Terug naar index  <<  Terug naar templates

draft Template  VZVZ Batch antwoord

Id 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.4 Geldigheid geldig vanaf 2015‑07‑13

Er zijn versies van templates met dit id:
  • batchAntwoord van 2015‑07‑13
  • batchAntwoord van 2014‑01‑13
Status draft Ontwerp Versielabel
Naam batchAntwoord Weergavenaam VZVZ Batch antwoord
Omschrijving Batch antwoord
Verdere informatie
Context Padnaam //
Classificatie HL7v2/v3 message level template
Open/gesloten Open (ook andere dan gedefinieerde elementen zijn toegestaan)
Gebruikt door / Gebruikt
Gebruikt door 0 templates, Gebruikt 9 templates
Gebruikt Template-id als Naam Versie
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 Containment TransmissionWrapperDevice 2014‑07‑15
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.6 Inclusie opleverenLabUitslagen DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.8 Inclusie opleverenAlgemeneUitslagen DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.10 Inclusie opleverenContactmomenten DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.12 Inclusie opleverenVoorschriftenLijst DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.14 Inclusie opleverenContactverslagen DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.16 Inclusie opleverenOverdrachtconcerns DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.18 Inclusie opleverenAlerts DYNAMISCH
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.20 Inclusie opleverenAllergieintoleranties DYNAMISCH
Relatie Specialisatie: template 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.2 (2014‑07‑15)
Afgeleide: model MCCI_IN200101 (DYNAMISCH)
Voorbeeld
Het onderstaande voorbeeld geeft een batchAntwoord weer, dat vanaf het LSP het resultaat van een verzameling bouwsteenspecifieke queries bundelt en oplevert. In dit geval wordt het resultaat van 3 queries naar labuitslagen, 1 query naar algemene uitslagen, 1 query naar contactmomenten en 2 queries naar voorschriftenlijsten geretourneerd, die elk als volledige interactie onder batchwrapper zijn opgenomen.
<MCCI_IN200101>
  <!-- MCCI_IN200101 :: batchAntwoord -->
  <id extension="3423334" root="2.16.528.1.1007.3.3.700222.1"/>
  <creationTime value="20140113194514"/>
  <versionCode code="NICTIZEd2005-Okt"/>
  <interactionId extension="MCCI_IN200101" root="2.16.840.1.113883.1.6"/>
  <profileId root="2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1" extension="810"/>
  <transmissionQuantity value="7"/>
  <acknowledgement typeCode="AA">
    <targetTransmission>
      <id extension="564874653876" root="2.16.528.1.1007.3.3.1234567.1"/>
    </targetTransmission>
  </acknowledgement>
  <receiver>
    <device>
      <id extension="902" root="2.16.840.1.113883.2.4.6.6"/>
    </device>
  </receiver>
  <sender>
    <device>
      <id extension="1" root="2.16.840.1.113883.2.4.6.6"/>
    </device>
  </sender>
  <POLB_IN364001NL02>
    <!-- labuitslagen van bronsysteem 1 -->
  </POLB_IN364001NL02>
  <POLB_IN364001NL02>
    <!-- labuitslagen van bronsysteem 2 -->
  </POLB_IN364001NL02>
  <POOB_IN990003NL>
    <!-- algemene uitslagen van bronsysteem 2 -->
  </POOB_IN990003NL>
  <POLB_IN364001NL02>
    <!-- labuitslagen van bronsysteem 3 -->
  </POLB_IN364001NL02>
  <QURX_IN990203NL01>
    <!-- voorschriften van bronsysteem 1 -->
  </QURX_IN990203NL01>
  <PRPA_IN900350NL>
    <!-- contactmomenten van bronsysteem 2 -->
  </PRPA_IN900350NL>
  <QURX_IN990203NL01>
    <!-- voorschriften van bronsysteem 3 -->
  </QURX_IN990203NL01>
  <!-- ... -->
</MCCI_IN200101>
Item DT Card Conf Omschrijving Label
hl7:MCCI_IN200101
1 … 1 (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Bundel-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Batch: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 M Bundel-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 M Bundel-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 M Bundel-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
@extension
1 … 1 F MCCI_IN200101
hl7:profileId
II 1 … 1 M Bundel-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:referenceControlId
NP (batchAntwoord)
hl7:name
NP (batchAntwoord)
hl7:batchComment
NP (batchAntwoord)
hl7:transmissionQuantity
INT 1 … 1 M Bevat het aantal berichten opgenomen in deze batch. (batchAntwoord)
hl7:batchTotalNumber
NP (batchAntwoord)
hl7:acknowledgement
1 … 1 M Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 F AA
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetTransmission>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetTransmission>
</acknowledgement>
hl7:targetTransmission
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:receiver
1 … 1 R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15) (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
hl7:sender
1 … 1 M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
@typeCode
0 … 1 F SND
Keuze 0 … *
Een Batch bevat nul of meer interacties. Dit deel van het batchantwoord vormt als het ware de payload van het batchbericht.
Elementen om uit te kiezen:
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.6 VZVZ Opleveren Labuitslagen (DYNAMISCH)
hl7:POLB_IN364001NL02
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.6
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 26436-6
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.203 KEZO Labbepaling (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:observation [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.203']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.8 VZVZ Opleveren Algemene Uitslagen (DYNAMISCH)
hl7:POOB_IN990003NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.8
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 27899-4
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.202 KEZO Algemene bepaling (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:observation [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.202']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.10 VZVZ Opleveren Contactmomenten (DYNAMISCH)
hl7:PRPA_IN900350NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.10
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 46240-8
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.201 KEZO Contactmoment (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:encounter [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.201']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.12 VZVZ Opleveren Medicatievoorschriften (DYNAMISCH)
hl7:QURX_IN990203NL01
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.12
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 57828-6
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.204 KEZO Voorschrift (2014‑04‑30) (batchAntwoord)
waar [hl7:substanceAdministration [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.204']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.14 VZVZ Opleveren Contactverslagen (DYNAMISCH)
hl7:REPC_IN990101NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.14
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 34900-1
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.207 KEZO Contactverslag (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:act [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.207']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.16 VZVZ Opleveren Overdrachtconcerns (DYNAMISCH)
hl7:REPC_IN990111NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.16
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 75310-3
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.212 KEZO Overdracht Concern (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:act [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.212']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.18 VZVZ Opleveren Alerts (DYNAMISCH)
hl7:REPC_IN990121NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
cs 1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
cs 1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
uid 1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.18
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 74018-3
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.214 KEZO Alert (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:observation [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.214']]
@typeCode
cs 0 … 1 F COMP
@contextControlCode
cs 0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.20 VZVZ Opleveren Allergie intoleranties (DYNAMISCH)
hl7:REPC_IN990131NL
(batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.300 TransmissionWrapper Application Ack (2014‑07‑15)
hl7:id
II 1 … 1 R Bericht-id (batchAntwoord)
  Schematron assert role red error  
  test @root and @extension  
  Melding Transmission: id element mist root of extension  
hl7:creationTime
TS.DATETIME.MIN 1 … 1 R Bericht-aanmaakdatum/tijd (batchAntwoord)
  Constraint creationTime moet minimaal op de seconde nauwkeurig zijn
hl7:versionCode
CS 1 … 1 R Bericht-versiecode (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NICTIZEd2005-Okt
hl7:interactionId
II 1 … 1 R Bericht-interactie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.6
  Schematron assert role red error  
  test not(@root='2.16.840.1.113883.1.6') or local-name(..)=@extension  
  Melding Transmission: @extension moet overeenkomen met het startelement van het bericht  
hl7:profileId
II 1 … 1 R Bericht-profile-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.1
@extension
1 … 1 F 810
hl7:processingCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F P
hl7:processingModeCode
CS 1 … 1 R Bericht-verwerkingsmodus (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F T
hl7:acceptAckCode
CS 1 … 1 R Indicatie of de zender een technische ontvangstbevestiging wil krijgen. (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F NE
hl7:acknowledgement
1 … 1 R Details van de bevestiging (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.8 AcknowledgementType (2011‑07‑26)
  Voorbeeld <acknowledgement typeCode="AA">
  <targetMessage>
    <id extension="200103" root="2.16.528.1.1007.3.3.112233.1"/>
  </targetMessage>
</acknowledgement>
hl7:acknowledgementDetail
0 … * Bevat foutmeldingen (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1  
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19358 AcknowledgementDetailType (2011‑07‑26)
hl7:code
CV 0 … 1 Foutcode (batchAntwoord)
hl7:text
ST 0 … 1 Fouttext (batchAntwoord)
hl7:location
ST 0 … * Foutlocatie. Kan bijvoorbeeld een XPath-expressie zijn waar de fout optrad (batchAntwoord)
hl7:targetMessage
1 … 1 M Bevat de referentiedetails van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Identificatie van het bericht waarop wordt geantwoord (batchAntwoord)
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.120 TransmissionWrapper AttentionLine (2014‑07‑15)
hl7:attentionLine
0 … * Bevat gegevens met een bepaalde attentiewaarde (batchAntwoord)
hl7:keyWordText
SC 1 … 1 M Dit element functioneert als sleutel in een sleutel/waarde-paar en geeft betekenis aan de waarde in het element value. (batchAntwoord)
hl7:value
ANY 1 … 1 M Dit element functioneert als waarde bij de sleutel in het element keyWordText. Het datatype is niet van tevoren gedefinieerd en moet dus runtime via @xsi:type worden toegekend. (batchAntwoord)
@xsi:type
1 … 1 F ANY
hl7:receiver
1 … 1 R (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCV
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:respondTo
0 … * (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RSP
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:entityRsp
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @classCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10882 EntityClass (2011‑07‑26)
@determinerCode
cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @determinerCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.10878 EntityDeterminer (2011‑07‑26)
hl7:id
II 1 … * M (batchAntwoord)
hl7:name
EN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:sender
1 … 1 (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F SND
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.110 TransmissionWrapper Device (2014‑07‑15)
hl7:device
1 … 1 R Applicatiegegevens (batchAntwoord)
hl7:id
II 1 … 1 M Applicatie-id (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.6
@extension
1 … 1 R
hl7:name
EN 0 … 1 Applicatie-naam (batchAntwoord)
hl7:agencyFor
0 … 1 Met organisatie wordt dat organisatie(deel) bedoeld dat in juridische zin verantwoordelijk is voor het transport (de fysieke verzending) van een bericht of de ontvangst daarvan, bijvoorbeeld een apotheek of ziekenhuis. Voorbeelden: Indien de zender van een bericht een huisartssysteem is, dan bevat device.id de identificatie van het huisartssysteem, en representedOrganization.id de identificatie van de huisartsenpraktijk. De huisartsenpraktijk is de organisatie verantwoordelijk voor het transport van het bericht. Indien de zender van een bericht een laboratoriummodule binnen het ZIS is, dan bevat device.id de identificatie van de laboratoriummodule. Indien het ZIS de communicatie (de transportverantwoordelijkheid) verricht namens de laboratoriummodule, bevat representedOrganization.id de identificatie van het Ziekenhuis, zijnde de verantwoordelijke organisatie voor het ZIS. (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F AGNT
hl7:representedOrganization
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F ORG
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 1 … 1 M Organisatie-id (batchAntwoord)
hl7:name
ON 0 … * Organisatie-naam (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * Organisatie-telecom (batchAntwoord)
hl7:NotificationParty
0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.516 Notification Party [contact] (2012‑09‑01)
@classCode
0 … 1 F CON
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … * (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:contactParty
1 … 1 (batchAntwoord)
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:Organization
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.517 Organization [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
hl7:Person
 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.518 Person [contact] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
hl7:ControlActProcess
1 … 1 M Bevat transactionele informatie (batchAntwoord)
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:code
CV 0 … 1 Trigger Event (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.18 (TriggerEvent)
hl7:effectiveTime
TS 0 … 1 Datum en tijdstip (NB: geen interval) waarop de gebeurtenis die het bericht heeft doen ontstaan, plaatsvond. Dit tijdstip is mogelijkerwijs anders dan het tijdstip van het versturen van het bericht zoals opgenomen in de Transmission Wrapper. (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.519 ControlAct AuthorOrPerformer Device (2012‑08‑01)
Resultaten opleverberichten worden meestal direct door het antwoordende systeem bepaald. Zie hiervoor het element AssignedDevice.
hl7:authorOrPerformer
1 … 1 M Bericht-zender. Systeem of persoon (batchAntwoord)
@typeCode
1 … 1 R
  CONF
De waarde van @typeCode moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.19080 x_ParticipationAuthorPerformer (2011‑07‑26)
hl7:participant
1 … 1 M (batchAntwoord)
hl7:AssignedDevice
M Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.513 Assigned Device [universal] (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
waar [not(@nullFlavor)]
hl7:subject
0 … * R (batchAntwoord)
hl7:organizer
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.20
hl7:code
CV 1 … 1 M Type lijst (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F 48765-2
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (batchAntwoord)
@code
1 … 1 F completed
  Voorbeeld <statusCode code="completed"/>
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.105 KEZO CDA recordTarget Minimal (DYNAMISCH)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (batchAntwoord)
@typeCode
0 … 1 F RCT
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:patientRole
1 … 1 M (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PAT
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-5 Patiëntgegevens Ketenzorg
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R Patiëntidentificatie (batchAntwoord)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-6 Persoonsidentificatie Ketenzorg
Inclusie 0 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.2 Adres (2014‑11‑06)
hl7:addr
AD.NL 0 … * R Adres. Het attribuut @use bevat het soort adres. Sommige elementen hebben datatype SC. Merk op dat in datatype SC de text() node altijd verplicht is, ongeacht of er wordt gecodeerd. Deze kan worden gelezen als de @displayName. Verder is belangrijk op te merken dat gecodeerde adreselementen niet compatibel met CDA release 2 zijn (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   De codes voor adrestype worden gedefinieerd door het HL7 domein PostalAddressUse, aangegeven in het “use” attribuut van het element <addr> (zie voorbeelden). Als er geen adrestype bekend is, kan dit attribuut worden weggelaten. Als een adres van meerdere typen is, dan kan het attribuut @use meerdere adrestypen bevatten. Voorbeelden zijn een “tijdelijk bezoekadres” (use=”PHYS TMP”), of een vertrouwelijk bezoek- en postadres (use=”CONF PHYS PST”). Merk op dat de volgorde van de adrestypen er niet toe doet.
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.23 PostalAddressUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:streetName
  • hl7:houseNumber
  • hl7:buildingNumberSuffix
  • hl7:additionalLocator
  • hl7:postalCode
  • hl7:county
  • hl7:city
  • hl7:country
  • hl7:delimiter
  • hl7:unitID
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (batchAntwoord)
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het Adres datatype opgenomen. (batchAntwoord)
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is: de huisletter komt eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging. Deze samengestelde waarde wordt doorgegeven in de buildingNumberSuffix.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven.

Import

  • Als de buildingNumberSuffix uit één karakter bestaat, dan wordt de waarde als huisletter geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is geen spatie, dan wordt de waarde als huisnummertoevoeging geïmporteerd.
  • Als de buildingNumberSuffix uit meer dan één karakter bestaat en het tweede karakter is wel een spatie, dan wordt het gedeelte voor de spatie (het eerste karakter) als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(batchAntwoord)
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatie-aanduiding bij het postadres. Dit kan bijvoorbeeld een nummer van een appartement, suite of verdieping zijn. In de Nederlandse situatie wordt dit vaak gebruikt voor de verdieping, bijvoorbeeld ´III´ als het gaat om een woning op 3 hoog. Dit kan ook een aanduiding zijn die de relatie met een ander adres aangeeft zoals ‘to’ (tegenover) of ‘by’ (bij). Als een woonark bijvoorbeeld tegenover nummer 14 ligt, dan wordt ‘14’ in houseNumber gezet en ‘to’ (tegenover) in additionalLocator. (batchAntwoord)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
SC 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (batchAntwoord)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
SC 0 … 1 R In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient GBA tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet opnemen van een code. (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.17 Gemeenten (DYNAMISCH)
hl7:city
ST 0 … 1 R Het element city moet indien aanwezig de woonplaats/postadresplaats bevatten. (batchAntwoord)
hl7:country
SC 0 … 1 C Het element country moet het land bevatten. Indien deze wordt gecodeerd, dan moet worden gecodeerd volgens ISO 3166 Part 1, 2nd Edition, Alpha-2 code (1.0.3166.1.2.2) of GBA tabel 34 (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34). De text() node is in datatype SC altijd verplicht. (batchAntwoord)
  Constraint Het element mag altijd gevuld worden, maar is verplicht in buitenlandse adressen
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.13 Land (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ST 0 … * Begrenzers (delimiters) worden geprint zonder witte ruimte te vormen (framing). Wanneer er geen waardecomponent wordt geleverd, verschijnt de begrenzer als een regelonderbreking (line break). (batchAntwoord)
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (batchAntwoord)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R Overige gegevens optioneel (batchAntwoord)
@classCode
0 … 1 F PSN
@determinerCode
0 … 1 F INSTANCE
  Voorbeeld <patient classCode="PSN" determinerCode="INSTANCE">
  <name>
    <family qualifier="VV">de </family>    <family qualifier="BR">Jong</family>  </name>
  <administrativeGenderCode codeSystem="2.16.840.1.113883.5.1" code="M"/>
  <birthTime value="19670330"/>
</patient>
Inclusie 1 … 1 R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.10.1 Naam persoon (2014‑11‑06)
Naam
hl7:name
PN 1 … 1 R (batchAntwoord)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.18 EntityNameUseNL (DYNAMISCH)
Keuze 0 … *
Merk op dat de volgorde van de elementen, die elk meerdere malen mogen voorkomen, de volgorde voor weergave bepaalt.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:given
  • hl7:prefix
  • hl7:family
  • hl7:suffix
  • hl7:delimiter
  Constraint Het is niet toegestaan om lege naamdelen mee te geven. Om aan te geven dat een naamdeel leeg is dient het simpelweg niet te worden meegegeven in het bericht.
hl7:given
ENXP Bevat voorletter(s) of voorna(a)m(en) van de persoon. Het attribuut qualifier bepaalt wat het is. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.19 NaamDeelGivenQualifier (DYNAMISCH)
hl7:prefix
ENXP Bevat het voorvoegsel van de geslachtsnaam met de qualifier 'VV' (voorvoegsel), en/of de adellijke titel met qualifier 'NB' Merk op dat de volgorde van de XML tags in het bericht van belang is: de voorvoegsels dienen altijd vóór de bijbehorende family name gecommuniceerd te worden. Merk op dat een voorvoegsel eindigt met een spatie indien het type voorvoegsel dit vereist (wel bij "de" en "van", maar niet bij "l‘".) Eventuele adellijke titels/predikaten worden, voorzien van de qualifier NB, voor de geslachtsnaam opgenomen. (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.20 NaamDeelPrefixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:family
ENXP Bevat 1 achternaam met de use qualifier "BR" (geslachtsnaam). (batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.21 NaamDeelFamilyQualifier (DYNAMISCH)
hl7:suffix
ENXP Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(batchAntwoord)
@qualifier
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @qualifier moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.101.11.22 NaamDeelSuffixQualifier (DYNAMISCH)
hl7:delimiter
ENXP Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(batchAntwoord)
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(batchAntwoord)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R Geslacht (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.1 AdministrativeGender (DYNAMISCH)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-14 Geslacht Ketenzorg
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R Geboortedatum (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-469 Geboortedatum Ketenzorg
hl7:birthplace
0 … 1 R (batchAntwoord)
  Voorbeeld <birthplace>
  <place>
    <addr>
      <city>Breda</city>      <country>Nederland</country>    </addr>
  </place>
</birthplace>
hl7:place
1 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:addr
AD 1 … 1 R (batchAntwoord)
Keuze 1 … 2 Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:city
  • hl7:country
hl7:city
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
hl7:country
ST 0 … 1 R (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
0 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-368 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
kz-dataelement-216 Inhoudsverantwoordelijke Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgverlener (batchAntwoord)
waar [@typeCode='CST']
@typeCode
0 … 1 F CST
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-63 Dossierverantwoordelijk zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-109 Dossierhoudend zorgaanbieder Ketenzorg
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:participantRole
1 … 1 R (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ASSIGNED
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-217 Zorgverlener Ketenzorg
kz-dataelement-369 Zorgverlener Ketenzorg
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (batchAntwoord)
  target Gekoppeld aan concepten:
kz-dataelement-218 Identificatie Ketenzorg
kz-dataelement-370 Identificatie Ketenzorg
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.5.111" zijn
of
@codeSystem moet "2.16.840.1.113883.2.4.15.111" zijn
hl7:addr
AD 0 … * (batchAntwoord)
hl7:telecom
TEL 0 … * (batchAntwoord)
hl7:playingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F PSN
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (batchAntwoord)
hl7:scopingEntity
0 … 1 (batchAntwoord)
@classCode
1 … 1 F ORG
@determinerCode
1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (batchAntwoord)
hl7:code
CE 0 … 1 (batchAntwoord)
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype (organisaties))
hl7:desc
ED 0 … 1 (batchAntwoord)
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.215 KEZO Allergy Concern (DYNAMISCH) (batchAntwoord)
waar [hl7:act [hl7:templateId/@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.215']]
@typeCode
0 … 1 F COMP
@contextControlCode
0 … 1 F OP
hl7:reasonOf
0 … * R (batchAntwoord)
@typeCode
cs 0 … 1 F RSON
@contextConductionInd
bl 0 … 1  
hl7:justifiedDetectedIssue
1 … 1 Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.508 DetectedIssueEvent (2012‑09‑01) (batchAntwoord)
Inclusie 1 … 1 van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.506 Query Ack (2012‑09‑01)
Placeholder. Locatie voor het koppelen van de metagegevens van het resultaat.
hl7:queryAck
1 … 1 R Bevat de metakenmerken van een antwoord op een opvraagbericht (batchAntwoord)
hl7:queryId
II 1 … 1 M Bevat de unieke identificatie van de vraag. De waarde van dit attribuut is gelijk aan de waarde van QueryByParameter/queryId uit de vraag De aanvrager kan hierdoor de antwoordberichten relateren aan de vraag. (batchAntwoord)
hl7:statusCode
CS 0 … 1 R Bevat de (nieuwe) status van de query. De te gebruiken waarden in dit attribuut zijn gedefinieerd in de waardelijst QueryStatusCode. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet, indien aanwezig, de waarde "aborted" bevatten als de antwoordinteractie het antwoord vormt op een verzoek om de vraagsessie af te breken.

@code moet, indien aanwezig, de waarde "deliveredResponse" bevatten in alle andere gevallen.

  CONF
@code moet "aboerted" zijn
of
@code moet "deliveredResponse" zijn
hl7:queryResponseCode
CS 1 … 1 M Bevat een statusmelding betreffende het antwoord. Waarden zijn "OK" (Data found), "NF" (Nothing found, No errors), "AE" (Applicatie probleem, beantwoording afgebroken) en "QE" (Query Parameter Error, beantwoording afgebroken). De te gebruiken waarden zijn gedefinieerd in de QueryResponse vocabulaire. Indien er geen zoekresultaten bij een vraag opgeleverd kunnen worden, omdat bijvoorbeeld de in de vraag geleverde parameters niet tot een zoekresultaat leiden, dan bevat het antwoordbericht nul opgeleverde antwoorden en het queryResponseCode de waarde "NF". Het vinden van nul antwoorden is op zichzelf geen fout, Acknowledgement/@typeCode bevat om die reden "AA" indien queryResponseCode/@code "NF" is. (batchAntwoord)
  Constraint

@code moet "OK" bevatten als de resultaten op basis van de vraag geheel of gedeeltelijk worden opgeleverd

@code moet "NF" bevatten als op basis van de opgegeven filterparameters geen resultaten konden worden gevonden, maar verder ook geen fouten zijn opgetreden.

@code moet "QE" bevatten als er problemen zijn met de verwerking van de filterparameters, zoals zoeken op UZI-nummer in een parameter welke bedoeld is voor zoeken op UZI-registerabonneenummmers, zoeken op gegevenssoort met een parameter die bedoeld is voor rolcode, of zoeken in een periode die ligt buiten een gespecificeerd bereik. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

@code moet "AE" bevatten als er applicatieproblemen zijn opgetreden. Er zijn in dit geval geen resultaten en de vraagsessie is afgebroken.

  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.208 QueryResponse (2011‑07‑26)
  Variabele let Naam acknowledgementTypeCode  
  Waarde ../../../hl7:acknowledgement/@typeCode  
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde ../hl7:resultCurrentQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA') or @code=('NF','OK')  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een positief antwoord 'OK' of 'NF' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not($acknowledgementTypeCode='AA' and @code=('AE','QE'))  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet bij een negatief antwoord 'AE' of 'QE' zijn  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='OK') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity > 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'OK' bevatten indien er op basis van de queryParameters resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
  Schematron assert role red error  
  test not(@code='NF') or ($acknowledgementTypeCode='AA' and $resultCurrentQuantity = 0)  
  Melding Control Act: queryAck/queryResponseCode moet 'NF' bevatten indien er op basis van de queryParameters geen resultaten gevonden konden worden (resultCurrentQuantity/@value='<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>') en de query valide is (acknowledgement/@typeCode='<value-of select="$acknowledgementTypeCode"/>')  
hl7:resultTotalQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de totale hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die geleverd (kunnen) worden als antwoord op de vraag.

Merk op dat een antwoordend systeem, ook in het geval van een ongedoseerde vraag de omvang van het antwoord kan beperken, bijvoorbeeld om resource-technische redenen. In dat geval moet de vraagsteller vervolgvragen sturen om alle antwoorden te verkrijgen.
Als een systeem geen vervolgvragen kan beantwoorden, moet een systeem omwille van de volledigheid alle gevraagde zoekresultaten in één keer opleveren.
Merk op dat het "doseermechanisme" op dit moment in AORTA niet gebruikt mag worden. Het element QueryByParameter/initialQuantity attribuut mag om die reden niet gebruikt worden. Opleverende systemen dienen alle zoekresultaten in één antwoordbericht op te leveren.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
hl7:resultCurrentQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 M Bevat de hoeveelheid zoekresultaten van nul of meer die opgenomen zijn in het huidige bericht. Een antwoordbericht kan meerdere antwoorden bevatten. Bevat de hoeveelheid antwoorden die opgenomen zijn in het huidige bericht. (batchAntwoord)
  Constraint @value moet een waarde bevatten.
  Variabele let Naam resultCurrentQuantity  
  Waarde count(../../hl7:subject)  
  Schematron assert role red error  
  test @value=$resultCurrentQuantity  
  Melding Control Act: queryAck/resultCurrentQuantity '<value-of select="@value"/>' moet gelijk zijn aan het aantal subject elementen ('<value-of select="$resultCurrentQuantity"/>')  
hl7:resultRemainingQuantity
INT.NONNEG 1 … 1 R Bevat de hoeveelheid zoekresultaten die (nog) niet verstuurd zijn aan de aanvrager. De aanwezigheid van de @nullFlavor met waarde "NAV" mag niet worden geïnterpreteerd als "0".

Uitgaande van de oplevering van een reeks antwoordberichten zonder foutmeldingen:
In de reeks antwoordberichten (al dan niet gebundeld) dient resultTotalQuantity in alle berichten dezelfde waarde te bevatten en resultRemainingQuantity (in grootte zoals opgegeven in het resultCurrentQuantity element) af te nemen naar de waarde 0.
De elementen resultTotalQuantity en resultRemainingQuantity kunnen aan het begin van de reeks antwoordberichten worden gevuld met een null-waarde indien de waarden nog niet bekend zijn. Het laatste bericht in de reeks antwoordberichten mag echter geen null-waarden in deze elementen bevatten.

(batchAntwoord)
@nullFlavor
0 … 1 F NAV
  Constraint @value moet een waarde bevatten, of als de totale hoeveelheid zoekresultaten (nog) niet bekend is moet @nullFlavor de waarde "NAV" bevatten.
  Variabele let Naam resultTotalQuantity  
  Waarde ../hl7:resultTotalQuantity/@value  
  Schematron assert role red error  
  test not(@value and $resultTotalQuantity) or (number(@value) <= number($resultTotalQuantity))  
  Melding Control Act: queryAck/resultRemainingQuantity '<value-of select="@value"/>' moet kleiner dan of gelijk aan resultTotalQuantity '<value-of select="$resultTotalQuantity"/>' zijn  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.102 Generic ControlActProcess Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam controlActProcess  
  Waarde .  
  Variabele let Naam authorEntity  
  Waarde $controlActProcess/hl7:authorOrPerformer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assigneddevice','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorDevice  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Variabele let Naam authorPerson  
  Waarde $authorEntity[lower-case(local-name())='assignedperson']  
  Variabele let Naam overseerPerson  
  Waarde $controlActProcess/hl7:overseer//hl7:*[lower-case(local-name())=('assignedentity','assignedperson')][1]  
  Variabele let Naam authorPath  
  Waarde string-join($authorEntity/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam overseerPath  
  Waarde string-join($overseerPerson/ancestor-or-self::*/name(),'/')  
  Variabele let Naam senderApplicationId  
  Waarde $controlActProcess/../hl7:sender/hl7:device/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam authorApplicationId  
  Waarde $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6']/@extension  
  Variabele let Naam overseerOrgId  
  Waarde $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam authorOrgId  
  Waarde $authorEntity/hl7:Organization/hl7:id  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $controlActProcess/../local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionTrustLevel  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Vertrouwensniveau']/@value  
  Variabele let Naam interactionSendType  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Verzendtype']/@value  
  Variabele let Naam interactionTriggerEventCode  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:reference/@extension  
  Variabele let Naam messageTriggerEventCode  
  Waarde $controlActProcess/hl7:code/@code  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Control Act: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($controlActProcess/hl7:queryByParameter) or $controlActProcess[@moodCode='EVN']  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/@moodCode moet 'EVN' zijn bij queries  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($messageTriggerEventCode) or $interactionTriggerEventCode=$messageTriggerEventCode  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/code (Trigger Event) moet bij deze interactie '<value-of select="$interactionTriggerEventCode"/>' zijn, gevonden is echter '<value-of select="$messageTriggerEventCode"/>'  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $authorPerson or not($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/authorOrPerformer moet een persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $overseerPerson or empty($interactionTrustLevel) or $interactionTrustLevel='Laag'  
  Melding Control Act: <value-of select="local-name()"/>/overseer moet de mandaterende persoon bevatten in berichten met vertrouwensniveau midden of hoog  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit een patiëntenportaal (GBP), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorEntity//hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or not($authorEntity/../(hl7:queryByParameter|hl7:subject)//hl7:*[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorEntity/../../hl7:attentionLine  
  Melding Patiëntgebonden interacties, verzonden vanuit het klantenloket (GBK), moeten een attentionLine hebben  
  Schematron assert role red error  
  test empty($senderApplicationId) or empty($authorApplicationId) or $senderApplicationId=$authorApplicationId or $senderApplicationId='1'  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id. Applicatie-id <value-of select="$authorApplicationId"/> komt niet overeen met Transmission-wrapper sender <value-of select="$senderApplicationId"/>.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet tenminste het UZI-nummer systemen bevatten voor een XIS in een GBZ  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.2']) or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/id moet de zorgaanbieder van het XIS identificeren  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorDevice) or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.6'][@extension='1'] or $authorDevice/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.4'] or $authorDevice/hl7:Organization/hl7:id  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/ moet een geïdentificeerde organisatie hebben, tenzij het de ZIM of het SBV-Z betreft.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn. Wettelijke vertegenwoordigers moet dit via het Klantenloket doen en kunnen dus niet als auteur optreden  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.7.3','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='KLANTENLOKET']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code/@code moet "KLANTENLOKET" zijn voor klantenloketmedewerkers  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.111']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/code ontbreekt. Dit is alleen toegestaan als de rolcode 00.000 is.  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $authorOrgId[@root='2.16.528.1.1007.3.3' and @extension]  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id/@root moet '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.25' bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($authorPerson/hl7:id[@root=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11','2.16.528.1.1003.1.3.5.4.1')]) or $authorOrgId[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11'][@extension='7']  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/id moet de Nictiz-klantenloket organisatie identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de zorgaanbieder/organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:Organization[not(hl7:name)]/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.3.11' and @extension='7'])  
  Melding Control Act: <value-of select="$authorPath"/>/Organization/name moet de Nictiz-klantenloket organisatienaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson) or $overseerPerson/hl7:code  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.840.1.113883.2.4.6.3']) or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8'][@code='P'] or $overseerPerson/hl7:code[@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/code/@code moet "P" (Patiënt) zijn of een geldige waarde uit RoleCodeWettelijkeVertegenwoordigerNL  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:assignedPrincipalChoiceList/hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/assignedPrincipalChoiceList/assignedPerson/name is verplicht  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.3']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id moet de zorgaanbieder van de persoon identificeren  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:name  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>//Organization/name moet de zorgaanbiedernaam bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerPerson/hl7:id[@root='2.16.528.1.1007.3.1']) or $overseerPerson/hl7:Organization/hl7:addr/hl7:city  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/addr moet tennminste de vestigingsplaats bevatten  
  Schematron assert role red error  
  test not($overseerOrgId) or $authorOrgId[@root=$overseerOrgId/@root][@extension=$overseerOrgId/@extension] or $authorEntity[lower-case(local-name())='assigneddevice']  
  Melding Control Act: <value-of select="$overseerPath"/>/Organization/id. Organisatie van de overseer (<value-of select="$overseerOrgId/@root"/>#<value-of select="$overseerOrgId/@extension"/>) moet gelijk zijn aan die van de authorOrPerformer (<value-of select="$authorOrgId/@extension"/>)  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.102.10.101 Generic Transmission Checks (2014‑07‑15)
  Variabele let Naam transmission  
  Waarde .  
  Variabele let Naam interactionId  
  Waarde $transmission/local-name()  
  Variabele let Naam interactionVocabFile  
  Waarde '../vocab/2.16.840.1.113883.1.6.xml'  
  Variabele let Naam interactionVocab  
  Waarde if (doc-available($interactionVocabFile)) then doc($interactionVocabFile) else ()  
  Variabele let Naam interactionName  
  Waarde $interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/@displayName  
  Variabele let Naam isActive  
  Waarde not(exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='Actief'][@value='false']))  
  Variabele let Naam allowBsn  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetBsn'][@value='true'])  
  Variabele let Naam allowContextCode  
  Waarde exists($interactionVocab/*/hl7:code[@code=$interactionId]/hl7:qualifier[@name='AttentionLineMetContextCode'][@value='true'])  
  Variabele let Naam senderGbpOrGbk  
  Waarde exists($transmission/hl7:ControlActProcess/hl7:authorOrPerformer/hl7:participant/hl7:AssignedPerson/hl7:code[@codeSystem=('2.16.840.1.113883.2.4.3.11.8','2.16.840.1.113883.2.4.3.11.6')])  
  Schematron assert role orange warning  
  test $interactionVocab  
  Melding Transmission: <value-of select="$interactionVocabFile"/> niet gevonden. Controles gebaseerd op dit externe configuratiebestand zijn gedeactiveerd.  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or $isActive  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet (meer) Actief in <value-of select="$interactionVocabFile"/>  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowBsn) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met BSN zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test not($interactionVocab) or not($allowContextCode) or $transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']  
  Melding Transmission: er moet in deze interactie exact één AttentionLine met de ContextCode zitten - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowBsn or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor BSN in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role orange warning  
  test not($interactionVocab) or not($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keywordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1']) or $allowContextCode or $senderGbpOrGbk  
  Melding Transmission: deze interactie <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>) is niet geconfigureerd voor gebruik van het element <value-of select="local-name()"/> voor ContextCode in <value-of select="$interactionVocabFile"/> en afzender is niet GBK of GBP  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code=('FICID','PATID')][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met BSN zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)  
  Schematron assert role red error  
  test count($transmission/hl7:attentionLine/hl7:keyWordText[@code='CONTEXT'][@codeSystem='2.16.840.1.113883.2.4.15.1'])<=1  
  Melding Transmission: er mag maximaal één AttentionLine met de ContextCode zijn - <value-of select="$interactionId"/> (<value-of select="$interactionName"/>)