zorgverlener |
|
|
Vektis AGB-codelijst |
|
|
final |
Zorgverlener LVR1-ID |
peri21-10004 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke LVR1-ID van de zorgverlener |
|
|
LVR1-lijst |
|
|
final |
Naam zorgverlener |
peri21-10006 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Samengestelde gegevens |
|
|
|
Naam zorgverlener |
|
|
|
|
|
final |
Zorgverlenertype |
peri21-10010 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- Arts
- Huisarts
- Kinderarts
- Arts klinische chemie
- Gynaecoloog / obstetricus
- Verloskundige
- Echoscopist
- Analist
|
Rol van de zorgverlener waarop deze registratie betrekking heeft. |
|
|
|
- Keuzelijst Aorta (2.16.840.1.113883.2.4.15.111)
|
|
final |
Zorginstelling |
peri21-10020 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Organisatie (instelling) die de zorg levert / heeft geleverd |
|
|
|
|
|
final |
Zorginstelling OID |
peri21-10021 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke root-OID van de instelling |
|
|
|
|
|
final |
Zorginstelling AGB-ID |
peri21-10022 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke AGB-ID van de instelling |
|
|
Vektis AGB-codelijst |
|
|
final |
Zorginstelling LVR1-ID |
peri21-10023 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke LVR1-ID van de instelling |
|
|
LVR1 lijst van zorginstellingen |
|
|
final |
Zorginstelling URA |
peri21-10024 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke UZI-register abonneenummer van de instelling |
|
|
UZI-register abonneenummer |
|
|
final |
Naam zorginstelling |
peri21-10026 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Samengestelde gegevens |
|
|
|
Naam van de instelling |
|
|
|
|
|
final |
Type zorginstelling |
peri21-10029 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- Huisartsenpraktijk
- Verloskundigenpraktijk
- Ziekenhuis
- Echocentrum
- Laboratorium
|
Aanduiding van het type van de zorginstelling |
|
|
|
|
|
final |
Vrouw |
peri21-2 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Vrouw die obstetrische zorgdiensten afneemt / heeft afgenomen. |
|
|
|
|
|
final |
Burgerservicenummer |
peri21-10030 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Uniek identificatienummer voor iedereen die een meervoudige relatie met de Nederlandse
overheid heeft, goed te identificeren is en opgenomen is in de Gemeentelijke Basisadministratie
Persoonsgegevens (GBA) of in de Registratie Niet Ingezetenen (RNI).
|
|
|
|
|
|
final |
Lokale persoonsidentificatie |
peri21-10031 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Unieke identificatie van de vrouw binnen de praktijk. Het betreft hier dus bijvoorbeeld
het cliëntnummer voor de 1e lijn of het patiëntnummer voor de 2e lijn.
|
|
|
|
|
|
final |
Naam vrouw |
peri21-10035 |
+ |
M |
1..2 |
2 |
|
|
|
|
Namen van de vrouw, zoals de vrouw die opgeeft; dit is de officiële naam en/of (indien
van toepassing) de reguliere naam
|
|
|
|
- Dit is de officiële naam en/of (indien van toepassing) de reguliere naam
|
|
final |
Geboortedatum |
peri21-10040 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Geboortedatum van de vrouw, gedeeltelijk onbekende geboortedatum is toegestaan. |
|
|
|
|
|
final |
Maternale sterfte |
peri21-20670 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is de vrouw naar weten van de zorgverlener overleden? |
|
|
|
|
|
final |
Datum maternale sterfte |
peri21-20680 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Datum |
|
|
|
Datum overlijden vrouw |
|
|
|
|
Indien #20670 Maternale sterfte is ja(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Adres |
peri21-10300 |
- |
R |
0..* |
n |
|
|
|
|
Adres |
|
|
|
|
|
final |
Etniciteit |
peri21-10400 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- Nederlands
- Europeïde
- Noord-Afrikaans
- Overig Afrikaans
- Turks
- Zuid-Aziatisch
- Oost- en Zuidoost-Aziatisch
- Overig Aziatisch
- Overig Westers
- Overig niet Westers
- Meervoudige afkomst
- onbekend
- geen informatie
|
Etnische herkomst van de vrouw |
|
|
|
|
|
final |
Lijst ziekten en bijzonderheden vrouw in de algemene anamnese |
peri21-10600 |
- |
R |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Verzameling van ziekten en bijzonderheden in de algemene anamnese van de vrouw. Dit
betreft dus verschijnselen die vóór de zwangerschap al bekend waren (evt. bij andere
zorgverleners en.of bij de vrouw).
|
|
|
|
|
|
final |
Ziekten en bijzonderheden vrouw in de algemene anamnese |
peri21-10610 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Zijn er ziekten en bijzonderheden in de algemene anamnese bekend? |
|
|
|
|
|
final |
Soort ziekten en bijzonderheden vrouw in de algemene anamnese |
peri21-10611 |
- |
|
0..* |
n |
Code |
|
|
- Indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen – niet gynaecologisch
- Epilepsie zonder medicatie
- Epilepsie met medicatie
- Neurologische bloedingen: o.a. subarachnoidale bloedingen/aneurysma pre-existent
- Sclerose multiple preëxistente
- Hernia nuclei pulposi preëxistente
- Longfunctiestoornis/COPD preëxistente
- Astma preëxistente
- Tuberculose
- Tuberculose met behandeling preëxistente
- Tuberculose in de anamnese
- HIV-infectie preëxistente
- HBsAg-dragerschap preëxistente
- Hepatitis C preëxistente
- Hartafwijking met hemodynamische consequenties moeder
- Trombose diep veneuse /longembolie preëxistente
- Stollingsstoornissen preëxistente
- Nierfunctiestoornissen preëxistente
- Hypertensie, preëxistente
- Diabetes mellitus
- Diabetes mellitus Type I preëxistente
- Diabetes mellitus Type II preëxistente
- Schildklieraandoeningen
- Hyperthyreoidie, geen medicatie, afwezig TSH-receptor antistoffen
- Hyperthyreoidie, geen medicatie, aanwezig TSH-receptor antistoffen
- Hyperthyreoidie, met medicatie preëxistente
- Hypothyreoidie na chirurgische C67 of I-131 goed ingesteld, afwezig TSH-receptor antistoffen
- Hypothyreoidie na chirurgische of I-131 goed ingesteld, aanwezig TSH-receptor antistoffen
- Hypothyreoidie, Ziekte Hashimoto, goed ingesteld
- Hemoglobinopathie preëxistente
- Inflammatory Bowel Disease (Colitis ulcerosa, M. Crohn)
- Systeemziekten en zeldzame aandoeningen
- Harddrugs gebruik (heroïne, methadon, cocaïne, XTC en dergelijke)
- Alcoholmisbruik preëxistente
- Psychiatrische stoornissen preëxistente
- GBS-dragerschap preëxistente
- Adipositas (morbide = BMI > 35)
- Reumatoïde artritis
- Maligniteit in anamnese
- Overige preëxistente aandoeningen vrouw, niet gynaecologisch
- Indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen, gynaecologisch
- Bekkenbodem reconstructie
- Portio amputatie, Exconisatie, Cryo- en lisbehandeling
- Portio amputatie
- Exconisatie
- Cryo- en lisbehandeling
- Myoom enucleatie
- Cervixcytologie afwijkend (diagnostiek, follow-up)
- DES-dochter (onbehandeld en onder controle)
- IUD
- IUD Niet te verwijderen
- IUD Status nadat het IUD verwijderd is
- Fertiliteit (sub) behandeling in anamnese
- Bekkenafwijking (trauma, symfyseruptuur, rachitis)
- Besnijdenis/ernstige anatomische afwijking
- Overige indicaties vrouw wegens preëxistente aandoeningen, gynaecologisch
- geen informatie
|
Specificatie van de betreffende ziekte of bijzonderheid in de algemene anamnese. |
|
|
|
|
|
final |
Lijst bijzonderheden obstetrische anamnese |
peri21-10700 |
- |
|
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Verzameling van obstetrische (verloskundige) bijzonderheden in de anamnese van de
vrouw. Dit betreft dus obstetrische verschijnselen die vóór de zwangerschap al bekend
waren (evt. bij andere zorgverleners en.of bij de vrouw).
|
|
|
|
|
|
final |
Bijzonderheden obstetrische anamnese |
peri21-10710 |
- |
|
0..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Zijn er obstetrische bijzonderheden in de anamnese bekend? |
|
|
|
|
|
final |
Soort bijzonderheden obstetrische anamnese |
peri21-10711 |
- |
|
0..* |
n |
Code |
|
|
- Indicaties vrouw wegens obstetrische anamnese
- Bloedgroepantagonisme
- Rhesus, Kell, Duffy, Kidd
- ABO-antagonisme
- Zwangerschapshypertensieve syndromen vorige zwangerschap
- Zwangerschapshypertensie in de vorige zwangerschap
- (Pre-)eclampsie/HELLP–syndroom in de vorige zwangerschap
- Miskraam herhaald
- MOLA in anamnese
- abortus provocatus in anamnese
- Vroeggeboorte, vorige zwangerschap
- Vroeggeboorte (<33 weken), vorige zwangerschap
- Vroeggeboorte (>=33 weken), vorige zwangerschap
- Cervixinsufficiëntie en/of cerclage
- Abruptio placentae (Solutio) in anamnese
- Kunstverlossing vaginaal (forcipale extractie/vacuumextractie) in anamnese
- Sectio caesarea in anamnese
- Sectio Caesarea i.a, litteken OUS in anamnese
- Sectio Caesarea i.a., litteken corporeel in anamnese
- Dysmaturiteit (geboortegewicht <p5)
- Geboortegewicht <p5 in anamnese
- Geboortegewicht <p2.3 in anamnese
- Asfyxie (Apgar score 5min <7) in anamnese
- Perinatale sterfte in anamnese
- Aangeboren afwijkingen en/of erfelijke afwijking eerder kind
- Haemorrhagia / bloedverlies post partum ten gevolge van episiotomie in anamnese
- Haemorrhagia/ bloedverlies post partum ten gevolge van cervixruptuur in anamnese
- Haemorrhagia / bloedverlies post partum, andere oorzaken (>1000 cc) in anamnese
- Manuele placentaverwijdering in de anamnese
- Placentaverwijdering manuele in de anamnese
- Placenta accreta in anamnese
- Ruptuur totaal in anamnese (wel/geen functioneel herstel)
- Symfysiolyse in anamnese
- Depressie post-partum in anamnese
- Psychose post-partum in anamnese
- Multipara Grande in anamnese
- Serotiniteit in anamnese
- GBS-ziekte eerder kind in anamnese
- Traumatische partus in de anamnese
- schouderdystocie in anamnese
- Overige indicaties vrouw wegens obstetrische anamnese
- geen informatie
|
Specificatie van de betreffende obstetrische bijzonderheid in de anamnese. |
|
|
|
|
|
final |
Zwangerschap |
peri21-3 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
De al dan niet afgesloten zwangerschap waarop de gegevens aan te leveren gegeven betrekking
hebben.
|
|
|
|
|
|
final |
Graviditeit |
peri21-20010 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Het aantal keren dat de vrouw zwanger is geworden (inclusief deze). |
|
|
|
|
|
final |
Pariteit (vóór deze zwangerschap) |
peri21-20150 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Aantal voorafgaande zwangerschappen vóór deze zwangerschap die eindigden met een partus
(>= 16w 0d / 112 dagen)
|
|
|
Dit item wordt alleen aangegeven als er sprake gravida > 1 is |
|
Indien #20010 Graviditeit > 1(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Hoeveelling |
peri21-20020 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Maximaal aantal foetus geobserveerd in de betreffende zwangerschap. |
|
|
|
|
|
final |
Amnioniciteit |
peri21-20130 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- monoamniotisch
- diamniotisch
- geen informatie
|
Eén of meer foetus in het binnenvlies. (Meerdere foetus in één amnion is monoamniotisch;
geen chorion in het tussenschot.)
|
|
|
Dit item wordt alleen aangegeven als er sprake van een meerling is |
|
|
final |
Chorioniciteit |
peri21-20140 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- monochoriaal
- dichoriaal
- geen informatie
|
Eén of meer foetus in het buitenvlies.(Meerdere foetus in één buitenvlies is monochoriaal.) |
|
|
Dit item wordt alleen aangegeven als er sprake van een meerling is |
|
|
final |
A terme datum (groep) |
peri21-20029 |
+ |
M |
1..* |
n |
|
|
|
|
A terme datum (groep) |
|
|
|
|
|
final |
A terme datum |
peri21-20030 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum waarop de zwangerschap naar verwachting 40w 0d is (280 dagen). Op meerdere momenten
in de zwangerschap kunnen verschillende à terme datum worden gehanteerd.
|
|
|
|
|
|
final |
Datum bepaling à terme datum |
peri21-20040 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum waarop de à terme datum is vastgesteld. Hieraan is dan tevens te zien of het
bij de eerste controle was of bij (geruime tijd vóór) de partus...
|
|
|
|
|
|
final |
A terme datum o.b.v. |
peri21-20050 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- laatste menstruatie
- ovulatie
- echoscopie
- zelf
- anders
- geen informatie
|
Methode waarop de à terme datum is bepaald. |
|
|
|
|
|
final |
Actuele à terme datum |
peri21-20055 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Dit is een indicator of de betreffende a terme datum actueel is (y/n), er mag en moet
maar één a terme datum als actueel gehanteerd worden
|
|
|
|
|
|
final |
LVR1 administratienummer |
peri21-20070 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Volgnummer zwangerschapsbegeleiding per zwangerschap binnen een zorgaanbieder |
|
|
|
- 000001 - 999999
- Oorspronkelijk aangegeven per jaar (eerste twee cijfers) maar uit de praktijk blijkt
dat het vaak anders gebruikt wordt
|
|
final |
Subfertiliteitsbehandeling |
peri21-20080 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Was er sprake van een subfertiliteitsbehandeling waardoor deze zwangerschap is ontstaan? |
|
|
|
|
|
final |
Soort subfertiliteitsbehandeling (groep) |
peri21-20081 |
- |
C |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Soort subfertiliteitsbehandeling (groep) |
|
|
|
|
Indien er sprake is van een subfertiliteitsbehandeling (#20080 is ja)(1..1 M) Anders
(.. NP)
|
final |
Ovulatie-inductie toegepast |
peri21-20091 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is bij deze subfertiliteitsbehandeling de eisprong met behulp van medicatie (tabetten,
injectie of pomp) gestimuleerd / op gang gebracht?
|
|
|
|
|
|
final |
Geassisteerde conceptie |
peri21-20095 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- KID
- IUI
- IVF
- ICSI
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Benaming van de geassisteerde voortplantingstechniek die geleid heeft tot deze zwangerschap. |
|
|
|
|
|
final |
Eiceldonatie toegepast |
peri21-20100 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Eiceldonatie toegepast |
|
|
|
|
|
final |
Gewicht vóór de zwangerschap |
peri21-20210 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Hoeveelheid |
kg |
|
|
Laatst bekende lichaamsgewicht van de vrouw vóór de aanvang van deze zwangerschap |
|
|
|
|
|
final |
Hoogste diastolische tensie |
peri21-20220 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Hoeveelheid |
mm Hg |
|
|
Hoogste onderdruk gedurende deze zwangerschap. Moet minimaal tweemaal zijn gemeten. |
|
|
|
|
|
final |
Proteïnurie > 0,3 g/24u |
peri21-20230 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Meer dan 0,300 g/24uur eiwitten in de urine? |
|
|
|
- Dit is equivalent aan ICD-10 R80
|
|
final |
Proteïnurie geconstateerd o.b.v. |
peri21-20235 |
- |
R |
1..* |
n |
|
|
|
|
Proteïnebepaling o.b.v. proteïne in de urine is vastgesteld |
|
|
|
|
|
final |
Max. proteïne in urine o.b.v. strips. |
peri21-20241 |
- |
|
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- ++++
- +++
- ++
- +
- (+) / trace
- -
- geen informatie
|
Max. proteïne in urine o.b.v. strips. |
|
|
|
|
|
final |
Kraamzorg aangevraagd |
peri21-20270 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Heeft de moeder zich voor kraamzorg aangemeld? |
|
|
|
|
|
final |
Bevalling |
peri21-6 |
- |
R |
0..* |
n |
|
|
|
|
Gegevens over de partus |
|
|
|
|
|
final |
Partusnummer |
peri21-20500 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Volgnumer bevalling/post partum per jaar per zwangerschap binnen een zorgaanbieder |
|
|
|
|
|
final |
Aantal geboren kinderen |
peri21-20505 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Hoeveelheid |
|
|
|
Het aantal uitkomsten na 16w 0d. Met andere woorden, het aantal kinderen dat inmiddels
na de 16e zwangerschapsweek is geboren.
|
|
|
|
|
|
final |
Risicostatus vóór baring |
peri21-20530 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- 1e lijn (VIL A)
- overlegsituatie (VIL B)
- 2e lijn (VIL C)
- 1e lijn met plaatsindicatie (VIL D)
- 3e lijn
- onbekend
- geen informatie
|
Risicostatus aan het einde van de zwangerschap, maar vóór baring |
|
|
|
|
|
final |
Wijze waarop de baring begon |
peri21-20550 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- spontane weeën
- spontane vliesscheur
- interventie om baring op gang te brengen
- onbekend
- geen informatie
|
Wijze waarop de baring begon |
|
|
|
|
|
final |
Interventies begin baring (groep) |
peri21-20555 |
- |
C |
0..* |
n |
|
|
|
|
Interventies begin baring (groep) |
|
|
|
|
Indien #20550 = interventie om baring op gang te brengen(1..* ) Anders (.. NP) |
final |
Interventie begin baring |
peri21-20560 |
- |
R |
1..* |
n |
Code |
|
|
- Strippen
- Amniotomie
- Overige methoden 1e lijn
- Aanrijpen ballon
- aanrijpen medicinaal prostaglandines
- aanrijpen medicinaal anders
- inleiden medicamenteus oxytocine
- inleiden medicamenteus prostaglandine
- inleiden medicamenteus anders
- geplande sectio caesarea
- overig
- geen informatie
|
Interventie begin baring |
|
|
|
- De lijst zou voor 1e en 2e lijn specifiek moeten worden gemaakt.
|
|
final |
Indicatie interventie begin baring |
peri21-20570 |
- |
R |
1..* |
n |
Code |
|
|
- gevaar moeder, acuut levensbedreigend
- gevaar kind, acuut levensbedreigend
- gevaar moeder, niet levensbedreigend
- gevaar kind, niet levensbedreigend
- baring op korte termijn geïndiceerd door zorgverlener
- wens zorgverlener (incl: wetenschappelijk onderzoek)
- wens patiënt
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Indicatie interventie begin baring |
|
|
|
|
|
final |
Tijdstip begin actieve ontsluiting |
peri21-20590 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum en tijd begin actieve ontsluiting |
|
|
|
|
|
final |
Tijdstip breken vliezen |
peri21-20600 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Tijdstip (datum, tijd) breken vliezen; spontane vliesscheur en amniotomie (geen hoge
vliesscheur)
|
|
|
|
|
|
final |
Amniotomie (groep) |
peri21-20579 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Amniotomie (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Amniotomie |
peri21-20580 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is een amniotomie uitgevoerd? |
|
|
|
|
|
final |
Fase amniotomie |
peri21-20585 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- tijdens ontsluitingsperiode <= 3 cm
- tijdens ontsluitingsperiode > 3 cm
- tijdens uitdrijving
- geen informatie
|
Fase van de bevalling waarin de amniotomie is uitgevoerd |
|
|
|
|
Indien #20580 Amniotomie = ja(1..1 M) Anders (.. NP) |
final |
Kleur vruchtwater |
peri21-20610 |
- |
R |
1..* |
n |
Code |
|
|
- kleurloos
- meconium
- bloederig
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Kleur vruchtwater |
|
|
|
|
|
final |
Medicatie nageboortetijdperk (groep) |
peri21-20619 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Medicatie nageboortetijdperk (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Medicatie nageboortetijdperk |
peri21-20620 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Medicatie nageboortetijdperk |
|
|
|
|
|
final |
Soort medicatie nageboortetijdperk |
peri21-20626 |
- |
C |
0..* |
n |
Code |
|
|
- oxytocine
- moederkoorn alkaloïde
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Soort medicatie nageboortetijdperk |
|
|
|
|
Indien #20620 Medicatie nageboortetijdperk = ja(1..* R) Anders (.. NP) |
final |
Placenta |
peri21-80612 |
- |
|
0..* |
n |
|
|
|
|
Placenta (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Geboorte placenta |
peri21-20630 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- spontaan
- natasten
- controlled cord traction
- manuele placentaverwijdering
- placentaverwijdering bij SC
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
De wijze waarop de placenta geboren is |
|
|
|
|
|
final |
Hoeveelheid bloedverlies |
peri21-20640 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Hoeveelheid |
ml |
|
|
Hoeveelheid bloedverlies tijdens baring/nageboortetijdperk |
|
|
|
|
|
final |
Uitkomst (per kind) |
peri21-7 |
- |
R |
0..9 |
9 |
|
|
|
|
Groepering om de gegevens van elke "uitkomst" samen te vatten, waarbij de samenstelling
afhankelijk is van het type uitkomst
|
|
|
|
|
|
final |
Baring |
peri21-40002 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Baring is het geboren laten worden van één uitkomst (kind). |
|
|
|
|
|
final |
Werkelijke plaats baring (type locatie) |
peri21-40003 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- thuis
- (1e lijnsvoorziening)
- kraamcentrum
- geboortecentrum 1e lijn
- (2e lijnsvoorziening)
- poliklinisch
- ziekenhuis op medische indicatie
- onderweg
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Werkelijke plaats geboorte kind (type locatie) |
|
|
|
|
|
final |
Demografische gegevens |
peri21-40006 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Demografische gegevens |
|
|
|
|
|
final |
Identificaties kind |
peri21-40007 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Identificaties kind |
|
|
|
|
|
final |
BSN kind |
peri21-40010 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
BSN van het kind. |
|
|
|
|
|
final |
Lokale identificatie kind |
peri21-40011 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Identificatie |
|
|
|
Er is vaak geen BSN van het kind in een vroeg stadium bekend. Daarom toch een lokale
id.
|
|
|
|
|
|
final |
Identificatie kind PRN formaat |
peri21-40015 |
- |
R |
0..1 |
1 |
String |
|
|
|
Pseudo identificatie kind. Formaat: BSN moeder -geb.datum - volgnummer |
|
|
|
|
|
final |
Naam kind |
peri21-40031 |
- |
R |
1..2 |
2 |
|
|
|
|
Roepnaam, voorna(a)m(en) en achternaam van het kind |
|
|
|
- Bij doodgeboren kinderen is vaak geen naam bekend.
|
|
final |
Adres |
peri21-40033 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Het tijdelijk verblijfadres of vast woonadres van het kind |
|
|
|
|
|
final |
Postcode |
peri21-40034 |
- |
R |
1..1 |
1 |
String |
|
|
|
Postcode van het adres |
|
|
|
|
|
final |
Geslacht (medische observatie) |
peri21-40041 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- mannelijk
- vrouwelijk
- twijfelachtig
- onbekend
- geen informatie
|
Geslacht (medische observatie) |
|
|
|
|
|
final |
Geboortedatum |
peri21-40050 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Moment van geboorte. Datum en (zo mogelijk) tijd |
|
|
|
|
|
final |
Lid van geboren meerling |
peri21-40023 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Geeft aan of het kind één van, de uit de betreffende zwangerschap, inmiddels geboren
kinderen is. Bij een uitgestelde partus is kind 1 dus een poosje nog geen lid van
geboren meerling.
|
|
|
|
|
Indien er sprake is van een meerling(1..1 M) Anders (.. NP) |
final |
Rangnummer kind |
peri21-40025 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Volgnummer van geboorte binnen de betreffende zwangerschap. Dit element heeft alleen
betrekking op elke foetus die vanaf 16w 0d zijn ‘geboren’, dus ook in geval van foetale
reductie (selectieve foeticide).
|
|
|
|
|
Indien er sprake is van een meerling(1..1 M) Anders (.. NP) |
final |
Perinatale sterfte (groep) |
peri21-40279 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Perinatale sterfte (group) |
|
|
|
|
|
final |
Perinatale sterfte |
peri21-40280 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Is de foetus of het kind overleden? |
|
|
|
|
|
final |
Fase perinatale sterfte |
peri21-40290 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- antepartum vóór 16w 0d
- antepartum vanaf 16w 0d tot 22w 0d
- antepartum >= 22w 0d
- durante partu
- binnen 24 uur postpartum
- tussen begin 2e en eind 7e dag
- tussen begin 8e en eind 28e dag
- na 28 dagen
- postpartum, periode onbekend
- onbekend
- geen informatie
|
Fase perinatale sterfte |
|
|
|
|
Indien #40280 Perinatale sterfte = ja(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Datum perinatale sterfte |
peri21-40300 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum (zo mogelijk met tijd) waarop het kind ante-partum, durante partu of post partum
is overleden.
|
|
|
|
|
Indien #40280 Perinatale sterfte = ja(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Kindspecifieke maternale gegevens |
peri21-71 |
- |
R |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Kindspecifieke maternale gegevens |
|
|
|
|
|
final |
Tijdstip actief meepersen |
peri21-30030 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Tijdstip actief meepersen |
|
|
|
|
|
final |
Conditie perineum postpartum |
peri21-30040 |
- |
R |
1..* |
n |
Code |
|
|
- gaaf
- 1e graads perineumruptuur
- 2e graads perineumruptuur
- 3e graads ruptuur (sfincterlaesie, rectumslijmvlies intact)
- 4e graads ruptuur (sfincterlaesie en rectumslijmvlieslaesie)
- episiotomiewond
- episiotomie anterior ivm vrouwelijke genitale verminking (VGV)
- clitoris en/of labia minora gedeeltelijk of geheel afwezig tgv vrouwelijke genitale
verminking (VGV)
- onbekend
- anders
- geen informatie
|
Conditie perineum postpartum |
|
|
|
|
|
final |
Episiotomie |
peri21-30050 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Episiotomie |
|
|
|
|
|
final |
Locatie episiotomie |
peri21-30055 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- mediolaterale episiotomie
- mediane episiotomie
- onbekend
- geen informatie
|
Locatie episiotomie |
|
|
|
|
Indien #30050 Episiotomie = ja(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Kindspecifieke uitkomstgegevens |
peri21-72 |
- |
R |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Kindspecifieke uitkomstgegevens |
|
|
|
|
|
final |
Type uitkomst |
peri21-40020 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- partus
- spontane abortus
- APLA
- EUG
- mola
- selectieve foeticide
|
Spontane abortus, APLA, selectieve foeticide, EUG, mola of partus |
|
|
|
|
|
final |
Geboortegewicht |
peri21-40060 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Hoeveelheid |
gram |
|
|
Meting van het lichaamsgewicht zo kort mogelijk na de geboorte. |
|
|
|
- N.B. De hierbij gebruikte LOINC-code is niet uitsluitend beperkt tot het gebruik voor
het concept 'neonataal geboortegewicht', maar kan ook gebruikt worden voor het concept
'maternaal lichaamsgewicht, bij de geboorte'.
|
|
final |
Apgarscore na 1 min. |
peri21-40070 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Apgarscore na 1 min. |
|
|
|
|
|
final |
Apgarscore na 5 min. |
peri21-40071 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Aantal |
|
|
|
Apgarscore na 5 min. |
|
|
|
|
|
final |
Congenitale afwijkingen |
peri21-40080 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Congenitale afwijkingen |
|
|
|
|
|
final |
Congenitale afwijkingen (groep) |
peri21-40081 |
- |
C |
0..* |
n |
|
|
|
|
Congenitale afwijkingen (groep) |
|
|
|
|
Indien #40080 Congenitale afwijkingen = ja(1..* R) Anders (.. NP) |
final |
Specificatie congenitale afwijking (groep) |
peri21-40082 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Specificatie congenitale afwijking (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Specificatie congenitale afwijking |
peri21-40090 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- afwijkingen centraal zenuwstelsel
- anencefalie
- microcefalie
- spina bifida occulta
- spina bifida aperta
- hydrocefalie
- meningomyelocele
- encefalocele
- andere cong. afw. centr. zenuwstelsel
- afwijkingen ogen
- microphtalmie
- andere congenitale afwijkingen ogen
- congenitale afwijkingen oren
- congenitale vaatanomalieën
- vitium cordis
- ontbreken van 1 navelarterie
- andere congenitale vaatanomalieën
- congenitale tractus respiratorius anomalieën
- choanaal atresie
- overige cong. afw. tractus respirator
- congenitale tractus digestivus anomalieën
- gehemeltespleet
- lipspleet
- oesofago-tracheale fistel
- oesofagus atresie
- overige darmatresie incl. van de anus
- hernia diafragmatica
- andere cong. afw. tractus digestiv.
- congenitale tractus urogenita anomalieën
- hypospadie en epispadie
- andere cong. afw. tractus urogenita
- congenitale huidafwijkingen
- nevus pigmentosus
- haemangioma cavernosum
- andere congenitale huidafwijkingen
- congenitale afwijkingen extremiteiten
- polydactylie
- syndactylie
- focomelie en amelie
- congenitale heupluxatie
- pes equinovarus
- andere cong. afw. van de extremiteiten
- congenitale afwijkingen van bot & skelet
- andere cong. afw. beweging/spier stelsel
- struma congenita
- situs inversus
- multiple congenitale afwijkingen
- overige congenitale afwijkingen (NNO) - is nu te door te gegven als nullFlavor=OTH
- onbekend
- overige congenitale afwijkingen (NNO)
- geen informatie
|
Aangeboren afwijkingen, conform de lijst LVR2, exclusief chromosomale afwijkingen |
|
|
|
|
|
final |
Waarschijnlijkheid congenitale afwijking |
peri21-40100 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- onzeker
- zeker
- geen informatie
|
Geeft aan of de bevinding onzeker (= vermoeden) is. |
|
|
|
|
|
final |
Chromosomale afwijkingen |
peri21-40110 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Congenitale aandoeningen die passen bij chromosomale afwijkingen |
|
|
|
|
|
final |
Specificatie chromosomale afwijking (groep) |
peri21-40111 |
- |
C |
0..* |
n |
|
|
|
|
Specificatie chromosomale afwijking (groep) |
|
|
|
|
Indien #40110 Chromosomale afwijkingen = ja(1..* R) Anders (.. NP) |
final |
Specificatie chromosomale afwijking |
peri21-40120 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- trisomie 21
- trisomie 18
- trisomie 13
- Turner
- triploïdie
- ongebalanceerde translocatie
- onbekend
- overige chromosomale afwijkingen
- geen informatie
|
Specificatie chromosomale afwijking |
|
|
|
|
|
final |
Waarschijnlijkheid chromosomale afwijking |
peri21-40130 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- onzeker
- zeker
- geen informatie
|
Geeft aan of de bevinding onzeker (= vermoeden) is. |
|
|
|
|
|
final |
Ligging bij geboorte |
peri21-40140 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- achterhoofd-voor
- achterhoofd-achter
- kruin
- aangezicht
- voorhoofd
- hoofdligging anders
- volkomen stuit
- onvolkomen stuit
- dwars
- onbekend
- overig
- geen informatie
|
Ligging bij geboorte |
|
|
|
|
|
final |
Aanpakker kind (groep) |
peri21-40149 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Aanpakker kind (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Rol aanpakker kind |
peri21-40150 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- 1e lijns verloskundige
- verloskundige in opleiding
- co-assistent
- huisarts
- huisarts in opleiding
- gynaecoloog
- gynaecoloog in opleiding
- arts, niet in opleiding
- arts-assistent
- klinisch verloskundige
- verpleegkundige
- kraamverzorgende
- niet medisch geschoolde
- onbekend
- geen informatie
|
Rol aanpakker kind |
|
|
|
|
|
final |
Eindverantwoordelijke (groep) |
peri21-40169 |
- |
R |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Eindverantwoordelijke (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Rol eindverantwoordelijke |
peri21-40170 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- 1e lijns verloskundige
- huisarts
- gynaecoloog
- gynaecoloog in opleiding
- arts, niet in opleiding
- arts-assistent
- klinisch verloskundige
- onbekend
- geen informatie
|
Rol eindverantwoordelijke |
|
|
|
- Lijst is een subset van #40150!
|
|
final |
Pediatrische betrokkenheid andere zorgverlener (groep) |
peri21-40249 |
+ |
M |
1..1 |
1 |
|
|
|
|
Pediatrische betrokkenheid andere zorgverlener (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Betrokkenheid andere zorgverlener |
peri21-40250 |
- |
R |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- geen
- consultatie
- overdracht
- observatie
- opname
- onbekend
- geen informatie
|
Is er een andere zorgverlener bij de zorg voor het kind betrokken (vooralsnog alleen
de kinderarts! Zie #20261) en zo ja op welke wijze.
|
|
|
|
|
|
final |
Datum betrokkenheid andere zorgverlener |
peri21-40260 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Datum+tijd |
|
|
|
Datum waarop het kind is geconsulteerd door of is overgedragen aan een andere zorgverlener
(vooralsnog alleen de kinderarts).
|
|
|
|
|
Indien er een andere zorgverlener betrokken is geweest(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Zorgverlenertype van betrokken andere zorgverlener |
peri21-40261 |
- |
C |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
|
Zorgverlenertype van de persoon die bij de zorg voor het kind betrokken is |
|
|
vooralsnog alleen de kinderarts |
|
Indien er een andere zorgverlener betrokken is geweest(1..1 R) Anders (.. NP) |
final |
Vaginale kunstverlossing (groep) |
peri21-40189 |
- |
R |
0..* |
n |
|
|
|
|
Vaginale kunstverlossing (groep) |
|
|
|
|
|
final |
Vaginale kunstverlossing |
peri21-40190 |
+ |
M |
0..1 |
1 |
Code |
|
|
- uitgangs- of lage vacuüm
- uitgangs- of lage forceps
- midden- of hoge vacuüm
- midden- of hoge forceps
- versie en extractie
- partiële stuitextractie
- stuitextractie
- anders
|
Vaginale kunstverlossing |
|
|
|
|
|
final |
Succes vaginale kunstverlossing |
peri21-40200 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Boolean |
|
|
|
Kunstverlossing geslaagd? |
|
|
|
|
|
final |
Indicatie vaginale kunstverlossing |
peri21-40210 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- Niet vorderende uitdrijving
- Verdenking foetale nood
- Persverbod vrouw
- overig
- geen informatie
|
Indicatie vaginale kunstverlossing |
|
|
|
|
|
final |
Overige interventies |
peri21-40240 |
- |
R |
0..* |
n |
Code |
|
|
- Fundusexpressie
- Opheffen schouderdystocie
- Catheterisatie
- overig
- geen informatie
|
Overige interventies |
|
|
|
|
|
final |
Postnatale fase |
peri21-16 |
- |
R |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Postnatale fase |
|
|
|
|
|
final |
Kindspecifieke kraamzorggegevens |
peri21-161 |
- |
R |
0..1 |
1 |
|
|
|
|
Kindspecifieke kraamzorggegevens |
|
|
|
|
|
final |
Voeding kind (groep) |
peri21-70009 |
- |
R |
1..* |
n |
|
|
|
|
Voeding kind (groep).Registratie richtlijn PRN: de voeding van het kind bij voorkeur
vastleggen op de zevende dag.De voeding van het kind mag vaker dan één keer (dus op
meer dan één datum) worden vastgelegd, soms is dit ook nuttig omdat het verandert.
Daarnaast is het ook mogelijk dat een kind op één datum verschillende substanties
voeding krijgt (bijvoorbeeld zowel borst- als kunstvoeding). Ook dat kan vastgelegd
worden.
|
|
|
|
|
|
final |
Voeding kind (datum) |
peri21-70011 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Datum |
|
|
|
Datum waarop de aangegeven voeding betrekking heeft, bijvoorbeeld bij einde zorg,
bij ontslag ziekenhuis
|
|
|
|
|
|
final |
Substantie voeding kind |
peri21-70030 |
- |
R |
1..1 |
1 |
Code |
|
|
- borstvoeding
- kunstvoeding
- hypo-allergene kunstvoeding
- onbekend
- geen informatie
|
Substantie voeding kind |
|
|
|
|
|
final |