Concept |
Card/Conf |
Id |
|
Patient |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Patiënt. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Patiënt.
|
|
|
Naamgegevens |
|
1 … 1 Required |
|
|
De naamgegevens van de patiënt.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de subbouwsteen Naamgegevens. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de subbouwsteen Naamgegevens.
|
|
|
Adresgegevens |
|
1 … 1 Required |
|
|
Adresgegevens van de patiënt.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de subbouwsteen Adresgegevens. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de subbouwsteen Adresgegevens.
|
|
|
Contactgegevens |
|
1 … 1 Required |
|
|
Telefoonnummer(s) of e-mailadres(sen) van de patiënt.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de sub-bouwsteen Contactgegevens. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de sub-bouwsteen Contactgegevens.
|
|
|
Identificatienummer |
|
1 … 1 Required |
|
|
Identificatienummer van de patiënt. Bij overdrachtsituaties dient het gebruik van
het burgerservicenummer (BSN) in overeenstemming te zijn met de 'Wet gebruik burgerservicenummer
in de zorg (Wbsn-z)'. In andere situaties kunnen andere nummersystemen gebruikt worden,
zoals bijv. interne ziekenhuis patiëntnummers.Burgerservicenummer (OID: 2.16.840.1.113883.2.4.6.3)
|
|
|
Geboortedatum |
|
1 … 1 Required |
|
|
Geboortedatum van de patiënt. Bij een patiënt is de geboortedatum verplicht. Vage
datum (bv. alleen jaar) is toegestaan.
|
|
|
Geslacht |
|
1 … 1 Required |
|
|
Administratief geslacht van de patiënt. |
|
|
MeerlingIndicator |
|
1 … 1 Required |
|
|
Indicator die aangeeft of de patiënt één van een meerling is. |
|
|
OverlijdensIndicator |
|
1 … 1 Required |
|
|
Indicator die aangeeft of de patiënt overleden is. |
|
|
DatumOverlijden |
|
1 … 1 Required |
|
|
De datum waarop de patiënt overleden is. Een vage datum, b.v. alleen jaartal is toegestaan. |
|
Contact |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Contact. Dit concept bevat alle gegevenselementen van
de bouwsteen Contact.
|
|
|
ContactType |
|
1 … 1 Required |
|
|
Het type contact. |
|
|
ContactMet |
|
1 … 1 Required |
|
|
De zorgverlener waarmee het contact heeft plaatsgevonden. In de bouwsteen Zorgverlener
kan tevens het specialisme en de rol van de zorgverlener vastgelegd worden.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
|
Locatie |
|
1 … 1 Required |
|
|
De fysieke locatie waar het contact heeft plaatsgevonden. |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgaanbieder. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgaanbieder.
|
|
|
BeginDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
|
|
Datum en tijd waarop het contact heeft plaatsgevonden. |
|
|
EindDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
|
|
Datum en tijd waarop het contact is geëindigd. Als het contact een periode betreft
wordt hiermee het einde van deze periode aangeduid, bijvoorbeeld bij een opname.
|
|
|
RedenContact |
|
1 … 1 Required |
|
|
Container van het concept RedenContact. Deze container bevat alle gegevenselementen
van het concept RedenContact.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Het probleem dat aanleiding is geweest voor het contact. |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Probleem. Een probleem beschrijft een toestand met betrekking tot de gezondheid en/of het welzijn
van een individu. Deze toestand kan zijn benoemd door de patiënt zelf (een klacht),
of door zijn of haar zorgverlener (onder andere een diagnose).
|
|
1 … 1 Required |
|
|
De verrichting die tijdens het contact is uitgevoerd. |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Verrichting. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Verrichting.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Een afwijkende uitslag die als reden voor het contact geldt. |
|
|
Herkomst |
|
1 … 1 Required |
|
|
Locatie waar de patient vandaan kwam voor het contact. Meestal zal dit alleen bij
een ziekenhuisopname gebruikt worden.
|
|
|
Bestemming |
|
1 … 1 Required |
|
|
Locatie waar de patient naar toe gaat na het contact. Meestal zal dit alleen bij een
ziekenhuisontslag gebruikt worden.
|
|
AlgemeneMeting |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen AlgemeneMeting. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen AlgemeneMeting.
|
|
|
Onderzoek |
|
1 … 1 Required |
|
|
Een algemene meting kan uit meerdere onderdelen bestaan. Dit concept bevat de naam
en code van de gehele meting. De onderdelen worden in één of meerdere concepten MeetUitslag
gerepresenteerd.
|
|
|
ResultaatStatus |
|
1 … 1 Required |
|
|
De status van de totale meting. |
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
|
|
Opmerkingen, zoals interpretatie van of advies bij de uitslag. |
|
|
MeetUitslag |
|
1 … 1 Required |
|
|
Container van het concept MeetUitslag. Deze container bevat alle gegevenselementen
van het concept MeetUitslag.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Omschrijving (naam en code) van de uitgevoerde meting. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De uitslag van de meting. Afhankelijk van de soort meting bestaat de uitslag uit een
waarde met eenheid of uit een gecodeerde waarde (ordinaal of nominaal) of uit een
tekstuele uitslag.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
De gebruikte testmethode voor het verkrijgen van de uitslag. |
|
1 … 1 Required |
|
|
Datum en eventueel tijdstip waarop de meting uitgevoerd is. |
|
LaboratoriumUitslag |
|
1 … 1 Required |
|
|
Rootconcept van de bouwsteen LaboratoriumUitslag. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen LaboratoriumUitslag.
|
|
|
LaboratoriumTest |
|
1 … 1 Required |
|
|
Container van het concept LaboratoriumTest. Deze container bevat alle gegevenselementen
van het concept LaboratoriumTest.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
De naam en code van de uitgevoerde test. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De gebruikte testmethode voor het verkrijgen van de uitslag. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De datum en eventueel tijdstip waarop de test uitgevoerd is. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De uitslag van de test. Afhankelijk van de soort test bestaat de uitslag uit een waarde
met eenheid of uit een gecodeerde waarde (ordinaal of nominaal).
|
|
1 … 1 Required |
|
|
De status van de uitslag van de (deel)test. Indien het onderzoek uit meerdere testen
bestaat, geeft het de status van het onderzoek de overall status weer.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
De voor de patiënt geldende referentie bovenwaarde van de met de test gemeten waarde. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De voor de patiënt geldende referentie onderwaarde van de met de test gemeten waarde. |
|
1 … 1 Required |
|
|
De methode die gebruikt is om interpretatievlaggen te bepalen. Een voorbeeld hiervan
is EUCAST, voor het bepalen van afbreekpunten bij microbiologische gevoeligheidsbepalingen
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Attentie codes die aangeven of de uitslag boven of onder bepaalde referentiewaarden
ligt of anderzinds een .interpretatie van de uitslag geven (Resistent)
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Opmerkingen van de bepaler met betrekking tot duiding van de resultaten |
|
|
Monster |
|
1 … 1 Required |
|
|
Container van het concept Monster. Deze container bevat alle gegevenselementen van
het concept Monster.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Identificerend nummer van het afgenomen materiaal, ter referentie voor navraag bij
bronorganisatie. In de transmurale setting bestaat dit nummer uit een monsternummer
inclusief de identificatie van de uitgevende organisatie, om uniek te zijn buiten
de grenzen van een organisatie.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Het monstervolgnummer wordt toegepast, als het verzamelde materiaal uit de oorspronkelijke
buis of container verdeeld wordt over meerdere buizen. In combinatie met het monsternummer
biedt het volgnummer de mogelijkheid de buis of container uniek te identificeren.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Containertype beschrijft het omhulsel waarin het materiaal verzameld of verstuurd
is. Voorbeelden zijn bloedbuizen, transportcontainer evt incl. kweekmedium.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Monstermateriaal beschrijft het afgenomen materiaal. Indien de LOINC testcode impliciet
ook een materiaal beschrijft, mag dit element daar niet mee in strijd zijn. Indien
gewenst kan dit gegeven wel een meer gedetailleerde beschrijving van het materiaal
geven: LOINC codes bevatten de materialen alleen op hoofdniveau. Dit is in lijn met de afspraken die gemaakt zijn in het IHE/Nictiz programma e-Lab.
Indien de test uitgevoerd is op een afgeleid materiaal (bijv. plasma) bevat dit element
toch het afgenomen materiaal (in dit geval bloed). De LOINC code zal in het algemeen
in dit geval wel naar plasma wijzen.
|
|
1 … 1 Required |
|
|
Bij met name microbiologische bepalingen is soms geen sprake materiaal maar van een
isolaat met daarop een bepaald micro-organisme. Dit concept biedt de mogelijkheid
informatie omtrent dit micro-organisme vast te leggen.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-100 link
|
|
Totale volume van het verzamelde materiaal. Indien het noodzakelijk is om de absolute
hoeveelheid van een bepaalde stof in het afgenomen of verzamelde materiaal te bepalen,
dient het volume hiervan opgegeven te worden.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-101 link
|
|
Indien het materiaal niet op één tijdstip afgenomen is maar gedurende een bepaalde
tijd verzameld is, kan deze periode in dit concept vastgelegd worden. Een voorbeeld
is 24 uurs urine.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-102 link
|
|
Tijdstip van afname van het materiaal. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-103 link
|
|
Datum en tijdstip waarop het materiaal bij het laboratorium of prikpunt is afgegeven.
Het gaat hierbij om materiaal dat door de patiënt zelf verzameld is.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-104 link
|
|
Indien relevant voor de uitslag kan de wijze van verkrijgen van het monster opgegeven
worden.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-105 link
|
|
Anatomische locatie waar het materiaal verzameld is, bijvoorbeeld elleboog. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-106 link
|
|
Lateraliteit verbijzondert de anatomische locatie door, indien van toepassing, de
zijdigheid vast te leggen, bijvoorbeeld links.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-107 link
|
|
Morfologie beschrijft morfologische afwijkingen van de normale vorm van de anatomische
locatie waar het materiaal is afgenomen, bijvoorbeeld wond, zweer.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-108 link
|
|
Indien het materiaal niet rechtstreeks bij de patiënt afgenomen, maar afkomstig is
van een aan de patiënt gerelateerd voorwerp, zoals b.v een cathetertip, kan deze bron
van het materiaal hier vastgelegd worden.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-109 link
|
|
Opmerking over de afname, bijv. afname na (glucose)stimulus of medicijn inname. |
|
|
Onderzoek |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-110 link
|
|
Bij een laboratoriumbepaling die uit meerdere subbepalingen bestaat en vaak als één
geheel wordt aangevraagd bevat dit concept de naam van de samengestelde aanvraag (vaak
aangeduid als panel, battery of cluster). Voorbeelden zijn: bloedgassen en EBV serologie.
|
|
|
ResultaatStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-111 link
|
|
De status van de laboratoriumuitslag. Indien het onderzoek uit meerdere testen bestaat,
geeft het de status van het gehele onderzoek aan. Indien tevens de status per deelonderzoek
gebruikt wordt, moet deze status daarmee in overeenstemming zijn.
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-112 link
|
|
Opmerkingen, zoals bv. tekstuele interpretatie of advies bij de uitslag. |
|
|
ResultaatType |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-113 link
|
|
Het resultaattype definieert de laboratoriumspecialiteit waaronder de bepaling valt. |
|
|
GerelateerdeUitslag |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-114 link
|
|
Verwijzing naar een gerelateerd onderzoek, bij voorbeeld bij gepaarde onderzoeken
of sequentiele onderzoeken als gramkleuring en microbiologische kweken
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-115 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen LaboratoriumUitslag. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen LaboratoriumUitslag.
|
|
|
Aanvrager |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-116 link
|
|
De zorgverlener en/of organisatie waar of door wie de LaboratoriumUitslag werd aangevraagd. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-117 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
Lichaamsgewicht |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-118 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Lichaamsgewicht. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Lichaamsgewicht.
|
|
|
GewichtWaarde |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-119 link
|
|
Het lichaamsgewicht van de patiënt. Het gewicht wordt uitgedrukt in kilogram (kg).
Bij pasgeborenen onder 3 kg wordt het gewicht veelal in grammen uitgedrukt.
Dit concept kan ook gebruikt worden om een geschat lichaamsgewicht vast te leggen
als het niet mogelijk is om het exacte lichaamsgewicht te meten - bijvoorbeeld, het
wegen van een tegenwerkend kind, of een schatting van het gewicht van een ongeboren
kind.
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-120 link
|
|
Opmerking over de gewichtsmeting, zoals eventuele problemen of factoren die van invloed
kunnen zijn op de meting van het lichaamsgewicht; bijvoorbeeld timing in de menstruele
cyclus, timing van de recente stoelgang of het noteren van een amputatie.
|
|
|
GewichtDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-121 link
|
|
Datum en (eventueel) tijd dat het gewicht gemeten of geschat werd. |
|
|
Kleding |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-122 link
|
|
De kleding die de patiënt aan had tijdens de meting. |
|
Lichaamslengte |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-123 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Lichaamslengte. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Lichaamslengte.
|
|
|
LengteWaarde |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-124 link
|
|
Het element bevat de waarde van de gemeten lichaamslengte. De lichaamslengte is de lengte van het menselijk lichaam van hielbodem tot kruin,
in het algemeen gemeten in staande houding. Bij zeer kleine kinderen of patiënten
die niet kunnen staan wordt de lichaamslengte in gestrekte liggende houding gemeten.
|
|
|
LengteDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-125 link
|
|
Datum en (eventueel) tijd van de waarneming van de lichaamslengte. |
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-126 link
|
|
Toelichting op de meting van de lichaamslengte. |
|
|
Positie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-127 link
|
|
De positie tijdens de meting van de gemeten persoon. |
|
TabakGebruik |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-128 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen TabakGebruik. Dit concept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen TabakGebruik.
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-129 link
|
|
Relevante opmerkingen over het gebruik. |
|
|
SoortTabakGebruik |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-130 link
|
|
Soort tabak die de patiënt gebruikt. |
|
|
TabakGebruikStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-131 link
|
|
De status van het tabaksgebruik van de patiënt. |
|
|
WaarnemingGebruik |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-132 link
|
|
Deze container bevat alle gegevens over de mate waarin de patiënt aan tabak is blootgesteld
geweest of wordt blootgesteld.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-133 link
|
|
De datum waarop is gestart met roken. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-134 link
|
|
De datum waarop is gestopt met roken |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-135 link
|
|
Het aantal sigaretten, sigaren of gram shag per dag, week, maand of jaar. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-136 link
|
|
De eenheid waarin de totale blootstelling aan tabaksrook bij rokers beschreven wordt.
Bij sigaretten wordt dit berekend aan de hand van het aantal gerookte pakjes sigaretten
per dag (inhoud pakje is 20 stuks) en het aantal jaren dat werd gerookt. Bij andere
rookwaren wordt vaak een omrekening naar equivalente sigarettenconsumptie gehanteerd.
Vaak wordt ook alleen het aantal packyears geschat.
|
|
Probleem |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-137 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Probleem. Een probleem beschrijft een toestand met betrekking tot de gezondheid en/of het welzijn
van een individu. Deze toestand kan zijn benoemd door de patiënt zelf (een klacht),
of door zijn of haar zorgverlener (onder andere een diagnose).
|
|
|
ProbleemAnatomischeLocatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-138 link
|
|
Anatomische locatie die de focus is van de verrichting. |
|
|
ProbleemLateraliteit |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-139 link
|
|
Lateraliteit verbijzondert de anatomische locatie door, indien van toepassing, de
zijdigheid vast te leggen, bijvoorbeeld links.
|
|
|
ProbleemType |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-140 link
|
|
Het type probleem, zie de conceptbeschrijving. |
|
|
ProbleemNaam |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-141 link
|
|
De probleemnaam definieert het probleem. Afhankelijk van de setting kunnen verschillende
codestelsels worden gebruikt. De ProbleemNaamCodelijst geeft een overzicht van de
mogelijke codestelsels
|
|
|
ProbleemBeginDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-142 link
|
|
Begin van de aandoening, waarop het probleem betrekking heeft. Vooral bij klachten
waarbij het langer duurt voordat de uiteindelijke diagnose gesteld wordt is het belangrijk
niet alleen de diagnosedatum te weten, maar ook sinds wanneer de aandoening al bestaat.
Een vage datum, bijv. alleen een jaartal of een maand en een jaartal, is toegestaan.
|
|
|
ProbleemEindDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-143 link
|
|
Datum waarop de aandoening, waarop het probleem betrekking heeft, als niet meer aanwezig
wordt beschouwd. Deze datum hoeft niet gelijk te zijn aan de datum waarop de statuswijzinging
van het probleem is vastgelegd. Een vage datum, bijv. alleen een jaartal of een maand
en een jaartal, is toegestaan.
|
|
|
ProbleemStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-144 link
|
|
De probleemstatus beschrijft de toestand van het probleem:
- Actuele problemen zijn problemen waar de patiënt symptomen van ondervindt of waar
bewijsmateriaal voor is.
- Problemen met status 'Niet actueel' verwijzen naar problemen waar de patiënt geen
last meer van heeft of waar geen aanwijzingen meer voor zijn.
|
|
|
VerificatieStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-145 link
|
|
Klinische status van het probleem of de diagnose. |
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-146 link
|
|
Toelichting van diegene die het Probleem heeft vastgesteld of bijgewerkt. |
|
GeplandeZorgActiviteit |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-147 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen OverdrachtGeplandeZorgActiviteit. Dit rootconcept bevat
alle gegevenselementen van de bouwsteen OverdrachtGeplandeZorgActiviteit.
|
|
|
OrderStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-148 link
|
|
Status van de order. |
|
|
BeginDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-149 link
|
|
Geplande of gewenste datum van uitvoering. Bij Clinical reminders kan hiermee aangegeven
worden vanaf wanneer de handeling uitgevoerd mag worden. Een vage datum (bv. alleen
maand en jaar is toegestaan).
|
|
|
EindDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-150 link
|
|
Eventueel kan de geplande einddatum van de handeling vastgelegd worden. Tevens kan
afhankelijk van het type handeling hiermee aangegeven worden voor wanneer deze uitgevoerd
moet worden.
|
|
|
OrderType |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-151 link
|
|
Type order, verzoek of reminder. |
|
|
OrderOverige |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-152 link
|
|
Orders die niet passen binnen één van de andere concepten, kunnen in vrije tekst beschreven
worden.
|
|
|
MedicatieToediening2 |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-153 link
|
|
De medicatie waarvan het toediening in de toekomst nog moet worden afgesproken. Doorgaans
zullen deze gegevens in de sectie Medicatie zijn opgenomen.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-154 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen MedicatieToediening. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen MedicatieToediening.
|
|
|
Verrichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-155 link
|
|
Een voorgenomen verrichting inclusief o.a. indicatie en locatie. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-156 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Verrichting. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Verrichting.
|
|
|
VerpleegkundigeInterventie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-157 link
|
|
Een voorgenomen verpleegkundige interventie. |
|
|
|
VerpleegkundigeInterventie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-158 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen VerpleegkundigeInterventie. Dit rootconcept bevat alle
gegevenselementen van de bouwsteen VerpleegkundigeInterventie.
|
|
|
Vaccinatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-159 link
|
|
Een voorgenomen vaccinatie. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-160 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Vaccinatie. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Vaccinatie.
|
|
|
Afspraak |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-161 link
|
|
Een afspraak inclusief o.a. reden van contact en locatie. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-162 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Contact. Dit concept bevat alle gegevenselementen van
de bouwsteen Contact.
|
|
|
MedischHulpmiddel |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-163 link
|
|
Een gewenst medisch hulpmiddel. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-164 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen MedischHulpmiddel. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen MedischHulpmiddel.
|
|
Verrichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-165 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Verrichting. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Verrichting.
|
|
|
VerrichtingStartDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-166 link
|
|
De startdatum (en eventueel starttijd) van de verrichting. Een vage datum, bijv. alleen
een jaartal, is toegestaan. Het element biedt de mogelijkheid om de start van de periode van een reeks bij elkaar
behorende verrichtingen aan te geven.
|
|
|
VerrichtingEindDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-167 link
|
|
De einddatum (en eventueel eindtijd) van de verrichting. Een vage datum, bijv. alleen
een jaartal, is toegestaan. Het element biedt de mogelijkheid om het einde van de periode van een reeks bij elkaar
behorende verrichtingen aan te geven.
|
|
|
VerrichtingAnatomischeLocatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-168 link
|
|
Anatomische locatie die de focus is van de verrichting. |
|
|
VerrichtingLateraliteit |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-169 link
|
|
Lateraliteit verbijzondert de anatomische locatie door, indien van toepassing, de
zijdigheid vast te leggen, bijvoorbeeld links.
|
|
|
Indicatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-170 link
|
|
De indicatie is de reden voor het uitvoeren van de verrichting. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-171 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Probleem. Een probleem beschrijft een toestand met betrekking tot de gezondheid en/of het welzijn
van een individu. Deze toestand kan zijn benoemd door de patiënt zelf (een klacht),
of door zijn of haar zorgverlener (onder andere een diagnose).
|
|
|
VerrichtingType |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-172 link
|
|
De naam van de verrichting.
Vanaf 1 januari 2013 moeten alle verrichtingen in het primaire proces worden vastgelegd
met CBV codes. Om hieraan te voldoen wordt de verrichtingenthesaurus van DHD (CBV
verrichtingenset ) voor het coderen van verrichtingen gebruikt. Mogelijk dat in de
toekomst naast de CBV verrichtingenset ook de NIC voor verpleegkundige verrichtingen
gehanteerd gaat worden en dat er een “coded valueset” komt voor paramedische verrichtingen.
|
|
|
VerrichtingMethode |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-173 link
|
|
De methode of de techniek die toegepast is bij het uitvoeren van de verrichting, zoals
toegangsmethode, lavage, pressuring, etc
|
|
|
MedischHulpmiddel |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-174 link
|
|
Het product waarvan het plaatsen in of aan het lichaam het doel is van de verrichting,
bijv. het plaatsen van een implantaat.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-175 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen MedischHulpmiddel. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen MedischHulpmiddel.
|
|
|
Locatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-176 link
|
|
De zorginstelling waar de verrichting is uitgevoerd. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-177 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgaanbieder. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgaanbieder.
|
|
|
Uitvoerder |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-178 link
|
|
De zorgverlener die de verrichting heeft uitgevoerd. In de meeste gevallen wordt alleen
het specialisme en niet de naam van de zorgverlener doorgegeven.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-179 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
|
Aanvrager |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-180 link
|
|
De zorgverlener die de verrichting heeft aangevraagd. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-181 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
Medicatieafspraak |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-182 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Medicatieafspraak. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Medicatieafspraak.
|
|
|
Voorschrijver |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-183 link
|
|
De zorgverlener die de medicatieafspraak met de patiënt heeft vastgelegd. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-184 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
|
RedenVanVoorschrijven |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-185 link
|
|
De medische reden voor het voorschrijven of gebruik van de medicatie. Hiermee kan
een medische indicatie worden doorgegeven die de directe aanleiding vormde voor het
voorschrijven of het gebruik van de betreffende medicatie.
Het kan gaan om ieder type probleem (of conditie) van de patiënt, vrijwel steeds een
diagnose, een klacht of een symptoom.
NB: Het bestand BST401T van de G-standaard bevat een "bijzonder kenmerk" om aan te
geven dat het "uitwisselen van de reden van voorschrijven noodzakelijk is".
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-186 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Probleem. Een probleem beschrijft een toestand met betrekking tot de gezondheid en/of het welzijn
van een individu. Deze toestand kan zijn benoemd door de patiënt zelf (een klacht),
of door zijn of haar zorgverlener (onder andere een diagnose).
|
|
|
Lichaamsgewicht |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-187 link
|
|
Voor deze afspraak relevant gewicht waarop de dosering gebaseerd is. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-188 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Lichaamsgewicht. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Lichaamsgewicht.
|
|
|
Lichaamslengte |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-189 link
|
|
Voor deze afspraak relevante lengte, waarop de dosering gebaseerd is.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-190 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Lichaamslengte. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Lichaamslengte.
|
|
|
Afgesprokengeneesmiddel |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-191 link
|
|
Het afgesproken te gebruiken geneesmiddel. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-192 link
|
|
Rootconcept van de sub-bouwsteen FarmaceutischProduct. Dit rootconcept bevat alle
gegevenselementen van de bouwsteen FarmaceutischProduct.
Het voorgeschreven middel is vrijwel steeds een geneesmiddel. Hulp- en verbandmiddelen
kunnen echter ook voorgeschreven en via de apotheek geleverd worden. Voedingsmiddelen
en bloedproducten vallen strikt genomen niet onder de categorie geneesmiddelen, maar
kunnen worden voorgeschreven, en door een apotheek geleverd worden.
Het is mogelijk om met één enkele code een medicatiesoort aan te duiden, waarbij die code gekozen kan zijn uit meerdere mogelijke
coderingssystemen (concreet GPK, PRK, HPK of artikelnummers). Door een juiste toepassing
van deze codes in de softwaresystemen leggen deze codes de samenstelling van het gebruikte
middel voldoende vast en is een complete productspecificatie niet nodig.
Het is mogelijk om naast een primaire code ook alternatieve codes uit
andere coderingssystemen aan te duiden (zodat bijvoorbeeld de GPK kan worden meegestuurd
als is geregistreerd op basis van PRK).
Door meerdere ingrediënten op te geven wordt het mogelijk om een samengesteld product
weer te geven. Als een van de samenstellende delen vloeibaar is, dan wordt de dosering
in milliliters opgegeven, anders in 'stuks'.
Het is dan mogelijk om zowel impliciet te specificeren (door een medicatiecode te
gebruiken) als expliciet de samenstelling van de medicatie aan te duiden, bijvoorbeeld door de (actieve) ingrediënt(en) van de medicatie te benoemen.
Het is mogelijk om magistrale receptuur door te geven. Dit kan door bovenbedoelde mogelijkheid om gecodeerd ingrediënten aan
te duiden en/of door de samenstelling en bereidingswijze als vrije tekst door te geven.
|
|
|
Gebruiksinstructie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-193 link
|
|
Aanwijzingen voor het gebruik van de medicatie, bijvoorbeeld dosering en toedieningsweg.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-194 link
|
|
Rootconcept van de sub-bouwsteen GebruiksInstructie. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen GebruiksInstructie.
|
|
|
MedicatieafspraakDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-195 link
|
|
Het tijdstip waarop de afspraak gemaakt is. Afspraakdatum + tijd verplicht meegeven (er moet volgordelijkheid van de afspraken
kunnen worden afgeleid bij meerdere medicatieafspraken op één dag)
|
|
|
Gebruiksperiode |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-196 link
|
|
Ingangsdatum: Dit is het tijdstip waarop de afspraak ingaat (of is ingegaan of zal ingaan). Dit
betreft het tijdstip waarop de in deze afspraak vastgelegde gebruiksinstructie ingaat.
In geval van een afspraak om te stoppen betreft dit de ingangsdatum van de originele
medicatieafspraak. De einddatum geeft aan vanaf wanneer de medicatie gestaakt moet
worden.
Gebruiksduur: De beoogde gebruiksduur. Bijvoorbeeld 5 dagen of 8 weken. Het is niet toegestaan
om de gebruiksduur in maanden aan te geven, omdat verschillende maanden een variable
duur in dagen hebben.
Einddatum: Het tijdstip waarop de gebruiksperiode eindigt (of geëindigd is of zal eindigen).
In het geval van een afspraak om het gebruik te staken betreft dit het tijdstip waarop
de medicatie gestaakt moet worden.Om verwarring te voorkomen tussen 'tot' en 'tot en met' is het meegeven van de tijd
altijd verplicht bij
einddatum.
Bij medicatie voor onbepaalde duur wordt er alleen een ingangsdatum aangegeven.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-197 link
|
|
Rootconcept van de subbouwsteen TijdsInterval. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de subbouwsteen TijdsInterval.
|
|
|
GeannuleerdIndicator |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-198 link
|
|
In geval van foutcorrectie van de medicatieafspraak wordt bij de foutieve afspraak
deze indicator aangezet.
|
|
|
MedicatieafspraakStopType |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-199 link
|
|
Stop type, de manier waarop gestopt wordt met deze medicatie (tijdelijk of definitief). |
|
|
RedenMedicatieafspraak |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-200 link
|
|
Reden voor het maken van deze medicatieafspraak. Dit kan de reden zijn om de medicatie
te starten, te wijzigen of te stoppen.
|
|
|
MedicatieafspraakAanvullendeInformatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-201 link
|
|
Aanvullende informatie bevat een lijst van bijzonderheden over de gemaakte afspraak
die van belang zijn voor de medicatiebewaking en invulling door de apotheker. Hiermee
kan bijvoorbeeld worden aangegeven dat er bewust is afgeweken van wat gebruikelijk
is of dat de afspraak op een bepaalde manier moet worden ingevuld. Zie ook de sectie Instructions voor meer informatie over het gebruik.
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-202 link
|
|
Opmerkingen met betrekking tot de medicatieafspraak. Bijvoorbeeld: in overleg met
de specialist.
|
|
MedicatieToediening |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-203 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen MedicatieToediening. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen MedicatieToediening.
|
|
|
ToedieningsProduct |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-204 link
|
|
Het ingenomen of toegediende middel. Dit is vrijwel steeds een geneesmiddel. Voedingsmiddelen,
bloedproducten, hulp- en verbandmiddelen vallen strikt genomen niet onder de categorie
geneesmiddelen, maar kunnen ook worden worden gerapporteerd.
In principe betreft dit het voorgeschreven product, maar de toediener kan door substitutie
het voorgeschreven product vervangen door een equivalent product. Bijv. in plaats
van tabletten van 100mg, tabletten van 50mg waarvan er dan twee worden toegediend.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-205 link
|
|
Rootconcept van de sub-bouwsteen FarmaceutischProduct. Dit rootconcept bevat alle
gegevenselementen van de bouwsteen FarmaceutischProduct.
Het voorgeschreven middel is vrijwel steeds een geneesmiddel. Hulp- en verbandmiddelen
kunnen echter ook voorgeschreven en via de apotheek geleverd worden. Voedingsmiddelen
en bloedproducten vallen strikt genomen niet onder de categorie geneesmiddelen, maar
kunnen worden voorgeschreven, en door een apotheek geleverd worden.
Het is mogelijk om met één enkele code een medicatiesoort aan te duiden, waarbij die code gekozen kan zijn uit meerdere mogelijke
coderingssystemen (concreet GPK, PRK, HPK of artikelnummers). Door een juiste toepassing
van deze codes in de softwaresystemen leggen deze codes de samenstelling van het gebruikte
middel voldoende vast en is een complete productspecificatie niet nodig.
Het is mogelijk om naast een primaire code ook alternatieve codes uit
andere coderingssystemen aan te duiden (zodat bijvoorbeeld de GPK kan worden meegestuurd
als is geregistreerd op basis van PRK).
Door meerdere ingrediënten op te geven wordt het mogelijk om een samengesteld product
weer te geven. Als een van de samenstellende delen vloeibaar is, dan wordt de dosering
in milliliters opgegeven, anders in 'stuks'.
Het is dan mogelijk om zowel impliciet te specificeren (door een medicatiecode te
gebruiken) als expliciet de samenstelling van de medicatie aan te duiden, bijvoorbeeld door de (actieve) ingrediënt(en) van de medicatie te benoemen.
Het is mogelijk om magistrale receptuur door te geven. Dit kan door bovenbedoelde mogelijkheid om gecodeerd ingrediënten aan
te duiden en/of door de samenstelling en bereidingswijze als vrije tekst door te geven.
|
|
|
Toedieningssnelheid |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-206 link
|
|
De toedieningssnelheid wordt gebruikt bij de langzame toediening van vloeistoffen.
De meeteenheid is in de praktijk vrijwel altijd ml/uur. Ook het opgeven van een interval (bijv. 0-10 ml/uur) is een gebruikelijke optie.
Bijvoorbeeld, bij toedieningssnelheid van 10ml/uur geldt:
- aantal = 10,
- gebruikseenheid = ml
Optioneel is voor de eenheid in plaats van gebruik van UCUM eenheden ook een vertaling
toegestaan naar NHG tabel Gebruiksvoorschriften (tabel 25).
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-207 link
|
|
Rootconcept van de subbouwsteen Bereik. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de subbouwsteen Bereik.
|
|
|
ToedieningsDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-208 link
|
|
Datum en tijd waarop de toediening heeft plaatsgevonden. |
|
|
AfgesprokenDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-209 link
|
|
Datum en tijd uit de medicatie- of toedieningsafspraak waarop deze toediening betrekking
heeft. Omdat er in één medicatie/toedieningsafspraak meerdere tijdstippen kunnen worden
aangegeven kan hiermee bij bijvoorbeeld vervroegde toediening of het inhalen van een
toediening het afgesproken tijdstip worden achterhaald.
|
|
|
ToegediendeHoeveelheid |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-210 link
|
|
Hoeveelheid van het product dat werd toegediend. |
|
|
AfwijkendeToediening |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-211 link
|
|
Is er een afwijking geweest in de toediening ten opzicht van de medicatie- of toedieningsafspraak?
Dit kan een afwijking betreffen in product, tijdstip, hoeveelheid, toedieningsweg
of toedieningssnelheid of het in het geheel niet toedienen.
|
|
|
Toedieningsweg |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-212 link
|
|
De route waarlangs de medicatie wordt toegediend (oraal, nasaal, intraveneus,...). |
|
|
DubbeleControleUitgevoerd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-213 link
|
|
Is er dubbele controle uitgevoerd voorafgaande aan de toediening? Dit is alleen bij
bepaalde medicatie wettelijk verplicht.
|
|
|
GerelateerdeAfspraak |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-214 link
|
|
Medicatie- of toedieningsafspraak waar deze toediening op gebaseerd is. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-215 link
|
|
Medicatiesafspraak waar deze toediening op gebaseerd is. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-216 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Medicatieafspraak. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Medicatieafspraak.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-217 link
|
|
Toedieningsafspraak waar deze toediening op gebaseerd is. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-218 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Toedieningsafspraak. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Toedieningsafspraak.
|
|
|
Toediener |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-219 link
|
|
De container van het concept Toediener. Deze container bevat alle gegevenselementen
van de concept Toediener. Het concept beschrijft de persoon die de toediening gerealiseerd
heeft. Dit is een professionele toedieningsbevoegde, de patient zelf of de bijvoorbeeld
de mantelzorger.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-220 link
|
|
Wanneer de patiënt zelf de medicatie heeft toegediend wordt dat hier aangegeven. Wanneer
de medicatietoediening is gedaan door een zorgverlener of mantelzorger/familielid/etc.
wordt respectievelijk de zorgverlener vermeld in het element 'Zorgverlener' of de
mantelzorger/familielid/etc. in het element 'Contactpersoon'.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-221 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Patiënt. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Patiënt.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-222 link
|
|
Het concept beschrijft de persoon die de toediening gerealiseerd heeft. Dit is een
professionele toedieningsbevoegde.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-223 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-224 link
|
|
Gegevens van een persoonlijke relatie van de patiënt, die de medicatietoediening heeft
gedaan.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-225 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Contactpersoon. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Contactpersoon.
|
|
|
MedicatieToedieningRedenVanAfwijken |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-226 link
|
|
Reden dat de toediening of inname van een medicament niet of anders is uitgevoerd.
Hier kan een tekst of een van de codes gekozen worden.
|
|
|
MedicatieToedieningStatus |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-227 link
|
|
De status van de toediening, als beschijving van het stadium van het toedieningsproces.
Voor ondeelbare producten (bijv. tabletten, zetpillen) zijn alleen de status codes
‘completed’ (voltooid) en ‘cancelled’ (niet toegediend) van toepassing. Voor deelbare
producten (bijv. infusen) geldt dat de toediening ook ‘suspended’ (onderbroken) en
‘aborted’ (afgebroken) kan zijn.
Bij de vastlegging worden de volgende interpretaties gehanteerd:
- Actief: Het product wordt toegediend.
- Onderbroken: De toediening is (tijdelijk) onderbroken , bv. wegens een bijwerking.
Later zal besloten worden tot hervatting of stoppen.
- Afgebroken: De toediening is afgebroken.
- Voltooid: De toediening is helemaal afgerond.
- Niet gestart: De toediening van het product is niet gestart.
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-228 link
|
|
Opmerkingen met betrekking tot de medicatie toediening. |
|
Medicatieverstrekking |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-229 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Medicatieverstrekking. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Medicatieverstrekking.
|
|
|
Verstrekker |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-230 link
|
|
De verstrekker is in vrijwel alle gevallen een apotheker. Het kan ook gaan om een
webwinkel (online bestelling), een drogisterij of een buitenlandse apotheker.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-231 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgaanbieder. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgaanbieder.
|
|
|
Verstrekkingsverzoek |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-232 link
|
|
Relatie naar verstrekkingsverzoek. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-233 link
|
|
Het verstrekkingsverzoek is het verzoek van een voorschrijver aan de apotheker, verstrekking(en)
te doen aan de patiënt, ter ondersteuning van geldende medicatieafspraken. De voorschrijver
verzoekt om een hoeveelheid van een geneesmiddel te verstrekken of voor een verbruiksperiode
verstrekking(en) te doen.
|
|
|
VerstrektGeneesmiddel |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-234 link
|
|
Verstrekt geneesmiddel. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-235 link
|
|
Rootconcept van de sub-bouwsteen FarmaceutischProduct. Dit rootconcept bevat alle
gegevenselementen van de bouwsteen FarmaceutischProduct.
Het voorgeschreven middel is vrijwel steeds een geneesmiddel. Hulp- en verbandmiddelen
kunnen echter ook voorgeschreven en via de apotheek geleverd worden. Voedingsmiddelen
en bloedproducten vallen strikt genomen niet onder de categorie geneesmiddelen, maar
kunnen worden voorgeschreven, en door een apotheek geleverd worden.
Het is mogelijk om met één enkele code een medicatiesoort aan te duiden, waarbij die code gekozen kan zijn uit meerdere mogelijke
coderingssystemen (concreet GPK, PRK, HPK of artikelnummers). Door een juiste toepassing
van deze codes in de softwaresystemen leggen deze codes de samenstelling van het gebruikte
middel voldoende vast en is een complete productspecificatie niet nodig.
Het is mogelijk om naast een primaire code ook alternatieve codes uit
andere coderingssystemen aan te duiden (zodat bijvoorbeeld de GPK kan worden meegestuurd
als is geregistreerd op basis van PRK).
Door meerdere ingrediënten op te geven wordt het mogelijk om een samengesteld product
weer te geven. Als een van de samenstellende delen vloeibaar is, dan wordt de dosering
in milliliters opgegeven, anders in 'stuks'.
Het is dan mogelijk om zowel impliciet te specificeren (door een medicatiecode te
gebruiken) als expliciet de samenstelling van de medicatie aan te duiden, bijvoorbeeld door de (actieve) ingrediënt(en) van de medicatie te benoemen.
Het is mogelijk om magistrale receptuur door te geven. Dit kan door bovenbedoelde mogelijkheid om gecodeerd ingrediënten aan
te duiden en/of door de samenstelling en bereidingswijze als vrije tekst door te geven.
|
|
|
MedicatieverstrekkingsDatumTijd |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-236 link
|
|
Het tijdstip van uitgifte. De datumtijd waarop het geneesmiddel ter hand gesteld wordt.
Noot: het gaat dus om het tijdstip waarop het geneesmiddel aan de patiënt (of diens
toediener/vertegenwoordiger) is uitgegeven en niet om de aanschrijfdatum.
|
|
|
AanschrijfDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-237 link
|
|
De aanschrijfdatum is het tijdstip waarop een apotheker een voorgenomen uitgifte vastlegt. |
|
|
Distributievorm |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-238 link
|
|
Distributievorm |
|
|
Verbruiksduur |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-239 link
|
|
De verwachte periode, dat het medicament gebruikt zal worden. De waarde hangt samen
met de dosering en de verstrekte hoeveelheid.
|
|
|
MedicatieverstrekkingAanvullendeInformatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-240 link
|
|
Aanvullende informatie bevat bijzonderheden over de invulling van de medicatieverstrekking.
Dit kan bijvoorbeeld een reden zijn om af te wijken van het verstrekkingsverzoek. Vooralsnog wordt deze lijst gebruikt. In een later stadium zal deze lijst vervangen
worden door een thesaurus in de G-standaard.
|
|
|
VerstrekteHoeveelheid |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-241 link
|
|
Number of units of the product (measured based on the relevant product code) supplied.
Optionally a translation to NHG table Gebruiksvoorschriften(Table 25) is also allowed.
|
|
|
Afleverlocatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-242 link
|
|
Afleverlocatie |
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-243 link
|
|
Opmerkingen met betrekking tot de verstrekking. |
|
MedischHulpmiddel |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-244 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen MedischHulpmiddel. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen MedischHulpmiddel.
|
|
|
Product |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-245 link
|
|
Het medische hulpmiddel dat wordt gebruikt (inwendig of uitwendig). |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-246 link
|
|
Unieke identificatie van het product, bijvoorbeeld het serienummer. Veel gebruikte coderingen zijn HIBC en GTIN. Indien de wet verplicht stelt dat deze geregistreerd wordt op basis van een UDI (Unique
Device Identifier), dient de unieke identificatie opgebouwd te zijn uit een UDI-DI
(Device Identifier) en een UDI-PI (Production Identifier(s)). Voor meer informatie,
zie: http://www.gs1.org/healthcare/udi .
De UDI-DI dient m.b.t. GS1 GTIN (01) coderingen worden vastgelegd, waarmee o.a. een
firma aan het producttype wordt gekoppeld. De UDI-PI dient te bestaan uit de volgende
application identifier (AI); vervaldatum (17) en serienummer (21) en/of batch- of
lotnummer (10).
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-247 link
|
|
De code van het type product. |
|
|
ProductOmschrijving |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-248 link
|
|
Tekstuele beschrijving van het product. |
|
|
BeginDatum |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-249 link
|
|
De startdatum van eerste toepassing of implantatie het medische hulpmiddel. Een vage
datum, bijv. alleen een jaartal, is toegestaan.
|
|
|
Indicatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-250 link
|
|
De medische reden voor het gebruik van het medisch hulpmiddel. |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-251 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Probleem. Een probleem beschrijft een toestand met betrekking tot de gezondheid en/of het welzijn
van een individu. Deze toestand kan zijn benoemd door de patiënt zelf (een klacht),
of door zijn of haar zorgverlener (onder andere een diagnose).
|
|
|
Toelichting |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-252 link
|
|
Opmerking bij de toepassing of informatie over het gebruikte hulpmiddel. |
|
|
AnatomischeLocatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-253 link
|
|
Anatomische locatie van het gebruikte hulpmiddel bij de patiënt. |
|
|
Lateraliteit |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-254 link
|
|
Lateraliteit verbijzondert de anatomische locatie door, indien van toepassing, de
zijdigheid vast te leggen, bijvoorbeeld links.
|
|
|
Locatie |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-255 link
|
|
De zorgaanbieder waar het gebruik van het hulpmiddel geïnitieerd werd of waar het
hulpmiddel gïmplanteerd werd.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-256 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgaanbieder. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgaanbieder.
|
|
|
Zorgverlener |
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-257 link
|
|
De zorgverlener betrokken bij de indicatiestelling voor het gebruik of de implantatie
van het hulpmiddel.
|
|
1 … 1 Required |
sansa-dataelement-258 link
|
|
Rootconcept van de bouwsteen Zorgverlener. Dit rootconcept bevat alle gegevenselementen
van de bouwsteen Zorgverlener. Bij verwijzing naar deze bouwsteen kan tevens de rol die de zorgverlener in het zorgproces
vervult, worden meegegeven. Voor zorgverleners kan dit bijvoorbeeld hoofdbehandelaar
of verwijzer zijn
|