Terug naar index  <<  Terug naar datasets

final Dataset nl.zorg.part.GebruiksInstructie 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.3.9.12

Naam Id
final nl.zorg.part.GebruiksInstructie (1.1)
ref
zib2017bbr-
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.3.9.12
Versie / ingangsdatum Vervaldatum
2017‑12‑31
Omschrijving

Concept

Aanwijzingen voor het gebruik of toediening van de medicatie, bijvoorbeeld dosering en toedieningsweg. Bij medicatiegebruik is dit het gebruikspatroon dat de patiënt heeft gevolgd of met zichzelf heeft afgesproken.
Dit is een subbouwsteen

Purpose

Gebruiksinstructie geeft inzicht in de wijze waarop een geneesmiddel gebruikt dient te worden.

Example Instances

nl.zorg.part.GebruiksInstructie-1.1-ExampleInstances-563361703-1.png

Instructions

Zonodig dosering:
Het gebruiken van de term ‘zo nodig’ of een specifieke reden (bijv. ‘bij pijn’) om medicatie in te nemen leidt tot onduidelijkheid. Er is niet altijd duidelijk of de hele dosering ‘zo nodig’ is of alleen een deel van de dosering. Bijvoorbeeld: 1x daags 1-2 tabletten zo nodig. Dit kan betekenen: per dag 1 tablet vast en 1 tablet zo nodig of zo nodig maximaal 2 tabletten.
Zo nodig medicatie wordt niet opgenomen in GDS. In de eerste situatie komt er 1 tablet in de GDS en wordt er 1 tablet los geleverd. In de tweede situatie is er alleen losse levering.
Het systeem dient voldoende duidelijk te maken of de gehele instructie of een deel van de dosering zo nodig is. De ZIB ondersteunt beide hierboven beschreven opties.

Revision History

Publicatieversie 1.0 (04-09-2017)

Publicatieversie 1.1 (31-12-2017)
Bevat: ZIB-617, ZIB-643.

Eigenschappen
DCM::CoderList Projectgroep Medicatieproces
DCM::ContentAuthorList Projectgroep Medicatieproces
DCM::CreationDate 1-3-2017
DCM::DescriptionLanguage nl
DCM::PublicationStatus Published
DCM::ReviewerList Projectgroep Medicatieproces & Architectuurgroep Registratie aan de Bron
DCM::RevisionDate 31-12-2017
DCM::Superseeds nl.zorg.part.GebruiksInstructie-v1.0
Naam Details [‑]
folder final GebruiksInstructie
NL-CM-9.12.22504
Id NL-CM-9.12.22504 (2017‑12‑31)
Omschrijving Rootconcept van de sub-bouwsteen GebruiksInstructie. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen van de bouwsteen GebruiksInstructie.
final AanvullendeInstructie
NL-CM-9.12.19944
Id NL-CM-9.12.19944 (2017‑12‑31)
Omschrijving De aanvullende instructie bevat een aanvullend uitleg over het gebruik of de overwegingen voor het huidige voorschrift.

Het kan hier ook gaan om alle aanwijzingen voor gebruik. De tekst kan afkomstig zijn van het oorspronkelijke "papieren" medicatievoorschrift, maar kan ook gegenereerd worden uit de gecodeerde gegevens.

Dit concept mag meer informatie bevatten dan gestructureerd gecodeerd is in de onderliggende informatie, maar mag er niet mee in tegenspraak zijn.
De instructies mogen niet conflicteren met andere onderdelen van het toedieningsverzoek.

De instructies kunnen ook verwijzen naar een bestaand protocol.

De G-standaard bevat veel teksten die dit attribuut kunnen ondersteunen, onder andere in G-standaard tabel 362 waar de teksten uit de huisartsenstandaard WCIA tabel 25 zijn opgenomen. Deze teksten kunnen desgewenst gebruikt worden om invulling te geven aan dit concept.
Waardendomein String
final Omschrijving
NL-CM-9.12.9581
Id NL-CM-9.12.9581 (2017‑12‑31)
Omschrijving Tekstuele omschrijving van de volledige gebruiksinstructie inclusief de gebruiksperiode.
Waardendomein String
final HerhaalperiodeCyclischSchema
NL-CM-9.12.22505
Id NL-CM-9.12.22505 (2017‑12‑31)
Omschrijving De herhaalperiode van een cyclisch schema (van één of meer doseerinstructies). Een cyclisch schema wordt weergegeven in dagen, de bijbehorende doseerduur is daarbij ook in dagen.

Voorbeelden van een cyclisch schema: 
de anticonceptiepil (21 dagen 1 maal per dag 1 stuk, dan 7 dagen niet, dit herhalen), de herhaalperiode is hier 28 d
Waardendomein Hoeveelheid
Voorbeeld 28 d
final Toedieningsweg
NL-CM-9.12.19941
Id NL-CM-9.12.19941 (2017‑12‑31)
Omschrijving De route waarlangs de medicatie wordt toegediend (oraal, nasaal, intraveneus, et cetera).
Waardendomein Code
Keuzelijst
Conceptenlijst

Waardelijst MedicatieToedieningswegCodelijst (versie 2017‑12‑31)
folder final Doseerinstructie
NL-CM-9.12.22095
Id NL-CM-9.12.22095 (2017‑12‑31)
Omschrijving Doseerinstructie
final Doseerduur
NL-CM-9.12.22506
Id NL-CM-9.12.22506 (2017‑12‑31)
Omschrijving De beoogde tijdsduur voor deze doseerinstructie, bjivoorbeeld 5 dagen of 8 weken.
Bij medicatie voor onbepaalde duur wordt in de laatste doseerinstructie de doseerduur leeg gelaten. Leeg laten van doseerduur mag alleen bij medicatie voor onbepaalde duur.
Waardendomein Hoeveelheid
Voorbeeld 5 dagen
Voorbeeld 8 weken
final Volgnummer
NL-CM-9.12.22503
Id NL-CM-9.12.22503 (2017‑12‑31)
Omschrijving Deze geeft de volgorde van de doseerinstructies aan binnen de medicatieafspraak.
Waardendomein Aantal
folder final Dosering
NL-CM-9.12.19935
Id NL-CM-9.12.19935 (2017‑12‑31)
Omschrijving De container van het concept Dosering. Deze container bevat alle gegevenselementen van de concept Dosering.

Instructies voor toediening van de medicatie aan de toediener (de patiënt zelf, een verpleegkundige of andere hulpverlener). Bij inventarisatie van medicatiegebruik beschrijft de dosering het gebruikspatroon dat de patiënt met zichzelf heeft afgesproken.

Als het doseerschema (spreiding van toedieningen over de tijd) vast is en de keerdosis ook, dan is er een enkele gebruiksinstructie.

Er kunnen meerdere parallelle gebruiksinstructies opgenomen worden bij een wisselende doseerhoeveelheid binnen de dag en bij een variabele gebruiksfrequentie.

Er kunnen meerdere sequentiële gebruiksinstructies opgenomen worden bij wisselende doseerhoeveelheden binnen de periode en/of een wisselend doseerschema.
folder final Toedieningssnelheid
NL-CM-9.12.19942
Id NL-CM-9.12.19942 (2017‑12‑31)
Omschrijving De toedieningssnelheid wordt gebruikt bij de langzame toediening van vloeistoffen. De meeteenheid is in de praktijk vrijwel altijd ml/uur.
Ook het opgeven van een interval (bijv. 0-10 ml/uur) is een gebruikelijke optie.

Bijvoorbeeld, bij toedieningssnelheid van 10ml/uur geldt:
  • aantal = 10,
  • gebruikseenheid = ml,
  • tijdseenheid = uur

Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25).
folder final Bereik
NL-CM-2017-148
Id NL-CM-2017-148 (2017‑12‑31)
Concept verwijst naar final NL-CM-20.1.1 (2017‑12‑31)
Omschrijving Rootconcept van de subbouwsteen Bereik. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen van de subbouwsteen Bereik.
folder final Toedieningsduur
NL-CM-9.12.23141
Id NL-CM-9.12.23141 (2017‑12‑31)
Omschrijving De toedieningsduur definieert de tijdsduur gedurende welke het medicijn wordt toegediend en wordt voornamelijk gebruikt bij de langzame parenterale toediening van vloeistoffen.
Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25)
folder final Bereik
NL-CM-2017-149
Id NL-CM-2017-149 (2017‑12‑31)
Concept verwijst naar final NL-CM-20.1.1 (2017‑12‑31)
Omschrijving Rootconcept van de subbouwsteen Bereik. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen van de subbouwsteen Bereik.
folder final Keerdosis
NL-CM-9.12.19940
Id NL-CM-9.12.19940 (2017‑12‑31)
Omschrijving De keerdosis definieert de dosis per inname of toediening.

De dosering wordt beschreven in de bij het product behorende eenheid, zodat het meestal een aantal stuks of doses betreft. Voor vloeistoffen en andere deelbare producten zal meestal een volumemaat (bij voorkeur "ml") worden gebruikt.

De voorschrijver zal de dosering in veel gevallen willen aangeven in gewichtseenheden van de werkzame stof.

Als niet het product, maar alleen de stof is aangegeven, dan wordt de hoeveelheid van die stof opgegeven. Paracetamol 1000mg is dan equivalent aan Paracetamol 500mg tablet, 2 tabletten (of stuks).

De dosering wordt soms aangegeven in een berekening, waarin vaak het lichaamsgewicht of het lichaamsoppervlak van de patiënt als parameter gebruikt wordt. De berekening blijft echter niet meer dan een hulpmiddel om tot een beslissing te komen.

Bij continue toediening wordt naast de toedieningssnelheid (inloopsnelheid) soms ook de keerdosis opgegeven (bv. 20ml in een spuit of 500ml in een zak), maar vaak ook weggelaten.

Ook een algemeen doseeradvies zoals 'Gebruik volgens protocol' of 'Zie gebruiksaanwijzing' kan adequaat zijn. Ook dan wordt geen keerdosis opgegeven.

Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25).
folder final Bereik
NL-CM-2017-150
Id NL-CM-2017-150 (2017‑12‑31)
Concept verwijst naar final NL-CM-20.1.1 (2017‑12‑31)
Omschrijving Rootconcept van de subbouwsteen Bereik. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen van de subbouwsteen Bereik.
folder final Zonodig
NL-CM-9.12.22512
Id NL-CM-9.12.22512 (2017‑12‑31)
Omschrijving Zo nodig betekent dat de toediening alleen onder een bepaalde voorwaarde wordt uitgevoerd.
Zie ook de sectie Instructions voor meer informatie over het gebruik.
final Criterium
NL-CM-9.12.19945
Id NL-CM-9.12.19945 (2017‑12‑31)
Omschrijving De voorwaarde voor het toedienen van een medicament kan zijn:
  • een fysiologische meetwaarde (plasma glucose concentratie, lichaamstemperatuur, bloeddruk);
  • een symptoom of andere omstandigheid (bij hoofdpijn, bij jeuk).

Relevante b-codes uit Tabel25 vormen de waardelijst om dit concept gecodeerd door te geven. Daarbij moet altijd ook de tekstuele omschrijving van die code meegegeven worden.
Fysiologische meetwaarden of andere voorwaarden die niet in de b-codes van Tabel25 voorkomen, hoeven niet gecodeerd te worden. Deze kunnen uitgedrukt worden in vrije tekst in het concept omschrijving.
Waardendomein Code
Keuzelijst
Conceptenlijst

Waardelijst ZonodigCriteriumCodelijst (versie 2017‑12‑31)
final MaximaleDosering
NL-CM-9.12.19946
Id NL-CM-9.12.19946 (2017‑12‑31)
Omschrijving Een maximale dosering maximaliseert (in tijd) het gebruik van een middel in een 'zo nodig' voorschrift.
Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25).
Waardendomein Hoeveelheid
Voorbeeld maximaal 200 ml per week
Voorbeeld maximaal 6 stuks per dag
folder final Toedieningsschema
NL-CM-9.12.19948
Id NL-CM-9.12.19948 (2017‑12‑31)
Omschrijving De specificatie van de tijdsmomenten waarop het medicament toegediend wordt of zal worden. De wijze waarop dit wordt weergegeven is:
  • Tijdstip(pen) (16:00) of gebeurtenissen ("voor het eten") waarop het medicament dagelijks ingenomen moet worden.
  • Een specifiek aantal keren dat het medicament dagelijks ingenomen moet worden ("3x per dag"), aangeduid met de frequentie
  • Een tijdsafstand tussen opeenvolgende innames ("Elke 2 uur", "elke 3 dagen"), aangeduid met Interval.
  • Combinaties van periodes met een interval en een duur ("Gedurende drie van vier weken dagelijks 1 : het pilschema")


Als een medicament niet dagelijks ingenomen moet worden, kan het voorgaande gecombineerd worden met dagaanduidingen:
  • Een of meerdere weekdagen waarop de toediening moet plaatsvinden ("maandag, woensdag, vrijdag")
  • "3 keer per week", "2 keer per maand".


Standaard zal de gespecificeerde toediening "oneindig" herhaald worden tot:
  • De einddatum en tijd bereikt is
  • De totale toedieningsduur bereikt is (gedurende 14 dagen)
  • Een specifiek aantal toedieningen bereikt is ("20 giften), op te geven in het concept Frequentie.

folder final Frequentie
NL-CM-9.12.19949
Id NL-CM-9.12.19949 (2017‑12‑31)
Omschrijving De frequentie geeft het aantal doseermomenten per tijdseenheid, meestal per dag. Als dit gegeven is opgenomen, dan zal het Interval niet zijn opgegeven. Meestal bestaat frequentie uit zowel aantal als tijdseenheid (3 maal per dag), maar het kan ook zonder tijdseenheid voorkomen (éénmalig).

Er wordt dan een redelijke verdeling over de dag verwacht, maar dit komt niet heel precies en wordt aan de patiënt overgelaten. Het is de gebruikelijke manier van voorschrijven extramuraal. Bij baxteren en intramuraal wordt uit een dergelijk voorschrift daarna een (locatiegebonden) uitwerking gemaakt in uitdeeltijden (logistiek).

De tijdseenheid van de frequentie moet gelijk zijn aan hoe deze is weergegeven in de tekstuele weergave van de dosering.

Bijvoorbeeld:
bij dosering '2 maal per dag...' geldt:
  • aantal = 2
  • tijdseenheid = 'dag'.


bij dosering '3 maal per week...' geldt:
  • aantal = 3
  • tijdseenheid = 'week'.


Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25)
folder final Bereik
NL-CM-2017-151
Id NL-CM-2017-151 (2017‑12‑31)
Concept verwijst naar final NL-CM-20.1.1 (2017‑12‑31)
Omschrijving Rootconcept van de subbouwsteen Bereik. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen van de subbouwsteen Bereik.
final Weekdag
NL-CM-9.12.19952
Id NL-CM-9.12.19952 (2017‑12‑31)
Omschrijving Weekdag definieert een patroon van toedieningen op vaste weekdagen.
Waardendomein Code
Keuzelijst
Conceptenlijst

Waardelijst WeekdagCodelijst (versie 2017‑12‑31)
Voorbeeld Maandag
final Dagdeel
NL-CM-9.12.19953
Id NL-CM-9.12.19953 (2017‑12‑31)
Omschrijving Dagdeel: ochtend, middag, avond, nacht.
Waardendomein Code
Keuzelijst
Conceptenlijst

Waardelijst DagdeelCodelijst (versie 2017‑12‑31)
Voorbeeld Ochtend
final Toedientijd
NL-CM-9.12.19951
Id NL-CM-9.12.19951 (2017‑12‑31)
Omschrijving De toedientijd is een specifieke (klok)tijd op de dag. Deze tijd is meestal niet exact (bedoeld). Er kunnen meerdere inname tijdstippen op een dag zijn.

De beoogde toedientijd kan ook als dagdeel worden aangegeven (ochtend, middag, avond, nacht). De toedientijd blijft dan leeg, waarbij het dagdeel vastgelegd kan worden in het concept Dagdeel.
Waardendomein Datum/tijd
Voorbeeld 07:30
final Interval
NL-CM-9.12.19950
Id NL-CM-9.12.19950 (2017‑12‑31)
Omschrijving Het interval geeft de tijd tussen doseermomenten weer. Als dit gegeven is opgenomen, dan zal de Frequentie niet zijn opgegeven.

Voorbeelden : elke 4 uur, om de 3 weken.

De tijdstippen kunnen nu vrij gekozen worden, maar de verdeling over de dag komt nauwer en het interval tussen de tijdstippen is belangrijk (bv. antibiotica)
Bij baxteren en intramuraal wordt uit een dergelijk voorschrift daarna een (locatiegebonden) uitwerking gemaakt in uitdeeltijden (logistiek).
Waardendomein Hoeveelheid