Landspecifieke context van het document. Daarmee wordt aangegeven dat de Nederlandse
regels op het gebied van codes en data types van toepassing zijn. Het @code attribuut
bevat de vaste waarde 'NL'
(MedicatieoverzichtPatient)
@code
1 .. 1
F
NL
Voorbeeld
<realmCodecode="NL"/>
hl7:typeId
II
1 .. 1
M
De waarde van dit attribuut (@root en @extension) geeft aan dat de HL7 constrains voor CDA R2 zijn hier van toepassing
Met het attribuut @root wordt de applicatie (die voor het maken van het document was gebruikt) geïdentificeerd.
Id is een eenduidige identificatie, die het document wereldwijd en voor altijd uniek
identificeert. Een CDA-document heeft precies één id
Type document. De attributen @codeSystemName en @displayName van het element code
zijn optioneel
(MedicatieoverzichtPatient)
@code
1 .. 1
F
60591-5
@codeSystem
1 .. 1
F
2.16.840.1.113883.6.1 (LOINC)
@codeSystemName
1 .. 1
F
LOINC
@displayName
1 .. 1
F
Patient summary
hl7:title
ST
1 .. 1
M
Dit attribuut is verplicht te gebruiken om het document type te verduidelijken. Hierbij
is het mogelijk om bijvoorbeeld de auteur en/of patiënt naam, datum van het overdracht
te vermelden
(MedicatieoverzichtPatient)
Voorbeeld
<title>Medicatieoverzicht Maria Bakker 2 november 2015</title>
hl7:effectiveTime
TS.DATETIME.MIN
1 .. 1
M
Bevat de datum waarop het document compleet is en voorzien wordt van een handtekening
(de papieren versie), dus de autorisatie datum
Geeft aan de taal van het document. Het formaat van dit atribuut is als volgt: 'ss-CC'.
'ss' staat voor de spraakcode, conform ISO-639-1 en 'CC' voor landencode, conform
ISO-3166
(MedicatieoverzichtPatient)
Voorbeeld
<languageCodecode="nl-NL"/>
hl7:versionNumber
0 .. 1
Indien het element versionNumber is aanwezig, moet het element setId aanwezig zijn