Terug naar index  <<  Terug naar templates

active Template  Laboratory organizer or CDA

Id 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.121.10.51
ref
zib2020bbr-
Ingangsdatum 2022‑03‑30
Status active Actief Versielabel
Naam LabOrganizerOrCDA Weergavenaam Laboratory organizer or CDA
Omschrijving Basis voor lab als bouwsteen om op te vragen of hele resultaatberichten mee te sturen. Template voor keuze tussen CDA of HL7 template.
Context Padnaam //
Classificatie HL7v2/v3 message level template
Open/gesloten Open (ook andere dan gedefinieerde elementen zijn toegestaan)
Gebruikt door / Gebruikt
Gebruikt door 2 transacties en 0 templates, Gebruikt 2 templates
Gebruikt door als Naam Versie
lu-transaction-28 Transactie draft Sturen laboratoriumresultaten 2022‑03‑03
lu-transaction-31 Transactie draft Beschikbaarstellen laboratoriumresultaten 2022‑03‑03
Gebruikt als Naam Versie
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.51 Inclusie draft Lab2Zorg - Sharing Laboratory Reports NL (XD-LAB) (2020) 2022‑03‑30
2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.77 Inclusie draft Organizer Labbepalingen 2022‑03‑30
XML overzicht
XML overzicht
Scenario doublearrow Transactie Transactie
draft Lab2Zorg draft Sturen/ontvangen Laboratoriumresultaten (PUSH) draft arrowright Sturen laboratoriumresultaten
draft Lab2Zorg draft Raadplegen/Beschikbaarstellen Laboratoriumresultaten (PULL) draft arrowleft Beschikbaarstellen laboratoriumresultaten
Item DT Card Conf Omschrijving Label
Keuze 1 … 1 Elementen om uit te kiezen:
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.51 Lab2Zorg - Sharing Laboratory Reports NL (XD-LAB) (2022‑03‑30)
hl7:ClinicalDocument
(LabdotsCDA)
hl7:realmCode
CS 1 … 1 R

Dit element MOET aanwezig zijn met een waarde uit de subset RealmOfUse [2.16.840.1.113883.1.11.11050] van de waardelijst VocabularyDomainQualifier. In internationale context van dit profiel als er verder geen verdere extensie wordt gedaan, MOET de realmCode zijn <realmCode code="UV"/> (universal).

Als er sprake is van gebruik van een nationale extensie, dan MOET de nationale extensie door realm code worden geïdentificeerd.

(LabdotsCDA)
@code
CONF 0 … 1 F NL
  Voorbeeld
Nederlandse extensie
<realmCode code="NL"/>
hl7:typeId
II 1 … 1 M

Dit element is een expliciete, technologie-neutrale referentie voor de standaard CDA R2. Deze MOET aanwezig zijn en als volgt worden gebruikt:
ClinicalDocument/typeId@root = "2.16.840.1.113883.1.3" (de OID voor geregistreerde HL7-modellen);
ClinicalDocument.typeId@extension = "POCD_HD000040" (wat de unieke identificatie is voor de CDA, Release Two Hierarchical Description).

(LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 2.16.840.1.113883.1.3
@extension
st 1 … 1 F POCD_HD000040
hl7:templateId
II 1 … 1 M IHE XD-LAB Nederlandse extensie (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.51
hl7:templateId
II 1 … 1 M

Dit element stelt de set inperkingen voor die zijn toegepast op de CDA R2 standaard, door deze IHE specificatie van een laboratoriumrapport. Het volgende templateId MOET aanwezig zijn om compliance met de XD-LAB specificatie aan te duiden.

(LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3
hl7:templateId
II 1 … 1 M HL7 Nederland CDA Header (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.10.100001
hl7:id
II 1 … 1 M

ClinicalDocument/id MOET aanwezig zijn. Het stelt de unieke identificatie van deze versie van dit ClinicalDocument. De combinatie van de attributen root en extension MOET een wereldwijd unieke identificatie zijn, conform CDA R2, zonder enige verdere beperkingen.

(LabdotsCDA)
  Voorbeeld
Example using the extension attribute
<id root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.4" extension="abc2"/>
hl7:code
CE 1 … 1 M

ClinicalDocument/code MOET aanwezig zijn. Het laboratoriumrapport kan een multi-disciplinair rapport of een rapport voor enkelvoudige discipline zijn.

Multi-disciplinair laboratoriumrapport:
De LOINC code die het type document identificeert als een (potentieel) multi-disciplinair laboratoriumrapport (met resultaten van meerdere specialismen) is:
<code codeSystem="2.16.840.1.113883.6.1" codeSystemName=”LOINC” code="11502-2" displayName="LABORATORY REPORT.TOTAL"/>

Enkelvoudig disciplinair laboratoriumrapport:
Gebruik de juiste LOINC-code uit de waardelijst “Laboratory Specialties”.

(LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.11.6 Multi-disciplinary Laboratory Report (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.11.1 Laboratory Specialties (DYNAMISCH)
hl7:title
ST 0 … 1

De ClinicalDocument <title> MAG aanwezig zijn en stelt dan de lokale vertaling van de code/@displayName voor.

(LabdotsCDA)
hl7:effectiveTime
TS 1 … 1 R ClinicalDocument/effectiveTime MOET aanwezig zijn. Het bevat de aanmaakdatum & tijd van het laboratoriumrapport als electronisch document. In het geval dat dit een revisie is die een vorige versie vervangt (geïdentificeerd in parentDocument), dan is dit de datum & tijd en van de nieuwe revisie. (LabdotsCDA)
  Voorbeeld
June 24, 2008 13:19:13 +01:00
<effectiveTime value="20080624131933.0000+0100"/>
hl7:confidentialityCode
CE 1 … 1 R ClinicalDocument/confidentialityCode MOET aanwezig zijn conform de HL7 CDA R2 standaard. (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.1.11.16926 HL7 BasicConfidentialityKind (DYNAMISCH)
hl7:languageCode
CS 1 … 1 R ClinicalDocument/languageCode MOET aanwezig zijn conform de HL7 CDA R2 standaard. (LabdotsCDA)
  Voorbeeld
Voorbeeld van een rapport dat in het Nederlands is opgesteld
<languageCode code="nl-NL"/>
  Voorbeeld
Voorbeeld van een rapport dat in het Fries is opgesteld
<languageCode code="fy-NL"/>
hl7:setId
II 1 … 1 M

ClinicalDocument/setId MOET aanwezig zijn verdere updates van het ClinicalDocument te faciliteren. Het is een identificatie die op alle revisies van dit laboratoriumrapport aanwezig is.

(LabdotsCDA)
  Voorbeeld <setId root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.4" extension="abc2"/>
hl7:versionNumber
INT 0 … 1

ClinicalDocument/versionNumber MAG aanwezig zijn. Zoals vereist in de CDA standard, is dit een integer waarde voor versionering.

(LabdotsCDA)
Keuze 1 … *

ClinicalDocument/recordTarget MOET aanwezig zijn en MOET zich houden aan de Human Patient, Non-Human Subject of Human Patient with Non-Human Subject templates zoals hier onder gedefinieerd. Er zijn drie verschillende laboratoriumrapporten:

  • Menselijk (patiënt): Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op specimens die uitsluitend van de patiënt afkomstig zijn.
  • Niet-menselijk subject: Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op specimens verzameld uit niet-menselijk materiaal (zoals water, melk, etc.) of een levend subject (zoals een dier).
  • Menselijk (patiënt) met een Niet-menselijk subject: Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op een niet-menselijk specimen met een relatie met een menselijke patiënt (zoals pindakaas die een patiënt heeft gegeten of een fret die een patiënt heeft gebeten).

Zie voor meer duiding rondom Nederland-specifieke invulling van met name patiëntidentificatie, -naam en -adres de template voor menselijke recordTargets "CDA recordTarget SDTC NL" (id: 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.3.10.1)

Deze drie variaties worden gerepresenteerd door drie templates die zijn toegepast op het element recordTarget:

Elementen om uit te kiezen:
Inclusie 0 … * van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.121.10.52 Human Patient NL (2022‑03‑30)

Human (patient): Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op specimens die uitsluitend van de patiënt afkomstig zijn.

Alle personen (inclusief de patiënt) en organisaties in het document MOETEN de elementen name, addr en telecom bevatten.

hl7:recordTarget
0 … * R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4302 draft Patientgegevens draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:patientRole
1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4303 draft Patient draft Gegevensset Labuitwisseling
Keuze 1 … * Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:id[@root = '2.16.840.1.113883.2.4.6.3']
  • hl7:id[not(@root = '2.16.840.1.113883.2.4.6.3')]
hl7:id
II.NL.BSN 0 … 1 R Burgerservicenummer (LabdotsCDA)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
hl7:id
II 0 … * R Andere identificatie (LabdotsCDA)
waar [not(@root = '2.16.840.1.113883.2.4.6.3')]
 
target
lu-concept-v2-4337 draft Identificatienummer draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:addr
AD.NL 1 … * Alle personen (inclusief de patiënt) en organisaties in het document MOETEN elementen name, addr en telecom bevatten. (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * Alle personen (inclusief de patiënt) en organisaties in het document MOETEN elementen name, addr en telecom bevatten. (LabdotsCDA)
@nullFlavor
0 … 1  
  CONF
@nullFlavor moet "UNK" zijn
hl7:patient
1 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:id
II 0 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:name
PN 1 … * (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4304 draft Naamgegevens draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4339 draft Geslacht draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:birthTime
TS 1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4338 draft Geboortedatum draft Gegevensset Labuitwisseling
sdtc:multipleBirthInd
BL 0 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4340 draft MeerlingIndicator draft Gegevensset Labuitwisseling
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.2 Non-Human Subject (DYNAMISCH)

Niet-menselijk subject: Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op specimens verzameld uit niet-menselijk materiaal (zoals water, melk, etc.) of een levend subject (zoals een dier).

hl7:recordTarget
0 … * R (LabdotsCDA)
@typeCode
cs 0 … 1 F RCT
@contextControlCode
cs 0 … 1 F OP
hl7:templateId
II 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.2
hl7:patientRole
1 … 1 R (LabdotsCDA)
@classCode
cs 0 … 1 F PAT
hl7:id
II 1 … * R (LabdotsCDA)
hl7:patient
1 … 1 (LabdotsCDA)
@classCode
cs 0 … 1 F PSN
@determinerCode
cs 0 … 1 F INSTANCE
@nullFlavor
cs 1 … 1 F OTH
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.3 Human Patient with Non-Human Subject (DYNAMISCH)

Menselijk (patiënt) met een Niet-menselijk subject: Het document rapporteert laboratoriumobservaties geproduceerd op een niet-menselijk specimen met een relatie met een menselijke patiënt (zoals pindakaas die een patiënt heeft gegeten of een fret die een patiënt heeft gebeten).

hl7:recordTarget
0 … * R (LabdotsCDA)
hl7:templateId
II 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.3
hl7:patientRole
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:id
II 1 … * R (LabdotsCDA)
hl7:addr
AD 1 … * (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * (LabdotsCDA)
hl7:patient
1 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:id
II 0 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:name
PN 1 … * (LabdotsCDA)
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:birthTime
TS 1 … 1 R (LabdotsCDA)
Inclusie 1 … * R van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.121.10.56 XD-LAB Author NL (2022‑03‑30)

Er MOET tenminste één ClinicalDocument/author aanwezig zijn met de tijd overeenkomstig met de HL7 CDA R2 standaard en verder ingeperkt door deze specificatie waarmee name, addr en telecom worden geëist. Het element author/time bevat de datum&tijd waarop het laboratoriumresultaat is geproduceerd. Het laboratoriumresultaat kan zijn gemaakt door een softwaresysteem, een mens of beide.

hl7:author
1 … * R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4179 draft Beschikbaarstellende partij draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:time
TS 1 … 1 R en-US

The author/time element carries the date&time the laboratory report was produced.

(LabdotsCDA)
hl7:assignedAuthor
1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4181 draft Zorgverlener draft Gegevensset Labuitwisseling
NL-CM-17.2.1 final Zorgaanbieder final nl.zorg.Zorgaanbieder 3.4
hl7:id
II 1 … * R Alle personen (inclusief de patiënt) en organisaties vermeld in het document MOETEN het element id bevatten. Voor personen kan dit zijn: BIG register inschrijvingsnummer (OID: 2.16.528.1.1007.5.1), UZI nummer natuurlijke personen (OID: 2.16.528.1.1007.3.1), Vektis AGB-zorgverlener tabel (OID: 2.16.840.1.113883.2.4.6.1) or Burgerservicenummer (OID: 2.16.840.1.113883.2.4.6.3) (self generated documents). Voor organisaties is dit: UZI register abonneenummer (URA) (OID: 2.16.528.1.1007.3.3) of Vektis AGB-zorgverlener tabel (OID: 2.16.840.1.113883.2.4.6.1). (LabdotsCDA)
 
target
NL-CM-17.2.10 final LocatieNummer final nl.zorg.Zorgaanbieder 3.4
NL-CM-17.2.2 final ZorgaanbiederIdentificatienummer final nl.zorg.Zorgaanbieder 3.4
hl7:code
CE (extensible) 0 … 1 R Alle personen (inclusief de patiënt) en organisaties vermeld in het document MOGEN het element code bevatten. Voor personen kan dit zijn: SpecialismeAGBCodelijst of SpecialismeUZICodelijst. Voor organisaties de OrganisatietypeCodelijst en voor Afdelingen de AfdelingSpecialismeCodelijst. (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet indien mogelijk komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.1.6 SpecialismeUZICodelijst (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet indien mogelijk komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.1.7 SpecialismeAGBCodelijst (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet indien mogelijk komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.2.3 OrganisatieTypeCodelijst (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet indien mogelijk komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.2.4 AfdelingSpecialismeCodelijst (DYNAMISCH)
hl7:addr
AD 1 … * R en-US All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom. (LabdotsCDA)
 
target
NL-CM-17.2.5 final Adresgegevens final nl.zorg.Zorgaanbieder 3.4
@nullFlavor
0 … 1   en-US When unknown or masked e.g. based on policy
hl7:telecom
TEL 1 … * R en-US All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom. (LabdotsCDA)
 
target
NL-CM-17.2.6 final Contactgegevens final nl.zorg.Zorgaanbieder 3.4
@nullFlavor
0 … 1   en-US When unknown or masked e.g. based on policy
Keuze 0 … 1 Elementen om uit te kiezen:
hl7:assignedPerson
en-US All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.
Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.18 PlayingEntity or person with Name (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
hl7:assignedAuthoringDevice
en-US ClinicalDocument/author SHALL be present in accordance with the HL7 CDA R2 standard
Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.19 Laboratory Device (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
hl7:representedOrganization
0 … 1 en-US All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.
Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.121.10.57 Organization with Name, Addr, Telecom NL (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4221 draft Zorgaanbieder draft Gegevensset Labuitwisseling
Inclusie 1 … 1 R van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.2.3 XD-LAB Custodian (DYNAMISCH)

ClinicalDocument/custodian MOET aanwezig zijn met een id in overeenstemming met de HL7 CDA R2 standaard en verder ingeperkt door deze specificatie door aanweizigheid te eisen van name, addr en telecom. Het stelt de organisatie voor die het laboratoriumrapport beheert.

hl7:custodian
1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4179 draft Beschikbaarstellende partij draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:assignedCustodian
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:representedCustodianOrganization
1 … 1 R (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4221 draft Zorgaanbieder draft Gegevensset Labuitwisseling
hl7:id
II 1 … * M en-US

ClinicalDocument/custodian SHALL be present with an id in accordance with the HL7 CDA R2 standard.

(LabdotsCDA)
hl7:name
ON 1 … 1 R en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … 1 R en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
hl7:addr
AD 1 … 1 R en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.4 XD-LAB Information Recipient (DYNAMISCH)
en-US

ClinicalDocument/informationRecipient MAY be present. When present, it SHALL be in accordance with the HL7 CDA R2 standard and further constrained by this specification to require the presence of name (on the informationRecipient and/or receivedOrganization), addr and telecom. Additionally, it SHALL have the following:

  • <templateId root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.4"/> - The templateId element identifies this participant as an intended recipient. The templateId SHALL have root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.4".

The informationRecipient/intendedRecipient element can be multiple. It introduces an intended recipient of the laboratory report, other than the Ordering Provider (described as a referrer participant). These elements carry the list of the originally intended recipients of the laboratory report, i.e., those who were known at the time the report was created and published for sharing.

hl7:informationRecipient
0 … * (LabdotsCDA)
hl7:templateId
II 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.4
hl7:intendedRecipient
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:id
II 0 … * R (LabdotsCDA)
hl7:addr
AD 1 … * (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * (LabdotsCDA)
hl7:informationRecipient
0 … 1 Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.18 PlayingEntity or person with Name (DYNAMISCH) (LabdotsCDA)
hl7:receivedOrganization
0 … 1 Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.13 Organization with Name, Addr, Telecom (DYNAMISCH) (LabdotsCDA)
Inclusie 0 … 1 van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.2.4 XD-LAB LegalAuthenticator (DYNAMISCH)
en-US

The ClinicalDocument/legalAuthenticator MAY be present. When present, it SHALL be in accordance with the HL7 CDA R2 standard and further constrained by this specification to require the presence of name, addr and telecom. This element carries the person who has legally authenticated the report, and the organization represented by this person. The sub-element time carries the date&time this legal authentication took place. The sub-element signatureCode carries the “signed” (S) status

If this entity happens also to be one of the validators of the laboratory results in the report, it SHALL also be documented as a validator.

hl7:legalAuthenticator
0 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:time
TS 1 … 1 R en-US

The sub-element time carries the date&time this legal authentication took place.

(LabdotsCDA)
hl7:signatureCode
CS 1 … 1 R en-US

The sub-element signatureCode carries the “signed” (S) status

(LabdotsCDA)
@code
CONF 0 … 1 F S
hl7:assignedEntity
1 … 1 R en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
hl7:addr
AD 1 … * R en-US

Constrained by this specification to require the presence of name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * R en-US

Constrained by this specification to require the presence of name, addr and telecom.

(LabdotsCDA)
hl7:assignedPerson
0 … 1 en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.


Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.18 PlayingEntity or person with Name (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
hl7:representedOrganization
0 … 1 en-US

All persons (including the patient) and organizations mentioned in the document SHALL provide elements name, addr and telecom.


Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.13 Organization with Name, Addr, Telecom (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
hl7:authenticator
0 … * en-US

The ClinicalDocument/authenticator element MAY be present. When present it represents the clinical expert who performed the clinical validation (see the entries “validator” and “clinical expert” in the glossary in LAB TF-1:1.11) of the report or of a subset of its results, also called the validator.

This element SHALL be in accordance with the HL7 CDA R2 standard and further constrained by this specification to require the presence of name, addr and telecom.

There MAY be more than one validator of the report. All the validators SHALL appear in the report header as authenticator elements AND, in the case of multiple validators, each individual validator SHALL be associated with the particular sections of the report he or she validated. In this case, the validator of a section SHALL also appear in the entry this section is derived from.

This module is consistent with the CDA standard regarding participant and requires in addition the name, addr and telecom for all participants.


Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.5 Laboratory Results Validator (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.6 Ordering Provider (DYNAMISCH)

ClinicalDocument/participant(s) MOGEN aanwezig zijn. Dit element MOET, indien aanwezig, overeenstemmen met de HL7 CDA R2 standaard met een element time en verder ingeperkt door deze specificatie door name, addr en telecom te vereisen. Als de aanvrager van de aanvraag of groep van aanvragen in dit laboratoriumrapport aanwezig zijn in de CDA, dan MOET deze aanewzig zijn als participant met het attribute typeCode met de waarde “REF” (referrer). Daarnaast moet een aanvrager de volgende kenmerken hebben:

  • <templateId root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.6"/> - Het templateId element identificeert deze participant als een aanvrager. Het templateId MOET bevatten root="1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.6".
hl7:participant
0 … * en-US Referral Ordering Physician (LabdotsCDA)
 
target
NL-CM-13.1.34 final Aanvrager final nl.zorg.LaboratoriumUitslag 4.6
@typeCode
cs 1 … 1 F REF
hl7:templateId
II 1 … 1 (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.6
hl7:time
IVL_TS 1 … 1 R en-US This element represents the date and time the order was placed. Time MAY be present. (LabdotsCDA)
hl7:associatedEntity
1 … 1 (LabdotsCDA)
 
target
zib2020bbr-dataelementen-179 final Zorgverlener final nl.zorg.LaboratoriumUitslag 4.6
hl7:addr
AD 1 … * R en-US The address of this person (referral ordering physician) SHALL be present. (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * R en-US The telecom of this person (referral ordering physician) SHALL be present. (LabdotsCDA)
  Schematron assert role red error  
  test not(hl7:assignedPerson) or hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding The <name> sub-element SHALL be present when <assignedPerson> present.  
hl7:associatedPerson
0 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:scopingOrganization
0 … 1 (LabdotsCDA)
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.14 XD-LAB InFulfillmentOf Order (DYNAMISCH)

Het element inFulfillmentOf/order KAN aanwezig zijn. Het representeert de Placer Order of de Placer Group waarop dit rapport betrekking heeft. Het id hiervan staat in inFulfillmentOf/order/id.

hl7:inFulfillmentOf
0 … * (LabdotsCDA)
hl7:order
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:id
II 1 … * R en-US

It represents the Placer Order or the Placer Group that was fulfilled, the id of which is carried by inFulfillmentOf/order/id.

(LabdotsCDA)
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.15 XD-LAB DocumentationOf (DYNAMISCH)
en-US

ClinicalDocument/documentationOf(s) MAY be present.

hl7:documentationOf
0 … * (LabdotsCDA)
hl7:serviceEvent
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:effectiveTime
IVL_TS 0 … 1 en-US

Use of sub element documentationOf/serviceEvent/effectiveTime to document the time boundaries of events in the document is appropriate.

(LabdotsCDA)
lab:statusCode
CS 0 … 1 en-US

This Laboratory Report Content Module can express both final and non-final reports. To distinguish between the two, the statusCode element has been added to the documentationOf/serviceEvent element. A non-final report is a report documenting a serviceEvent, which is in the status "active". This sub-element serviceEvent/statusCode is optional. When it is not present the serviceEvent is assumed to be in the status "completed".

(LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4287 draft ResultaatStatus draft Gegevensset Labuitwisseling
NL-CM-13.1.6 final ResultaatStatus final nl.zorg.LaboratoriumUitslag 4.6
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.11.4 ActStatusActiveCompleted (DYNAMISCH)
hl7:performer
0 … * en-US

Laboratory Performer template in the CDA header


Bevat 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.3.1.7 Laboratory Performer (DYNAMISCH)
(LabdotsCDA)
Inclusie 0 … * van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.16 XD-LAB RelatedDocument (DYNAMISCH)
en-US

This element SHALL be present in case of an update replacement of a previous report. In this case relatedDocument@typeCode attribute SHALL be valued "RPLC", the new report replacing the parent one.

hl7:relatedDocument
0 … * (LabdotsCDA)
@typeCode
cs 1 … 1 F RPLC
  en-US

relatedDocument@typeCode attribute SHALL be valued "RPLC".

hl7:parentDocument
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:id
II 1 … 1 R en-US

SHALL be equal to ClinicalDocument/ id of the replaced document.

(LabdotsCDA)
hl7:setId
II 1 … 1 R en-US

SHALL have the same value in the new report as in the replaced report.

(LabdotsCDA)
hl7:versionNumber
INT 1 … 1 en-US

SHALL have the same value as in the replaced report (when provided there)

(LabdotsCDA)
Inclusie 0 … 1 van 1.3.6.1.4.1.19376.1.3.10.9.20 XD-LAB ComponentOf (DYNAMISCH)
en-US

The ClinicalDocument/componentOf/encompassingEncounter element MAY be present. It describes the encounter during which the reported lab observations were ordered. When present the encounter SHALL:

  • be identified with an id element: encompassingEncounter/id
  • The encounter SHALL have an effective time that represents the time interval (possibly still running, e.g., an inpatient current stay) of the encounter or a point in time at which the encounter took place (e.g., an outpatient consultation): encompassingEncounter/ effectiveTime

The encounter MAY provide any number of encounter participants (encompassingEncounter/encounterParticipant/assignedEntity). When present, encounter participants SHALL be in accordance with the HL7 CDA R2 standard with a time and further constrained by this specification to require the presence of name, addr and telecom. Additionally, the encounter participant SHALL have a typeCode with one the values selected from the x_EncounterParticipant domain: The encounter MAY precise the patient location during this encounter. This is the healthcare facility in which the patient was located when the reported lab test observations were ordered: encompassingEncounter/location/healthCareFacility. This healthcare facility can be represented as a physical place (e.g., room, floor, building, office) or as an organization (e.g., service, department, team) or both: healthCareFacility/location, healthCareFacility/serviceProviderOrganization.

hl7:componentOf
0 … 1 (LabdotsCDA)
hl7:encompassingEncounter
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:id
II 1 … * M (LabdotsCDA)
hl7:effectiveTime
IVL_TS 1 … 1 M (LabdotsCDA)
hl7:encounterParticipant
0 … * (LabdotsCDA)
@typeCode
cs 1 … 1 R
hl7:time
IVL_TS 1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:assignedEntity
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:addr
AD 1 … * R (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 1 … * R (LabdotsCDA)
hl7:assignedPerson
0 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:representedOrganization
0 … 1 R (LabdotsCDA)
  Schematron assert role red error  
  test not(hl7:assignedPerson) or hl7:assignedPerson/hl7:name  
  Melding the <name> sub-element of <assignedPerson> SHALL be present.  
hl7:component
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:structuredBody
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:component
1 … * R

Content Modules voor CDA Secties (Level 2)

Een ClinicalDocument laboratoriumrapport MOET een structuredBody bevatten. Deze is georganiseerd als een boomstructuur van maximaal twee niveau's van secties, met de menselijk leesbare inhoud van het rapport: Secties op het bovenste niveau stellen laboratoriumspecialismen voor. Een sectie op topniveau MOET tenminste een blok tekst bevatten met alle resultaten voor dit specialisme met een enkele Laboratory Data Processing Entry of een set of Laboratory Report Item Sections. In het eerste geval is de specialistische sectie tevens de enige sectie. In het laatste geval is iedere sectie op het tweede niveau onder de bovenste sectie een Resultaatitem: i.e., een battery, een specimen onderzoek (zeker in microbiologie), of een individuele test. Daarnaast MOET iedere sectie die zelf geen subsecties meer heeft een enkele Laboratory Data Processing Entry bevatten met de observaties van die sectie in een machine-leesbare vorm.


Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.52 Laboratory Specialty Section NL (2022‑03‑30)
(LabdotsCDA)
  Schematron assert role red error  
  test //*[hl7:templateId[@root = '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.7.10.31'] | hl7:templateId[@root = '1.3.6.1.4.1.19376.1.3.1.6']]  
  Melding Lab report SHALL contain Laboratory Observation with templateId '2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.7.10.31' and templateId '1.3.6.1.4.1.19376.1.3.1.6'  
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.77 Organizer Labbepalingen (2022‑03‑30)
hl7:organizer
(LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 F CLUSTER
@moodCode
cs 1 … 1 F EVN
hl7:templateId
II 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@root
uid 1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.77
hl7:code
CV 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@code
CONF 1 … 1 F 26436-6
@codeSystem
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
  Voorbeeld
code bij lijst labbepalingen
<code code="26436-6" displayName="Laboratory studies" codeSystem="2.16.840.1.113883.6.1" codeSystemName="LOINC"/>
hl7:statusCode
CS 1 … 1 M (LabdotsCDA)
@code
CONF 1 … 1 F completed
Inclusie 1 … 1 M van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.3.10.2 CDA recordTarget SDTC NL BSN Minimal (2017‑06‑02)
hl7:recordTarget
1 … 1 M (LabdotsCDA)
hl7:patientRole
1 … 1 M (LabdotsCDA)
hl7:id
II.NL.BSN 1 … 1 R (LabdotsCDA)
@root
1 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.6.3
@extension
1 … 1 R Burgerservicenummer
hl7:addr
AD.NL 0 …  (LabdotsCDA)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.3.10.1.101 address NL - generic (2017‑06‑02)
@use
set_cs 0 … 1  
  CONF
De waarde van @use moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.0.1.2 AdresSoortCodelijst (2015‑04‑01)
hl7:streetName
ST 0 … 1 R Straatnaam. Als het adres een postbusnummer is dan dient hier het woord “Postbus” te staan. Als het adres een antwoordnummer is, dan dient hier het woord “Antwoordnummer” te staan. (LabdotsCDA)
  Voorbeeld <streetName>Heereweg</streetName>
hl7:houseNumber
ST 0 … 1 R Het element houseNumber moet het huisnummer bevatten. Het huisnummer kan niet-numerieke gedeelten bevatten die het adres mede identificeren, bijv. "23a", maar alleen als de bron deze niet gescheiden kan aanbieden. Huisletter dient indien mogelijk in het element buildingNumberSuffix te worden doorgegeven. Gegevens zoals "to" (woonboten) of "3 hoog achter" maken geen deel uit van dit attribuut. Dit type gegevens is elders in het AD datatype opgenomen. (LabdotsCDA)
  Voorbeeld <houseNumber>13</houseNumber>
hl7:buildingNumberSuffix
ST 0 … 1 R Het element buildingNumberSuffix bevat, indien aanwezig, huisletter en/of huisnummertoevoeging. Het element houseNumber kan dan alleen het numerieke huisnummer bevatten.

Export

  • Als er zowel een huisletter als een huisnummertoevoeging bekend is, dan komt de huisletter eerst, dan een spatie en tenslotte de huisnummertoevoeging.
  • Als er alleen een huisletter bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven. Er hoeft geen spatie achter.
  • Als er alleen een huisnummertoevoeging bekend is, wordt deze in de buildingNumberSuffix doorgegeven met een spatie ervoor ter indicatie van een lege huisletter

Import

  • Als buildingNumberSuffix geen spatie bevat, dan geldt de gehele waarde als huisletter.
  • Als buildingNumberSuffix wel een spatie bevat, dan wordt het gedeelte voor de eerste spatie als huisletter geïmporteerd, en het gedeelte na de eerste spatie (de rest) als huisnummertoevoeging.
(LabdotsCDA)
  Voorbeeld
Huisletter B
<buildingNumberSuffix>B</buildingNumberSuffix>
  Voorbeeld
Huisnummertoevoeging rood
<buildingNumberSuffix> rood</buildingNumberSuffix>
  Voorbeeld
Huisletter B, Huisnummertoevoeging rood
<buildingNumberSuffix>B rood</buildingNumberSuffix>
hl7:additionalLocator
ST 0 … 1 R Aanvullende locatieaanduidingen aanvullend op het postadres. Kan de waarden 'to' (tegenover) of 'by' (bij) zijn. (LabdotsCDA)
  CONF
elementinhoud moet "to" zijn
-of-
elementinhoud moet "by" zijn
hl7:postalCode
ADXP 0 … 1 R Postcode van het adres. Indien dit een Nederlandse postcode is, dan is het formaat 'nnnn AA' (met spatie). Het is mogelijk om Nederlandse postcodes te coderen volgens NEN5825 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.4.15). Let op dat in dit codestelsel Nederlandse postcodes zonder spaties worden gehanteerd. (LabdotsCDA)
@code
0 … 1   Gecodeerde postcode. Formaat Nederlandse postcodes volgens NEN5825 is 'nnnnAA'
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerde postcodes. Voor Nederlandse postcodes is dit NEN5825 OID: 2.16.840.1.113883.2.4.4.15
hl7:county
ADXP 0 … 1 R Relevant voor personen. In Nederland wordt dit element gebruikt om de gemeente van inschrijving door te geven (in andere landen kan een ander type administratieve eenheid binnen een staat/provincie gebruikt worden). De gemeente kan, maar hoeft niet, overeen te komen met de stad. Sommige gemeenten, bijvoorbeeld "Waterland", hebben een naam die geheel afwijkt van de steden die erin gelegen zijn. In het HL7-berichtenverkeer wordt de gemeente in Nederland alleen gebruikt in het kader van wettelijke identificatie van personen. Het datatype van county is coded string (SC). Als de gemeente gecodeerd wordt, dan dient Basisregistratie Personen (BRP)/ Gemeentelijke basisadministratie (GBA) tabel 33 (OID 2.16.840.1.113883.2.4.6.14) gebruikt te worden. Code 0000 zoals aanwezig in de GBA Tabel 33 mag onder geen enkele omstandigheid voorkomen in een HL7 versie 3 bericht. Het equivalent van 0000 (onbekende gemeente) in HL7 versie 3 is het niet-opnemen van een code. (LabdotsCDA)
hl7:city
ST 0 … 1 R Plaats (LabdotsCDA)
hl7:country
ADXP 0 … 1 R Land volgens Basisregistratie Personen (BRP)/ Gemeentelijke basisadministratie (GBA) tabel 34 Landen (2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34) of ISO 3166‐2 alpha (1.0.3166.1.2.2). De landnaam in de text() node is verplicht als het element country wordt gebruikt, maar coderen van het land is niet verplicht. (LabdotsCDA)
@code
0 … 1   Gecodeerd land.
@codeSystem
0 … 1   Codesysteem voor gecodeerd land.
  Voorbeeld
BRP/GBA Tabel 34 Landen
<country code="6030" codeSystem="2.16.840.1.113883.2.4.4.16.34">Nederland</country>
  Voorbeeld
ISO 3166-2 alpha
<country code="NL" codeSystem="1.0.3166.1.2.2">Nederland</country>
hl7:unitID
ST 0 … 1 Een geheel of gedeeltelijke beschrijving van de ligging van een object indien dit niet kan worden aangegeven met de andere adresaanduidingen. NB: het Nederlandse datatype AD versie 1 heeft ook een element <desc/> wat in aanmerking zou kunen komen voor dit type informatie, maar gebruik daarvan wordt niet geadviseerd omdat dit gebruik met CDA zou schaden. In CDA zou het wel als extensie kunnen worden gebruikt. Het internationale datatype AD voorziet niet in een element dat direct geschikt is voor Locatieomschrijving zoals hier bedoeld en dit element moet dan ook als een vorm van misbruik van een niet-gebruikt veld worden gezien. (LabdotsCDA)
hl7:useablePeriod
IVL_TS 0 … 1 Het element useablePeriod duidt de periode aan waarin dit adres 'in gebruik'/geldig is/was. De opties zijn:
  • Er is geen useablePeriod element: het betreffende adres is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: het adres was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: het adres is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: het adres was geldig t/m de aangeduide datum.
(LabdotsCDA)
  Constraint In elke situatie waar één of meer adressen worden doorgegeven, moet minimaal het adres worden aangeduid dat op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen adressen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). Adressen mogen ook in de toekomst geldig worden of vervallen als bijvoorbeeld verhuizing reeds bekend is.
hl7:patient
1 … 1 R (LabdotsCDA)
hl7:name
PN.NL 1 … 2 R Maximaal 2 namen: officiële naam uit de GBA/BRP (@use = 'OR') en/of de naam "zoals de persoon bekend staat" (@use != 'OR'), bijvoorbeeld een roepnaam of een andere combinatie van geslachtsnaam/geslachtsnaam partner. (LabdotsCDA)
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.3.10.1.100 name person NL - generic (2017‑06‑02)
@use
set_cs 0 … 1   In principe kan van elke Person Name worden aangegeven in welke situatie deze gebruikt kan worden. Voor Nederland is besloten dat de volgende naamgebruikstypen voor kunnen komen:
  • L - Reguliere naam. De naam zoals die door de persoon (entiteit) gevoerd wordt. De afkorting 'L' stond oorspronkelijk voor Legal (wettelijk), maar feit is dat hier ook componenten in voor mogen komen (zoals een roepnaam), die niet wettelijk zijn vastgelegd. Dit naamgebruikstype is het standaardtype als geen type wordt doorgegeven.
  • A - Pseudoniem. Een artiestennaam, 'schuilnaam' of tijdelijke naam voor een persoon (entiteit). Deze wijkt dus af van de regulier gevoerde naam en wordt bijvoorbeeld gebruikt om iemands identiteit te verbergen (in verband met privacy) of als tijdelijke naam wanneer de echte niet bekend is ('John Doe').
  • OR - Wettelijk geregistreerde naam. De naam met de exacte componenten zoals deze voorkomen in het bevolkingsregister van het betreffende land. Voor Nederland is dit het Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) of Basisregistratie Personen (BRP) of Register niet-ingezetenen (RNI). Dit is de naam zoals die wordt geretourneerd indien een BSN met succes wordt geverifieerd.
  CONF
@use moet "L" zijn
of
@use moet "A" zijn
of
@use moet "OR" zijn
Keuze 0 … *
Minimaal één van de elementen voornaam, roepnaam of initialen en minimaal een geslachtsnaam of geslachtsnaam partner, eventueel met voorvoegsels moet aanwezig zijn.
Elementen om uit te kiezen:
  • hl7:prefix[@qualifier='NB']
  • hl7:given[@qualifier='BR']
  • hl7:given[@qualifier='CL']
  • hl7:given[@qualifier='IN']
  • hl7:given[not(@qualifier)]
  • hl7:prefix[not(@qualifier)]
  • hl7:family[not(@qualifier)]
  • hl7:prefix[tokenize(@qualifier,'\s')='VV'][following-sibling::hl7:family[1][tokenize(@qualifier,'\s')='BR']]
  • hl7:family[tokenize(@qualifier,'\s')='BR']
  • hl7:delimiter[not(@nullFlavor)]
  • hl7:prefix[tokenize(@qualifier,'\s')='VV'][following-sibling::hl7:family[1][tokenize(@qualifier,'\s')='SP']]
  • hl7:family[tokenize(@qualifier,'\s')='SP']
  • hl7:suffix[not(@nullFlavor)]
hl7:prefix
ENXP 0 … 1 Adellijke titel. Een titel (meestal voluit geschreven) die is ontleend aan iemands aristocratische status. Voorbeelden zijn "Jonkheer ", "Graaf ", etc. Noot 1: zie ook GBA Tabel 38 Adellijke titel/predicaat. Noot 2: Adellijke titels spelen normaal geen rol van betekenis in de zorg en ondersteuning hiervoor kan variëren van systeem tot systeem. De zorginformatiebouwstenen tot in elk geval release 2020 bieden geen handvat voor adellijke titels. (LabdotsCDA)
waar [@qualifier='NB']
@qualifier
set_cs 1 … 1 F NB
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <prefix qualifier="NB">Jonkheer </prefix>
hl7:given
ENXP 0 … 1 Bevat de voornamen van een persoon. Het qualifier 'BR' duidt een officiële voornaam aan (LabdotsCDA)
waar [@qualifier='BR']
@qualifier
set_cs 1 … 1 F BR
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <given qualifier="BR">Maria</given>
hl7:given
ENXP 0 … 1 Bevat de roepnaam van een persoon. Het qualifier 'CL' duidt een roepnaam aan (LabdotsCDA)
waar [@qualifier='CL']
@qualifier
set_cs 1 … 1 F CL
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <given qualifier="CL">Ria</given>
hl7:given
ENXP 0 … 1 Bevat de voorletters van een persoon. Een afsluitende punt moet expliciet worden vermeld. De qualifier heeft de waarde "IN" voor de initialen (LabdotsCDA)
waar [@qualifier='IN']
@qualifier
set_cs 1 … 1 F IN
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <given qualifier="IN">M.</given>
hl7:given
ENXP 0 … 1 Voornaamdeel van ongedefinieerd type. Bij voorkeur alleen met type gebruiken. (LabdotsCDA)
waar [not(@qualifier)]
hl7:prefix
ENXP 0 … 1 Prefixdeel van ongedefinieerd type. Bij voorkeur alleen met type gebruiken. (LabdotsCDA)
waar [not(@qualifier)]
hl7:family
ENXP 0 … 1 Achternaamdeel van ongedefinieerd type. Bij voorkeur alleen met type gebruiken. (LabdotsCDA)
waar [not(@qualifier)]
hl7:prefix
ENXP 0 … 1 C Bevat voorvoegsels van de geslachtsnaam en moet direct voorafgaand aan de geslachtsnaam in family staan (LabdotsCDA)
waar [tokenize(@qualifier,'\s')='VV'] [following-sibling::hl7:family [1] [tokenize(@qualifier,'\s')='BR']]
@qualifier
set_cs 1 … 1 F VV
  Merk op dat @qualifier="VV BR" ook is toegestaan.
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Constraint Indien de geslachtsnaam een voorvoegsel bevat
  Voorbeeld <prefix qualifier="VV">van der </prefix>
hl7:family
ENXP 0 … 1 Bevat de geslachtsnaam van een persoon. Het qualifier 'BR' duidt een geslachtsnaam aan (LabdotsCDA)
waar [tokenize(@qualifier,'\s')='BR']
@qualifier
cs 1 … 1 F BR
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <family qualifier="BR">Lelie</family>
hl7:delimiter
ENXP 0 … 1 Een delimiter heeft geen speciale betekenis als onderdeel van een Person Name, anders dan het doorgeven van een (stukje) letterlijke tekst dat in de geschreven naam voorkomt. Een delimiter moet altijd op de plaats in de Person Name staan waar de tekst ook geschreven zou worden. Er zijn geen impliciete spaties, dus als er normaal gesproken een spatie voor of achter geschreven wordt, dan moet deze expliciet worden meegegeven. Voorbeelden van delimiters zijn:
  • Het streepje '-' tussen de eigen achternaam en de partnernaam (of andersom).
  • De komma plus spatie ', ' die tussen de naam en bepaalde achtervoegsels komt.
  • De tekst ', geb. ' of ', e.v. ' die soms gebruikt wordt bij eigen- respectievelijk partnernaam.
Merk op: de spatie tussen een voorvoegsel en de achternaam is geen delimiter, het behoort bij het voorvoegsel. Dit geldt tevens voor andere scheidingstekens behorende bij een voorvoegsel zoals in de naam "D'Artagnan".
(LabdotsCDA)
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
hl7:prefix
ENXP 0 … 1 C Bevat voorvoegsels van de geslachtsnaam van partner en moet direct voorafgaand aan de geslachtsnaam partner in family staan (LabdotsCDA)
waar [tokenize(@qualifier,'\s')='VV'] [following-sibling::hl7:family [1] [tokenize(@qualifier,'\s')='SP']]
@qualifier
set_cs 1 … 1 F VV
  Merk op dat @qualifier="VV SP" ook is toegestaan.
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Constraint Indien de partnernaam een voorvoegsel bevat
  Voorbeeld <prefix qualifier="VV">van </prefix>
hl7:family
ENXP 0 … 1 Bevat de geslachtsnaam partner van een persoon. Het qualifier type 'SP' duidt een geslachtsnaam partner aan (LabdotsCDA)
waar [tokenize(@qualifier,'\s')='SP']
@qualifier
cs 1 … 1 F SP
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
  Voorbeeld <family qualifier="SP">Putten</family>
hl7:suffix
ENXP 0 … 1 Een suffix heeft betrekking op een deel van de naam dat hoort bij één of meer andere naamdelen en daar achter wordt geschreven. In Nederland zijn als achtervoegsel alleen academische titels toegestaan. Enkele regels voor person name parts van type suffix:
  • Een suffix moet altijd direct achter de naamdelen worden geplaatst waar het betrekking op heeft (d.w.z. waar het normaal gesproken wordt geschreven).
  • Er is geen impliciete spatie als tussenruimte met het eraan voorafgaande name part, d.w.z. een spatie voor het achtervoegsel moet expliciet worden vermeld!
  • De aard van het achtervoegsel kan verder worden aangeduid door het optionele attribuut qualifier te gebruiken.

Een person name part van type suffix dat zonder qualifier wordt gebruikt, moet worden beschouwd als een niet nader bepaald achtervoegsel. Ook het gebruik van (vaak Amerikaanse) termen als ' Jr.', ' Sr.' of ' III' valt in deze categorie.

Er is geen regel voor het aantal achtervoegsels dat wordt gecombineerd in één element. D.w.z. dat " MSc" en " MD" apart kunnen worden doorgegeven, maar ook gecombineerd als " MSc MD".

(LabdotsCDA)
@qualifier
cs 0 … 1 F AC
@nullFlavor
0 NP NP/niet aanwezig
hl7:validTime
IVL_TS 0 … 1 Dit is een optioneel XML-element binnen de Person Name en duidt de periode aan waarin deze naam 'in gebruik'/geldig was voor de betreffende persoon. De opties zijn:
  • Er is geen validTime element: de betreffende naam is in principe onbeperkt geldig.
  • Er is een onder- en een bovengrens: de naam was geldig in de aangeduide periode.
  • Er is alleen een ondergrens: de naam is geldig sinds de aangeduide datum.
  • Er is alleen een bovengrens: de naam was geldig t/m de aangeduide datum.
Dit element van Person Name kan worden gebruikt om aan te geven dat een persoon gedurende diens leven één of meer keer van naam veranderd is. Dit gebeurt o.a. bij:
  • Adoptie van een baby, waarbij het de achternaam van de adoptieouders verkrijgt.
  • Huwelijk, waarbij de partnernaam kan worden toegevoegd aan de eigen naam.
  • Scheiding, waarbij een eerder aangenomen partnernaam juist weer vervalt.
  • Personen die om andere redenen hun voor- of achternaam veranderen.
Merk op dat veel patiëntregistratiesystemen niet echt een historie (met ingangsdatum) bijhouden van de patiëntnaam. Wel wordt vaak een 'audit trail' (wijzigingshistorie) van de patiëntgegevens in het algemeen bijgehouden. Indien gewenst zou daaruit een historie van de persoonsnaam kunnen worden afgeleid, hoewel het natuurlijk ook mogelijk is om alleen de actuele naam door te geven (en dus geen validTime te gebruiken).
(LabdotsCDA)
  Constraint In elke situatie waar één of meer persoonsnamen worden doorgegeven, moet minimaal de naam worden aangeduid die op het moment van verzenden geldig/actueel is. Vervallen namen kunnen dus alleen worden doorgegeven als het betreffende berichtelement herhalend is (dus met cardinaliteit > 1). In tegenstelling tot de situatie bij organisatienamen is het bij persoonsnamen niet toegestaan dat de ondergrens of de bovengrens van een validTime in de toekomst ligt. Er kan dus geen 'geplande' nieuwe naam of het 'gepland vervallen' van de huidige naam worden doorgegeven voor persoonsnamen.
  Schematron assert role red error  
  test not(*) or (hl7:given and hl7:family)  
  Melding In een gestructureerde naam moet minimaal één voornaam, initiaal of roepnaam en minimaal één geslachtsnaam of geslachtsnaam partner van een persoon aanwezig zijn, inclusief voorvoegsel(s) indien van toepassing  
hl7:administrativeGenderCode
CE 1 … 1 R (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.0.1.1 GeslachtCodelijst (2015‑04‑01)
hl7:birthTime
TS 0 … 1 R (LabdotsCDA)
sdtc:multipleBirthInd
BL 0 … 1 (LabdotsCDA)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9031 KEZO PART CDA Inhoudsverantwoordelijke (Body) (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Inhoudsverantwoordelijke zorgverlener (LabdotsCDA)
waar [@typeCode='RESP']
@typeCode
cs 1 … 1 F RESP
  Constraint Aan te geven indien de inhoudsverantwoordelijke zorgverlener anders is dan de dossierverantwoordelijke zorgverlener
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9030 KEZO PART CDA Responsible Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 Tijdstip (@value) of periode (low|width|high) waarop de participantRole in zijn rol was/is (LabdotsCDA)
hl7:participantRole
1 … 1 R (LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 F ASSIGNED
hl7:id
II 0 … * UZI of AGB (LabdotsCDA)
hl7:code
CE 0 … 1 (LabdotsCDA)
@codeSystem
CONF 0 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.111 (RoleCodeNL - zorgverlenertype)
hl7:addr
AD 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:playingEntity
0 … 1 Zorgverlener specialisme en naam (LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 F PSN
@determinerCode
cs 1 … 1 F INSTANCE
hl7:code
CE 0 … 1 (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.1.11.2 RoleCodeNL - zorgverlenertype (personen) (DYNAMISCH)
hl7:name
PN 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:scopingEntity
0 … 1 Zorgaanbieder id, code en naam (in element desc) (LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 F ORG
@determinerCode
cs 1 … 1 F INSTANCE
hl7:id
II 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:code
CE 0 … 1 (LabdotsCDA)
@codeSystem
CONF 0 … 1 F 2.16.840.1.113883.2.4.15.1060 (RoleCodeNL - zorgaanbiedertype)
hl7:desc
ST 0 … 1 (LabdotsCDA)
Inclusie 0 … 1 C van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9032 KEZO PART CDA Dossierhouder (DYNAMISCH)
hl7:participant
0 … 1 C Dossierhoudende zorgaanbieder of zorgverlener (LabdotsCDA)
waar [@typeCode='CST']
 
target
lu-concept-v2-4179 draft Beschikbaarstellende partij draft Gegevensset Labuitwisseling
@typeCode
1 … 1 F CST
Inclusie van 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.9041 KEZO PART CDA Custodian Party (Body) (DYNAMISCH)
hl7:time
IVL_TS 0 … 1 Tijdstip (@value) of periode (low|width|high) waarop de participantRole in zijn rol was/is (LabdotsCDA)
hl7:participantRole
1 … 1 R Zorgaanbieder of zorgverlener. Indien dit een zorgaanbieder is, dan dient playingEntity de organisatienaam te bevatten en scopingEntity leeg te blijven. Indien dit een zorgverlener is, dan dient playingEntity de persoonsnaam te bevatten en scopingEntity zijn organisatienaam. (LabdotsCDA)
 
target
lu-concept-v2-4181 draft Zorgverlener draft Gegevensset Labuitwisseling
lu-concept-v2-4221 draft Zorgaanbieder draft Gegevensset Labuitwisseling
@classCode
cs 1 … 1 F ASSIGNED
hl7:id
II 1 … * R Zorgaanbieder: URA (@root = 2.16.528.1.1007.3.3) of AGB (@root = 2.16.840.1.113883.2.4.6.1). Zorgverleners: UZI (@root = 2.16.528.1.1007.3.1) of AGB (@root = 2.16.840.1.113883.2.4.6.1) (LabdotsCDA)
hl7:code
CE 0 … 1 R OrganisatieTypeCodelijst indien dit een organisatie is, anders SpecialismeUZICodelijst of SpecialismeAGBCodelijst (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.2.3 OrganisatieTypeCodelijst (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.1.6 SpecialismeUZICodelijst (DYNAMISCH)
of
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.1.7 SpecialismeAGBCodelijst (DYNAMISCH)
hl7:addr
AD 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:telecom
TEL.NL.EXTENDED 0 … * (LabdotsCDA)
hl7:playingEntity
0 … 1 R (LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 R
  CONF
@classCode moet "PSN" zijn
of
@classCode moet "ORG" zijn
@determinerCode
cs 1 … 1 F INSTANCE
hl7:name
PN 1 … * R (LabdotsCDA)
hl7:scopingEntity
0 … 1 C Zorgaanbieder id, code en naam (in element desc) (LabdotsCDA)
@classCode
cs 1 … 1 F ORG
@determinerCode
cs 1 … 1 F INSTANCE
  Constraint Als playingEntity een persoon is.
hl7:id
II 0 … * URA (@root = 2.16.528.1.1007.3.3) of AGB (@root = 2.16.840.1.113883.2.4.6.1) (LabdotsCDA)
hl7:code
CE 0 … 1 R (LabdotsCDA)
  CONF
De waarde van @code moet komen uit waardelijst 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.40.2.17.2.3 OrganisatieTypeCodelijst (DYNAMISCH)
hl7:desc
ST 1 … 1 R (LabdotsCDA)
Keuze 0 … *
Uit backward compatibility overwegingen blijft het mogelijk om 1 of meer losse resultaten via template 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.7.10.31 Laboratory Observation NL beschikbaar te stellen. De meer complete vorm van oplevering van laboratoriumresultaten waarbij materiaalgegevens, aanvraaggegevens en vooral panels worden ondersteund, loopt via template 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.53 Laboratory Report Data Processing Entry NL
Elementen om uit te kiezen:
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.10.53 Laboratory Report Data Processing Entry NL (2022‑03‑30) (LabdotsCDA)
@typeCode
cs 1 … 1 F COMP
@contextControlCode
cs 0 … 1 F OP
hl7:component
0 … * R Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.7.10.31 Laboratory Observation NL (2022‑03‑30) (LabdotsCDA)
 
target
NL-CM-13.1.1 final LaboratoriumUitslag final nl.zorg.LaboratoriumUitslag 4.6
@typeCode
cs 1 … 1 F COMP
@contextControlCode
cs 0 … 1 F OP
hl7:component
0 … 1 R Kopie-indicator. Alleen gebruiken als álle bouwstenen van een andere bron komen. Deze indicator kan ook op (bundles van) individuele resultaten worden gebruikt indien sommige resultaten van een andere bron komen
Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.10.9200 Kopie-indicator (2018‑01‑12 10:18:47)
(LabdotsCDA)
@typeCode
cs 1 … 1 F COMP
@contextControlCode
cs 0 … 1 F OP
hl7:component
0 … 1 R MEDLAB IDE+2 referentie. Alleen gebruiken als deze bouwsteen en onderliggende bouwstenen uit betreffende MEDLAB bericht komen. Deze indicator kan ook op (bundles van) individuele resultaten worden gebruikt indien sommige resultaten van een specifiek MEDLAB bericht komen
Bevat 2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.121.10.53 MEDLAB 1.0 IDE+2 Identificatie materiaal/aanvraag (2022‑03‑30)
(LabdotsCDA)
@typeCode
cs 1 … 1 F COMP